Doe: Kassabon (SML)

Doe!
Thema: de kassabon
Vak: Doe
Onderwijsassistent:
  • Mevr. Wijnmaalen
Docenten:
  • Mevr. Vingerhoets
  • Mevr. Smaili
1 / 17
next
Slide 1: Slide
BeroepsoriëntatieMiddelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Doe!
Thema: de kassabon
Vak: Doe
Onderwijsassistent:
  • Mevr. Wijnmaalen
Docenten:
  • Mevr. Vingerhoets
  • Mevr. Smaili

Slide 1 - Slide

Aanwezigheidsregistratie
Aanwezigheid zal door de docent aan het begin van de les geregistreerd worden. 

Ben je te laat?
Aan het eind van de les is het JOUW verantwoordelijkheid om bij de docent aan te geven dat je te laat was zodat dit aangepast wordt in SOM2day. 

Slide 2 - Slide

Lesprogramma
  • Lesdoelen
  • Welke informatie op een Kassabon? 
  • Voorkennis activeren
  • Klein stukje theorie
  • Instructie
  • Aan de slag
  • Nabespreken
  • Tips en tops
  • Evaluatie

Slide 3 - Slide

Lesdoelen
  1. Aan het einde van deze lessenreeks weet jij hoe een kassabon eruitziet.

  2. Aan het einde van deze lessenreeks weet jij hoe je een kassabon ontwerpt met je favoriete producten.

Slide 4 - Slide

Wat staat er allemaal op een kassabon?

Slide 5 - Mind map

Kassabon
Wat staat er op een kassabon?

  • Naam van de winkel
  • Datum en tijd 
  • Producten met prijs
  • Totaalbedrag
  • BTW
  • Betaalmethode (bijv. pin/contant)

Kijk jij weleens wat er op je kassabon staat?

Slide 6 - Slide

Belang kassabon
Waarom is een bon belangrijk?

  1. Je kunt laten zien wat je hebt gekocht
  2. Je hebt het nodig om iets te ruilen of terug te brengen
  3. Het is bewijs van betaling

Slide 7 - Slide

Controleren van je kassabon
Het is belangrijk om je kassabon altijd te controleren om de volgende redenen:

  1. Prijzen controleren: Zorg ervoor dat je de juiste prijzen betaalt en dat er geen fouten zijn gemaakt.
  2. Aankopen controleren: Voorkom dat er artikelen op de bon staan die je niet hebt gekocht.
  3. Budget bepalen: Krijg inzicht in je uitgaven, zodat je je budget beter kunt beheren.
  4. Retourneren: Je hebt vaak de kassabon nodig om producten te kunnen retourneren.

Door je kassabon te controleren, houd je je financiën beter onder controle. <-- Wat bedoelen ze hiermee?

Slide 8 - Slide

Samenwerkingsopdracht: 
In een groep maken jullie een overzicht van dagelijkse producten die je in een winkel kunt kopen.

Iedereen uit de groep levert een bijdrage aan deze opdracht!

Tip: maak gebruik van AH.nl, jumbo.nl etc.

Slide 9 - Slide

Ontwerp je eigen kassabon
Je gaat zelf een kassabon ontwerpen van een winkel die jij verzint, zoals een bakker of kledingwinkel. 

Op de bon zet je de winkelnaam, datum, tijd, producten met prijzen, het totaalbedrag en de betaalmethode. 

Je mag zelf bedenken wat er verkocht wordt, maar het moeten minstens vijf producten zijn. 

Slide 10 - Slide

Stap 1: Kies je winkel
Bedenk een winkel waarvoor je een kassabon gaat maken.

Bijvoorbeeld een kledingwinkel, supermarkt, bakker of telefoonwinkel.

Zorg dat het duidelijk is wat voor soort producten je verkoopt.

Slide 11 - Slide

Stap 2: Bedenk producten en prijzen
Bedenk minstens vijf producten die jij bij je favoriete winkel koopt.

Schrijf bij elk product de prijs op.

Reken daarna het totaalbedrag uit.

Let op: maak het overzichtelijk.

Slide 12 - Slide

Stap 3: Maak je kassabon
Zorg dat de volgende onderdelen op je bon staan:

  1. Winkelnaam
  2. Datum en tijd
  3. Producten met prijzen
  4. Totaalbedrag
  5. Betaalmethode (bijv. pin of contant)

Wat zou nog meer op je kassabon kunnen?


Slide 13 - Slide

Stap 4: Maak het creatief en netjes
Maak je kassabon mooi en duidelijk.

Gebruik bijvoorbeeld een logo of leuke opmaak.

Zorg dat de bon eruitziet alsof hij uit een echte winkel komt. Je mag tekenen of het digitaal maken (bijv. in Word).

Slide 14 - Slide

Nabespreken kassabon
  1. Wat ging goed in je werkhouding?
  2. Welke onderdelen waren moeilijk voor jou?
  3. Wat heb je geleerd?
  4. Hoe heb je samengewerkt?
  5. Wat zou je willen verbeteren?
  6. Zijn er dingen die je anders zou aanpakken in de toekomst?
  7. Heb je nog vragen of onduidelijkheden?
  8. Zijn er onderwerpen waar je meer over wilt weten?

Slide 15 - Slide

Winkelspelletje 'kassabon'
1. Een leerling is de klant, de ander is de kassamedewerker.

2. De klant verzint 3 tot 5 producten die hij/zij "koopt" (bijv. brood, sokken, chocoladereep).

3. De kassamedewerker maakt een kassabon op papier voor deze aankoop, met:
  • Winkelnaam
  • Datum en tijd
  • Producten en prijzen
  • Totaalbedrag
  • Betaalmethode


Slide 16 - Slide

Tips en tops
  1. Wat vond je het beste aan deze les?
  2. Heb je tips voor anderen?
  3. Wat zou je anders willen zien in de les?
  4. Zijn er dingen die je hebt geleerd die je zou willen delen?

Slide 17 - Slide