De kracht van de lucht: Luchtdruk, stormen en orkanen

De kracht van de lucht: Luchtdruk, stormen en orkanen

Leerdoel

Aan het einde van de les kun je uitleggen wat luchtdruk is en hoe stormen en orkanen ontstaan.

Wat weet je al over luchtdruk en het ontstaan van stormen en orkanen?

Wat is luchtdruk?

Luchtdruk is de druk die de lucht uitoefent op het aardoppervlak.

Hoe ontstaan stormen?

Stormen ontstaan wanneer er grote verschillen in luchtdruk zijn tussen verschillende gebieden.

Wat zijn orkanen?

Orkanen zijn extreme stormen met zeer lage luchtdruk in het centrum en sterke windsnelheden.

Ontstaan van orkanen

Orkanen ontstaan boven warm oceaanwater en hebben een specifieke atmosferische omgeving nodig.

De opbouw van een orkaan

Een orkaan bestaat uit een oog, een oogwand en regenbanden.

Windkracht en schade

Orkanen hebben zeer sterke windsnelheden die aanzienlijke schade kunnen veroorzaken.

Voorspellen van orkanen

Meteorologen gebruiken satellietbeelden en andere technieken om orkanen te voorspellen.

Veiligheid tijdens een orkaan

Tijdens een orkaan is het belangrijk om in een veilige ruimte te schuilen en de instructies van autoriteiten op te volgen.

Orkaanvoorbeelden

Bespreking van enkele bekende orkanen, zoals de orkaan Katrina en de orkaan Irma.

Klimaatverandering en orkanen

Er wordt onderzoek gedaan naar de relatie tussen klimaatverandering en de frequentie en intensiteit van orkanen.

Samenvatting

Luchtdruk is de druk die de lucht uitoefent op het aardoppervlak. Stormen ontstaan door luchtdrukverschillen en orkanen zijn extreme stormen met lage luchtdruk en sterke windsnelheden.

Vragen?

Heb je nog vragen over luchtdruk, stormen en orkanen?

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.