9.4 Opgepakt... en dan?!

9.4 Opgepakt... en dan?!
1 / 21
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmboLeerjaar 3

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

9.4 Opgepakt... en dan?!

Slide 1 - Slide

Begrippen:
  • Verdachte
  • Fouilleren
  • Arresteren
  • Huis doorzoeken
  • Halt
  • Officier van Justitie 
  • Vervolgen 
  • Seponeren 
  • Schikken

Slide 2 - Slide

Dit heeft te maken met:
A
Tijdsgebonden criminaliteit
B
Plaatsgebonden criminaliteit

Slide 3 - Quiz

Asociaal gedrag is ook altijd crimineel gedrag:
A
Juist
B
Onjuist

Slide 4 - Quiz

Thijs jat een blikje cola:
A
Overtreding
B
Misdrijf

Slide 5 - Quiz

Wat is een maatschappelijke risicofactor van criminaliteit:
A
Slechte opvoeding
B
Slechte leefomstandigheden
C
Alcohol & drugs
D
Biologische factoren

Slide 6 - Quiz

Je hebt geen geld, maar je wil wel status dus je jat een Stone Island jas. Dit past het beste bij de:
A
Aangeleerd gedragstheorie
B
Bindingstheorie
C
Etikettentheorie
D
Anomietheorie

Slide 7 - Quiz

Een verdachte:
Een verdachte is iemand waarvan een redelijk vermoede bestaat dat hij/zij schuldig is.

Iemand blijft verdachte tot dat de rechter heeft besloten dat hij/zij onschuldig of schuldig is. 
 

Slide 8 - Slide

Blunderende inbrekers:
Blunderende inbrekers azen op nep-trouwringen van juwelier en worden opgewacht door de politie.

Vier inbrekers die in de nacht van dinsdag op woensdag trouwringen en andere sieraden buit wilden maken bij een juwelier in Gorinchem, hadden flink pech. Ze namen een waardeloze buit mee en werden ook nog eens betrapt door de politie. Inmiddels zijn vijf ................ opgepakt.

Slide 9 - Slide

Wat mag de politie?
  • Fouillering 
  • Arresteren 
  • Huiszoeking 

Als ze klaar zijn met hun onderzoek schrijven ze een procesverbaal = verslag van de feiten.

Slide 10 - Slide

Officier van Justitie:
  • Aanklager (namens het OM)
  • Leidt het opsporingsonderzoek
  • Beslist of de verdachte naar de rechter gaat
  • Eist in een strafzaak en bepaalde straf 
  • Zorgt dat de straf wordt uitgevoerd

Slide 11 - Slide

Wel of niet naar de rechter?

De officier kan 3 dingen doen: 
  • Seponeren = niet vervolgen, het is klaar.
  • Schikken = een boete geven

  • Vervolgen = er komt een rechtszaak

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Slide 14 - Video

Opdracht:
Je bent O.V.J. geef aan wat jij in deze situaties zou doen:
seponeren/schikken of vervolgen. Leg je antwoord uit:

Slide 15 - Slide

Een leerling heeft zijn hele kluisje vol liggen met illegaal vuurwerk dat hij tijdens de pauze verkoopt aan schoolgenoten:

Slide 16 - Open question

Een jongen gooit tijdens rellen op het museumplein een steen naar de politie en wordt opgepak:

Slide 17 - Open question

Benthe heeft een hekel aan school. Ze spijbelt veel. Ze heeft al gesprekken gehad met de leerplichtambtenaar.

Slide 18 - Open question

Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 19 - Open question

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd

Slide 20 - Open question

Maken:
H.1.2 ''Opgepakt... en dan?"
  • Pagina 175, 176 & 177

Slide 21 - Slide