H3 - lezen les 1

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

H3 - lezen

Programma

- Welkom

- Doelen

- Instructie

- Aan het werk

- Evaluatie

Doelen

Aan het einde van de les

- weet je wat verkennend lezen inhoudt.

- weet je wat alinea's en tussenkopjes zijn.

- weet je hoe een tekst is opgebouwd.

- kun je bovenstaande doelen toepassen. 

Leesmanieren

Verkennend lezen: KIJKEN naar tikob.

 - titel en tussenkopjes

 - illustraties

 - kernzinnen

 - opvallende woorden (dikgedrukt)

 - bron

Opdracht

Bekijk tekst 8 en beantwoord de vragen die hierna volgen. 

Wat is dit voor soort tekst?

Wat is de titel?

Voorspel het onderwerp.

Wat is het tekstdoel?

1. informeren
2. amuseren
3. overhalen
4. er is geen tekstdoel

Uit hoeveel alinea's bestaat de tekst?

Tussenkopjes en alinea's 

Tekst is verdeeld in alinea's. 

Nieuwe alinea begint altijd op een volgende regel. Soms: witregel ertussen. 

Tussenkopje: titel van een alinea of van alinea's.

Inleiding: lezer nieuwsgierig maken

Middenstuk:

deelonder-werpen bespreken

Slot: tekst afsluiten

De inleiding begint bij "Er zijn..." en eindigt bij "kunt wonen."

1. waar
2. niet waar

De inleiding begint bij "Er zijn..." en eindigt bij "idee voor."

1. waar
2. niet waar

Het middenstuk begint bij "Als het..." en eindigt bij "te maken."

1. waar
2. niet waar

Het middenstuk begint bij "Als het..." en eindigt bij "bewoonbare stad"

1. waar
2. niet waar

Het slot begint bij "Dat klinkt..." en eindigt bij "te voeren."

1. waar
2. niet waar

Aan het werk

Wat?                    K: opdr. 40 + 41 op blz. 140

                              M: opdr. 36 t/m 38, blz. 150 - 151 

Hoe?                    Zelfstandig, ZONDER oortjes

Hulp?                  Vraag je duo of docent

Tijd?                     Ca. 30 minuten

Uitkomst?         Nakijken tijdens de volgende les

Huiswerk?         Af: bovenstaande opdrachten + 42 (M: 39)

Doelen

Aan het einde van de les

- weet je wat verkennend lezen inhoudt.

- weet je wat alinea's en tussenkopjes zijn.

- weet je hoe een tekst is opgebouwd.

- kun je bovenstaande doelen toepassen.