Cours du 16 avril

Het delend lidwoord
Cours du 16 avril
1 / 13
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvmbo t, havo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Het delend lidwoord
Cours du 16 avril

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Hier (gisteren)
☆ Parler. Rollenspel gedaan en zelf nieuwe zinnen gemaakt door de schuingedrukte woorden te vervangen voor andere woorden m.b.v. de vocabulairelijsten.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Ce cours

☆ Hier (gisteren)
☆ Le check in: le verbe avoir
☆ Het delend lidwoord
☆ Billet de sortie 🎟
☆ Le prochain cours et les devoirs
Wat je aan het einde van de les kunt/weet

☆ Wat het delend lidwoord is

☆ Hoe het delend lidwoord gebruikt wordt

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Slide 4 - Link

This item has no instructions

Slide 5 - Link

This item has no instructions

Hulpvragen

☆ Wat is een zelfstandig naamwoord? Leg uit en geef een voorbeeld in het Nederlands.
☆ Welke Franse lidwoorden ken je nog?
☆ Wat is anders in het Frans dan in het Nederlands als we het hebben over het delend lidwoord?

Slide 6 - Slide

Als je in het Nederlands géén lidwoord gebruikt, komt er in het Frans wél iets: een delend lidwoord. De delende lidwoorden zijn du, de la, de l’ en des.

Voorbeelden: 
Je bois du coca
Il achète de la viande.
On boit de l'eau.
Ils prennent des photos
Het delend lidwoord

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Het delend lidwoord

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Welk woord gebruik je na woorden van hoeveelheid?
Denk aan:
un kilo ... pommes, beaucoup ... eau

Slide 9 - Open question

This item has no instructions

Maak zelf Franse zinnen
1. Au petit déjeuner, je mange ... et je bois ...
2. À midi, je mange ... et je bois ...
3. Au diner, je mange ... et je bois ...
Vul op de plek van de puntjes in wat jij eet en drinkt op dat moment van de dag. Als je inspiratie nodig hebt qua Franse woorden kun je in de vocabulairelijsten kijken van chapitre 5. Denk eraan dat je het delend lidwoord correct gebruikt!

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Vier uitzonderingen

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Billet de sortie
Noem een willekeurig delend lidwoord
+ bijpassend zelfstandig naamwoord in het
Frans (je mag spieken in je werkboek)

Slide 12 - Mind map

This item has no instructions

Les devoirs pour le 7 mai

☆ Leer de vocabulaire van A t/m F
☆ Leer de phrases-clés van C
☆ Leer de grammaire van D over het delend lidwoord
☆ De werkwoorden être, avoir en aller 
(présent, imparfait en vwo ook de passé composé)
☆ F en H maken

Extra hulp/uitleg nodig? Contacteer mij via Teams of kom langs in het plusuur op woensdag om 14:35 in de groeifactor. Mag altijd :)

Slide 13 - Slide

This item has no instructions