Het koopbeslissingsproces van de consument

Het koopbeslissingsproces van de consument

Aan het einde van de les kun je...

de vijf fasen van het koopbeslissingsproces benoemen en beschrijven.

Wat weet je al over het koopbeslissingsproces van consumenten?

De fasen in een koopbeslissingsmodel

• Probleemherkenning
• Informatie zoeken
• Evalueren van alternatieven
• Aankoopbeslissing
• Evaluatie na de koop

De indeling van consumentenbehoeften

• Primaire en secundaire behoeften

Verschillende soorten problemen

• Persoonsgebonden problemen
• Productgebonden problemen
• Winkelgebonden problemen

Welke fase vindt plaats nadat de aankoop is gedaan?

1. Klachtenafhandeling
2. Herhaalaankoopbeslissing
3. Evaluatie na de koop
4. Aftersales service

In welke fase wordt de uiteindelijke aankoopbeslissing genomen?

1. Informatie zoeken
2. Evalueren van alternatieven
3. Probleemherkenning
4. Aankoopbeslissing

Welke soorten problemen kunnen consumenten ervaren?

1. Winkelgebonden problemen
2. Productgebonden problemen
3. Financiële problemen
4. Persoonsgebonden problemen

Wat zijn de twee soorten consumentenbehoeften?

1. Primaire en secundaire behoeften
2. Individuele behoeften
3. Tertiaire behoeften
4. Algemene behoeften

Wat is de eerste fase in het koopbeslissingsmodel?

1. Informatie zoeken
2. Evalueren van alternatieven
3. Probleemherkenning
4. Aankoopbeslissing

Hoe retailers kunnen inspelen

• Promotie en service aanpassen aan problemen
• Bevestiging bieden na de aankoop

Definitielijst

• Probleemherkenning: Het moment waarop een consument zich bewust wordt van een behoefte.
• Primaire behoeften: Basisbehoeften zoals eten, drinken, kleding, woonruimte, scholing en gezondheidszorg.
• Secundaire behoeften: Wensen die het leven aangenamer maken, zoals een luxeauto.
• Persoonsgebonden problemen: Problemen die gerelateerd zijn aan de persoonlijke situatie van de consument, zoals weinig tijd hebben.
• Productgebonden problemen: Problemen die te maken hebben met de aard van het product, zoals complexiteit of prijs-kwaliteitverhouding.
• Winkelgebonden problemen: Problemen die samenhangen met de winkel zelf, zoals slechte parkeergelegenheid.
• Cognitieve dissonantie: Het gevoel van ongemak of twijfel dat een consument kan ervaren na een aankoop.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.