6.1 politiek uitleg

Deze les;  
- leerdoelen 6.1
- uitleg 6.1
- zelfstandig werken (15 minuten)
- Lessonup leerdoelen checken (10 minuten)
1 / 23
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Deze les;  
- leerdoelen 6.1
- uitleg 6.1
- zelfstandig werken (15 minuten)
- Lessonup leerdoelen checken (10 minuten)

Slide 1 - Slide

Leerdoel
Aan het eind van de les kun je: 

- benoemen wat de twee belangrijkste taken van het parlement zijn

- benoemen hoeveel leden er in de Tweede Kamer zitten en hoeveel in de Eerste Kamer



Slide 2 - Slide

STAMPEN STAMPEN!!
Parlement = eerste en tweede kamer
Regering = ministers + koning
Kabinet = ministers + staatssecreterarissen

Slide 3 - Slide

Hoe noemen we de leden van het Parlement ook wel??? 

(denk aan hoe ze in het parlement terecht komen)

Slide 4 - Slide

Taken parlement..
De Koning heeft twee taken
Ministers en hun staatssecretarissen hebben 3 taken

Wat zouden de belangrijkste taken van het Parlement zijn? (van de Kamerleden..)

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Link

Parlement
In de Eerste kamer zitten 75 leden
In de Tweede Kamer zitten ...... leden?

Tweede Kamer; mogen wetsvoorstellen afwijzen of veranderen
Eerste Kamer; mogen het wetsvoorstel alleen goedkeuren in zijn geheel 

Slide 7 - Slide

Fractie
= de groep vertegenwoordigers van één politieke partij in een gekozen orgaan.

Elk kamerlid hoort bij een fractie. 
Het is een groep volksvertegenwoordigers van dezelfde politieke partij.

Alle leden van de PVV horen dus bij de 'FRACTIE' van de PVV.
Elke politieke partij heeft ook een fractievoorzitter.

Slide 8 - Slide

2 groepen
1: Partijen die in de regering zitten (coalitiepartijen/regeringspartijen)

2: de oppositie partijen (partijen die niet in de regering zitten)


Ze hebben beide dezelfde taken en rechten!!

Slide 9 - Slide

Wat zijn taken van het parlement?


Dus wat zijn taken van Kamerleden??

Slide 10 - Slide

1: (mede)Wetgeving; maken van wetsvoorstellen en erover stemmen. 

2: Ministers controleren; alles wat de ministers doen wordt kritisch besproken door de Kamerleden.

Slide 11 - Slide

Wat doe je nu? 
Van 6.1 maken:

Opgaven 1 t/m 4, 
Opgaven 13, 15 en 16

Slide 12 - Slide

Tweede Kamerleden hebben meer macht dan Eerste Kamerleden
A
Dat klopt
B
Dat klopt niet

Slide 13 - Quiz

Leg uit waarom Tweede Kamerleden meer macht hebben dan Eerste Kamer leden

Slide 14 - Open question

De taak; Wetgeving deelt het parlement met;
A
De Koning
B
Ministers
C
Ambtenaren

Slide 15 - Quiz

We noemen de leden van het Parlement ook wel: _________________________, omdat: ______________________________________________________________

Slide 16 - Open question

Elk politieke partij heeft een ''leider''... het gezicht van de partij. Die noemen we ook wel: _______________________________________

Slide 17 - Open question

In de Tweede Kamer zitten oppositie én coalitiepartijen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 18 - Quiz

De partijen die in de regering zitten zijn de:
A
Oppostiepartijen
B
Coalitiepartijen

Slide 19 - Quiz

De partijen die níet in de regering zitten zijn de:
A
Oppostiepartijen
B
Coalitiepartijen

Slide 20 - Quiz

Hoe kun je de coalitiepartijen ook noemen? __________________________

Slide 21 - Open question

Leerdoel
Aan het eind van de les kun je: 

- benoemen wat de twee belangrijkste taken van het parlement zijn

- benoemen hoeveel leden er in de Tweede Kamer zitten en hoeveel in de Eerste Kamer



Slide 22 - Slide

Huiswerk maandag:
Leren; de samenvatting van hoofdstuk 5 (heb je vrijdag gekregen)
+ van hoofdstuk 6 opgaven; 1 t/m 4,  13, 15 en 16.

Slide 23 - Slide