2V: 10.1+2

2V: 10.1 en 10.2
1 / 15
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

2V: 10.1 en 10.2

Slide 1 - Slide

Leerdoelen deze les
-Je kunt uitleggen hoe hormonen werken
-Je kunt uitleggen hoe je groeit
-Je kunt vertellen wat primaire, secundaire en tertiaire geslachtskenmerken zijn
-Je kunt vertellen wat geslachtshormonen zijn


Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Uitleg:
Hormonen zijn regelstoffen die berichten doorgeven aan organen.

Hormonen worden gemaakt in hormoonklieren

Slide 4 - Slide

Doelwitorganen en receptoren
Hormonen werken vaak maar op één plek: het doelwitorgaan.
Het doelwitorgaan heeft receptoren voor één specifiek hormoon.

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Belangrijk:
De hypofyse is een belangrijke hormoonklier onderaan je hersenen.
Het maakt bijvoorbeeld hormonen waardoor je
1. Gaat groeien
2. In de puberteit komt

Slide 7 - Slide

Primaire, secundaire geslachtskenmerken
Primaire geslachtskenmerken zijn kenmerken die bij geboorte al aanwezig zijn
Secundaire geslachtskenmerken zijn kenmerken die zich ontwikkelen in de puberteit

Slide 8 - Slide

Primaire en secundaire geslachtskenmerken

Slide 9 - Slide

Primaire en secundaire geslachtskenmerken

Slide 10 - Slide

geslachtshormonen
geslachtshormonen: regelen de werking van de voortplantingsorganen:

- teelballen maken mannelijke geslachtshormonen: testosteron
- eierstokken maken vrouwelijke geslachtshormonen: oestrogeen

Slide 11 - Slide

Zelf werken
Je gaat verder met de lesleerdoelen van 10.1  en 10.2
-lees de stukjes tekst op blz 216, 217 en 218
-maak: 7 t/m 16 (je mag zachtjes samenwerken)
-Lees de tekst op blz 222 en 224
-maak: 3,4, 8, 9, 10, 11

Slide 12 - Slide

Hormonen zijn:
A
Regelstoffen
B
Voedingsbestanddelen
C
Geslachtskenmerken
D
Hormoonklieren

Slide 13 - Quiz

De hypofyse produceert
A
Testosteron
B
Oestrogenen
C
Hormonen die werking teelballen, eierstokken en groei regelen
D
Zaadcellen en eicellen

Slide 14 - Quiz

Hoe komt het dat je lichaam een groeispurt doormaakt in de puberteit?
A
De hypofyse maakt groeihormoon waardoor je overal celdeling krijgt.
B
De hypofyse maakt groeihormoon waardoor je celdeling in je botten krijgt.
C
De hypofyse maakt groeihormoon waardoor je celdeling in de groeischijven van je botten krijgt.

Slide 15 - Quiz