binding

Sociale instituties
Complex van min of meer geformaliseerde regels die het gedrag van mensen en hun onderlinge relaties reguleren.

Normen binnen sociale institutie zijn cultureel en religieus ingegeven.
Familie, huwelijk, taal, onderwijssysteem, feestdagen.

Ingebed in samenleving.
Van belang voor overdracht en dragen bij aan sociale cohesie.
1 / 26
next
Slide 1: Slide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Sociale instituties
Complex van min of meer geformaliseerde regels die het gedrag van mensen en hun onderlinge relaties reguleren.

Normen binnen sociale institutie zijn cultureel en religieus ingegeven.
Familie, huwelijk, taal, onderwijssysteem, feestdagen.

Ingebed in samenleving.
Van belang voor overdracht en dragen bij aan sociale cohesie.

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Link

Verhouding

Slide 3 - Slide

sociale ongelijkheid
Een situatie waarin verschillende mensen in al dan niet aangeboren kenmerken, consequenties hebben voor hun maatschappelijke positie en leiden tot een ongelijke verdeling van schaarse en hooggewaardeerde zaken, van waardering en behandeling.

Slide 4 - Slide

Sociale stratificatie
het indelen van groepen mensen in maatschappelijke lagen waartussen een ongelijkheidsverhouding bestaat. Het indelen gebeurt op basis van sociale categorieën, zoals geslacht, opleidingsniveau of etniciteit.

Slide 5 - Slide

maatschappelijke ladder
Sociale mobiliteit

Gesloten samenleving versus open samenleving

Slide 6 - Slide

Plek op de ladder
Positieverwerving en positietoewijzing

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Slide 9 - Video

Slide 10 - Video

Macht
Het vermogen om hulpbronnen in te zetten om bepaalde doelstellingen te bereiken en de handelingsmogelijkheden van anderen te beperken of te vergroten.

Slide 11 - Slide

Voorbeeld op micro, meso en macroniveau

Slide 12 - Open question

Macht
Formeel: afgesproken en vastgelegd
Informeel: charisma, superieure vaardigheden, kennis

Vier machtsbronnen: Economische, cognitieve, politieke en affectieve bronnen.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Link

Welke machtsbron is op deze situatie van toepassing?

Slide 15 - Open question

Dilemma van de collectieve actie

Verzorgingstaat mogelijk door collectieve goederen.

Belasting betalen versus belasting ontduiken

Free riders
Politieke macht kan dit stoppen dmv dwang

Slide 16 - Slide

Gezag
Macht die als legitiem wordt gezien. 
Gerespecteerd.

Verschillende bronnen: 
  • Kwaliteiten (kennis, aanzien, charisma)
  • Positie of functie
  •  Prestaties.

Geen macht gebaseerd op dwang.

Slide 17 - Slide

politiek gezag
Is in een dictatuur sprake van gezag?

Slide 18 - Slide

Tot hier

Slide 19 - Slide

Machtsongelijkheid en conflict
Internationaal
Tussen bevolkingsgroepen (nationaal)

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

Instituties
Regels over hoe mensen zich gedragen in de samenleving.
Geeft handelen van mensen een vaste betekenis, een zekere mate van voorspelbaarheid en stabiliteit. 

Geheel aan regels, structuren en sociale normen. Formeel als informeel.
Stabiel, maar veranderlijk.

Slide 22 - Slide

Politieke institutie
Complex van min of meer geformaliseerde regels die het gedrag van mensen en hun onderlinge relaties rond politieke machtsuitoefening en politieke besluitvorming reguleren.


Rechtsstaat, scheiding der machten, politieke partij, 'belangenorganisaties', overheid, democratie.

Slide 23 - Slide

Politieke participatie
Electorale participatie: stemmen, meewerken aan campagne, lidmaatschap pol. partij (direct verband houdend met verkiezingen)

Niet electorale participatie: Lobbyen, contacten met politici, belangenorganisaties en/of media, lidmaatschap belangengroep, protestacties

Sociale ongelijkheid/uitsluiting politieke macht?

Slide 24 - Slide

Maatschapelijke en politieke conflicten
(door mensen als onrechtvaardig ervaren ongelijkheid)
  • Klasse
  • Gender
  • Etniciteit
  • Generaties
  • Sociaal-culturele verschillen

Wij-zij denken versterkt de machtspositie.. Discriminatie (ingroup/outgroup)

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Video