Eilanddagen

• Nederlands
• Primary Education
• Age 11

Vanuit welk perspectief is het boek Eilanddagen geschreven?

1. ik-perspectief
2. alwetende verteller
3. hij/zij perspectief

Wat is het onderwerp van het boek.

De vader van Jakob noemt hem niet bij zijn echte naam. Hoe noemt hij hem?

1. zoon
2. Jakobi
3. Jaak
4. Djakos

Jakob krijgt een email van zijn moeder. Waarom zitten er zoveel typfouten in?

Som 3 dingen op die Jakob en Michalis samen doen.

Michalis spreekt Nederlands. Hoe komt dat?

Leesautobiografie

Welke woorden herken je in dit woord?

Door wie ben jij het meest voorgelezen?

Vond je het leuk om te leren lezen?

1. Ja, geweldig!
2. Het was oke.
3. Nee, lezen is stom.
4. Ik weet het niet.

Wat is het mooiste boek wat je ooit hebt gelezen?

Welk soort boeken lees je het liefst?

Welk personage heb je het beste leren kennen tot nu toe?

1. Jakob
2. Michalis
3. Yannis
4. Puck

Met wie leef je het meeste mee?

Puck, Michalis en Jakob lopen door het dorp, een groepje jongens roept nare dingen. Ze noemen de moeder van Michalis 'slet'. Wat zou dat betekenen? p. 68

Michalis zegt 'Het regent stoelpoten'. Hij bedoelt een andere uitrdukking. Welke uitdrukking bedoelt hij? p. 74

Puck zegt tegen Michalis 'Ik geloof er geen bal van'. Dat is figuurlijk taalgebruik. Wat bedoelt ze? p. 79

De krekels tjirpen alsof hun leven ervan afhangt. Wat betekent dat? p. 80

De moeder van Jakob schrijft in haar brief: 'Sorry dat ik zo reageerde aan de telefoon.' Waarom schrijft ze dit? p. 82.

Wat is Pucks geheim?

1. Ze kan ontzichtbaar worden.
2. Haar moeder is gezien met een andere man.
3. Ze heeft nooit gezoend met Thomas.
4. Puck heeft geen geheimen.

Vul je woordspin aan met de nieuwe personages uit het boek.

Schrijfopdracht

Schrijf een dagboekfragment van Jakob.

Schrijf vanuit de ik-persoon.

Beschrijf wat hij doet op een dag op het eiland.

Schrijf tussen de 200 en 300 woorden.
Controleer op spelling.

Na het lezen van het boek

Jullie gaan een literaire mindmap maken van het boek Eilanddagen.

Elke tak krijgt een andere kleur.

Er zijn minstens 5 afbeeldingen of tekeningen te zien.

Dit zijn de verschillende takken: auteur, personages, feitelijke gegevens, samenvatting.