MS & Epilepsie VZIG

Ziekten van het zenuwstelsel
1 / 30
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Ziekten van het zenuwstelsel

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Wat wil je leren over MS?

Slide 2 - Mind map

This item has no instructions

MS is:
A
Spierziekten
B
Ziekten van het zenuwstelsel

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Bij MS treed een beschadiging op van:
A
Receptoren
B
Neuronen
C
Myelineschede
D
Neurotransmitters

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Mensen met MS kunnen problemen ontwikkelen met de blaas. Wat is een goed advies?
A
Meer gaan drinken
B
Minder gaan drinken
C
Extra drinken en Op vaste tijdstippen naar het toilet
D
Op vaste tijdstippen naar het toilet en voldoende drinken

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

MS
Tintelingen in je arm, terwijl je daar eerder nooit last van had. Of alles dubbelzien, van de ene op de andere dag. Een knie die niet meer goed beweegt. Je lichaam kan af en toe voor vervelende verrassingen zorgen. Soms heel kort, waarna je weer verdergaat alsof er niets aan de hand is. Maar soms duurt het langer en komen de klachten terug. Dat kan een eerste teken van Multiple Sclerose (MS) zijn.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slide 7 - Link

This item has no instructions

Multiple Sclerose
Auto-immuunziekte
Die aangrijpt op verschillende plaatsen van het centraal zenuwstelstel in de witte stof in de hersenen en ruggenmerg

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Wat is MS?
Multiple Sclerose

De ziekte komt vaker voor bij vrouwen dan bij mannen. Het lijkt erop dat vrouwen de ziekte 2 tot 3 keer zo vaak krijgen als mannen.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Nederland
In Nederland hebben ongeveer 25.000 mensen MS. Hier komen jaarlijks zo’n 1.000 mensen bij. De eerste symptomen laten zich meestal zien wanneer mensen tussen de 20 en 40 jaar oud zijn. Het is de meest invaliderende ziekte onder jonge mensen. Er zijn medicijnen om de ziekte af te remmen, maar genezende middelen bestaan (nog) niet. Mensen met MS kunnen wel gewoon oud worden.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Centraal zenuwstelsel
Ookwel "het controle centrum"; heeft grofweg drie functies:

  1. Het ontvangt informatie van de zintuigen over onze omgeving en over ons eigen lichaam. Deze informatie wordt ook wel sensorische informatie genoemd.
  2. Het verwerkt deze informatie en verbindt dit met andere informatie, bijvoorbeeld dingen die in het geheugen zijn opgeslagen
  3. De verwerkte informatie wordt gebruikt om de spieren en organen aan te sturen.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Centraal zenuwstelsel
Het centrale zenuwstelsel is opgebouwd uit miljoenen zenuwcellen die met elkaar verbonden zijn door zenuwuitlopers. Deze uitlopers hebben een vettig laagje, dat als isolatiemateriaal dient. Dit laagje heet myeline en dit is de plaats waar het mis gaat bij MS. 

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

MS
Bij MS raakt het myeline beschadigd door ontstekingen in het zenuwstelsel. Daarna blijft er een litteken achter. Hierdoor kunnen prikkels en signalen niet meer goed worden verzonden naar de rest van het lichaam. Daardoor ontstaan allerlei klachten zoals verlammingen en storingen in het gevoel. De zenuwen buiten centrale zenuwstelsel worden niet aangetast door MS.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Video

This item has no instructions

Beloop MS

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

EPILEPSIE
Aandoening waarbij insulten (epileptische aanvallen) optreden als gevolg van veranderingen in de elektrische activiteit in de hersenen.

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Oorzaken epilepsie
  • Bij meer dan de helft van de mensen met epilepsie is de oorzaak onbekend.
  • Bij mensen op latere leeftijd is de oorzaak relatief vaak een hersenbeschadiging die is ontstaan door een hersenaandoening, zoals een herseninfarct of een hersenbloeding.
  • Andere hersenaandoeningen (tumoren, ontstekingen)

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

INDELING AANVALLEN

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Epilepsie, wat betekent dit?
  • Absenses
  • Grand mall
  • Post-ictaal
  • Status epilepticus
  • Tonische -klonische aanvallen

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Slide 21 - Link

This item has no instructions

Een aantal filmpjes van de verschillende aanvallen

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Slide 23 - Video

Tonisch-clonische aanval, de meest bekende maar niet de meest voorkomende

Slide 24 - Video

Focale aanval met verminderde gewaarwording

Slide 25 - Video

Focale aanval met intacte gewaarwording

Slide 26 - Video

This item has no instructions

Slide 27 - Link

This item has no instructions

Wat kan je doen tijdens en na een aanval?

Slide 28 - Mind map

This item has no instructions

HOE TE HANDELEN BIJ EEN AANVAL

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

ZORGPAD
7.4 & 7.5
Pas je kennis toe
Casus mevrouw Bernards
Casus Roy

Slide 30 - Slide

This item has no instructions