M3 Hoofdstuk 5 In vuur en vlam toets

Toets 
Hoofdstuk 5: In vuur en vlam
Scheikunde mavo 2
1 / 32
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Toets 
Hoofdstuk 5: In vuur en vlam
Scheikunde mavo 2

Slide 1 - Slide

2g
Welkom
telefoon  in de bak
 zoek je eigen plek op
pak je spullen 
Wordt stil.


timer
2:00
stopwatch
00:00

Slide 2 - Slide

2f
Welkom
telefoon  in op zijn kop op tafel
 zoek je eigen plek op
pak je spullen 
Wordt stil.


timer
2:00
stopwatch
00:00

Slide 3 - Slide

2e
Welkom
telefoon op zijn kop op tafel
 zoek je eigen plek op
pak je spullen 
Wordt stil.


timer
2:00
stopwatch
00:00

Slide 4 - Slide

timer
2:00
water
brandstof
licht
warmte
vuur
zuurstof

Slide 5 - Drag question

Welke brandvoorwaarde wordt weg gehaald?
timer
2:00
Brandstof
Zuurstof
Ontbrandingstemperatuur

Slide 6 - Drag question

Zuurstof wegnemen
Temperatuur verlagen 
Brandstof wegnemen
Sleepvraag: 
welke blusmethode?
timer
1:00
kampvuurtje doven met zand
deksel op vlam in de pan
klasgenoot in deken wikkelen
blussen met water
brandgang vrijhouden in het bos
gaskraan dichtdraaien

Slide 7 - Drag question

Bekijk de onderstaande zinnen over blussen. 
Sleep de zinnen naar de voorwaarde in de branddriehoek die je wegneemt.
timer
1:00
Gaskraan uitdraaien.
Papierbrand blussen met water
Iemand in een branddeken wikkelen.
Aansteker uitblazen.
Bosbrand doven met zand.

Slide 8 - Drag question

timer
1:00
Welke 3 voorwaardes heb je nodig om een brand te ontstaan.......
brandstof moet aanwezig zijn
de temperatuur van de brandstof moet hoger zijn dan de ontbrandingstemperatuur
voldoende zuurstof(lucht)
er moet koolstofmonoxide aanwezig zijn
er moet een onvolledige verbranding plaatsvinden

Slide 9 - Drag question

Welke stof heb je altijd als beginproduct nodig voor verbranding?
A
Zuurstof
B
Koolstof
C
Waterstof
D
Stikstof

Slide 10 - Quiz

Volledige verbranding
Onvolledige verbranding
Zet de elementen in de juiste groep.
timer
1:00
Er is sprake van een goede luchttoevoer
Voldoende zuurstof
Er is onvoldoende zuurstof om de brandstof volledig te verbranden
Na de reactie is er een overmaat van de brandstof
Roet
Er ontstaat rook
Er ontstaat CO
Er ontstaat koolstofdioxide

Slide 11 - Drag question

Bij de brander kan je de hoeveelheid lucht regelen met de luchtring. Daarmee regel je ook of de verbranding onvolledig of volledig is. 
Geef bij elke verbranding aan welke vlamkleur er bij hoort.
timer
1:00
Volledige verbranding
Onvolledige verbranding

Slide 12 - Drag question

Sleep de stoffen naar de juiste verbranding
timer
1:00
koolstofmono-oxide
koolstofdioxide
zuurstof
koolstof
water
volledige verbranding
onvolledige verbranding

Slide 13 - Drag question

timer
1:00
Er is genoeg lucht
Er te weinig lucht
volledige verbranding
onvolledige verbranding
voldoende zuurstof
onvoldoende zuurstof
giftige gassen
heetste vlam
koolstof mono-oxide
koolstof di-oxide

Slide 14 - Drag question

Welke stoffen ontstaan altijd bij volledige verbranding?
A
CO2 en H2O
B
CO2 en C
C
H en CO2
D
H en CO

Slide 15 - Quiz

Sleepvraag: Wat hoort bij wat?  
timer
1:00
Koolstofmonoxide
Koolstofdioxide
giftig gas
onvolledige verbranding
broeikasgas
CO
CO2
genoeg zuurstof
slechte ventilatie

Slide 16 - Drag question

Wat klopt niet over kool-mono-oxide?
A
Het is giftig
B
Het is reukloos
C
Het is bijtend
D
Het is kleurloos

Slide 17 - Quiz

Wat is de formule van koolstof mono-oxide?
A
C
B
CO
C
CO2
D
C2O

Slide 18 - Quiz

Vul de juiste woorden in. 
timer
1:00
In een reactievergelijking staan na de pijl de formules van de stoffen die.................................................................
Deze stoffen worden ................................ genoemd.
Er staan van elk soort ................... atomen voor de pijl als na de pijl. 
Bij het kloppend maken van een reactievergelijking mag je alleen getallen ................. de formules zetten. 
De stoffen voor de pijl worden ...................... genoemd. 
ontstaan bij een reactie
reactieproducten
beginstoffen
evenveel
achter
voor
verdwijnen

Slide 19 - Drag question

Maak de reactievergelijking van volledige verbranding kloppend.
+
+
  _______>
verbranding
timer
1:00
koolstofdioxide
zuurstof
water
brandstof

Slide 20 - Drag question

Maak de reactievergelijking van onvolledige verbranding kloppend.
+
+
  _______>
verbranding
timer
1:00
koolstofmono-oxide
zuurstof
water
brandstof

Slide 21 - Drag question

Maak de reactievergelijking van onvolledige verbranding kloppend.
+
+
  _______>
verbranding
koolstofmono-oxide
zuurstof
water
brandstof
koolstofdi-oxide

Slide 22 - Drag question

En nu in molecuulformules...
+
+
  _______>
 volledige verbranding
+
+
  _______>
 onvolledige verbranding
CH4 (methaan)
O2
CO2
CO
O2
H2O
H2O
CH4 (methaan)

Slide 23 - Drag question

timer
1:00
warmte
broeikasgassen
warmte die ontsnapt
warmte in dampkring

Slide 24 - Drag question

Het kappen van bomen versterkt het broeikaseffect.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 25 - Quiz

Is het broeikaseffect slecht?
A
Ja
B
Nee

Slide 26 - Quiz

Wat is het verschil tussen het broeikaseffect en het versterkte broeikaseffect?
timer
1:00

Slide 27 - Open question

Wat zijn de oplossingen tegen het versterkt broeikaseffect?
timer
1:00

Slide 28 - Open question

Zonder het broeikaseffect ...
A
... wordt het heel warm op aarde.
B
... blijft de temperatuur op aarde gelijk.
C
... wordt het op aarde net zo koud als in de ruimte.

Slide 29 - Quiz

Fossiele Brandstof
Vernieuwbare brandstof
Aardgas
Steenkool
Duurzaam
Grijze Energie
Groene Energie

Slide 30 - Drag question

Fossiele brandstof
Duurzame energie
Overig

Slide 31 - Drag question

toets thema 3
Werk de leerdoelen uit.

 blz 139 t/m 145 en 172 t/m 177

Slide 32 - Slide