Dictee 4. ig / lijk

Lees Goed
Denk ook aan hoofdletters, leestekens en streepjes
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Lees Goed
Denk ook aan hoofdletters, leestekens en streepjes

Slide 1 - Slide

Welk woord is goed gespeld?
A
gierug
B
gierig
C
girig

Slide 2 - Quiz

Welk woord is goed gespeld?
A
irlijk
B
eerluk
C
eerlijk

Slide 3 - Quiz

Welk woord is goed gespeld?
A
heerluk
B
eerlijk
C
heerlijk

Slide 4 - Quiz

Welk woord is goed gespeld?
A
geldig
B
geltig
C
geldug

Slide 5 - Quiz

Welk woord is goed gespeld?
A
zindelik
B
zindelijk
C
sindeluk
D
zindeluk

Slide 6 - Quiz

Welk woord is goed gespeld?
A
fijvtig
B
veiftig
C
vijftug
D
vijftig

Slide 7 - Quiz

Welk woord is goed gespeld?
A
doorzichtig
B
doorzigtig
C
doorzichtug

Slide 8 - Quiz

Welk woord is goed gespeld?
A
giftuge
B
giftige
C
giftig

Slide 9 - Quiz

Welk woord is goed gespeld?
A
prettug
B
pretig
C
prettig

Slide 10 - Quiz

Welk woord is goed gespeld?
A
kwaluk
B
kwaalijk
C
kwalijk

Slide 11 - Quiz

Welk woord is goed gespeld?
A
natuurlijk
B
naturlijk
C
natuurluk

Slide 12 - Quiz

Welk woord is goed gespeld?
A
deftuge
B
deftige
C
devtige

Slide 13 - Quiz

Welk woord is goed gespeld?
A
ernstig
B
ernstug
C
ernstich

Slide 14 - Quiz

Welk woord is goed gespeld?
A
haastig
B
hastig
C
haastug

Slide 15 - Quiz

Welk woord is goed gespeld?
A
eigunlijk
B
ijgenlijk
C
eigenlijk

Slide 16 - Quiz

Welk woord is goed gespeld?
A
hooftstad
B
hoofdstad
C
hoofdstat

Slide 17 - Quiz