Het inkomen als ontwikkelingskenmerk: Hoe hoger het inkomen, hoe rijker een land
Mate waarin mensen in basisbehoeften kunnen voorzien. Voedsel, huisvesting, onderwijs, gezondheidszorg
Slide 8 - Slide
Andere omschrijvingen arm land
Onderontwikkelde landen
Derde wereld
het Zuiden (Tweedeling)
Andere omschrijvingen rijk land
Ontwikkelde landen
Industrielanden
het Noorden (Tweedeling)
Slide 9 - Slide
Regionale ongelijkheid
Verschillen in ontwikkeling tussen gebieden (vaak binnen 1 land)
Slide 10 - Slide
BNP en BBP
BNP: Bruto Nationaal Product
- Al het geld dat in een land wordt verdiend (: aantal
inwoners = BNP per inwoner). BNP per inwoner bij vergelijking landen!
BBP:Bruto Binnenlands Product
- Totale productie van een land uitgedrukt in
geld.
Slide 11 - Slide
Nadelen BNP per inwoner
Grote verschillen klein groepje rijk en de rest arm
regionale verschillen (stad vs platteland)
Slide 12 - Slide
Basisbehoeften
Wat iedereen nodig heeft om redelijk te kunnen leven
Voedsel (Dagelijks ongeveer 10.000 kilojoules)
Huisvestiging (Stevig gebouwd, toilet en kraanwater)
Onderwijs ( >15 en niet kunnen lezen/schrijven analfabeten)
Gezondheidszorg (Artsendichtheid en zuigelingensterfte)
Slide 13 - Slide
Voedsel
Kwalitatieve honger
- Kwaliteit van de voeding is slecht, te weinig eiwitten en vitaminen. (eerder ziek, zwak)
Kwantitatieve honger
-Hoeveelheid voedsel is te weinig. (Mensen gaan dood)
Slide 14 - Slide
Huisvesting
Nodig: Toilet met afvoer, schoon water, stevig gebouwd en voldoende ruimte.
Platteland (Redelijk goed)
Stad (slecht, verandering en grote verschillen)
Slide 15 - Slide
Analfabetisme
>15 en niet kunnen lezen/schrijven analfabeten
Slide 16 - Slide
Onderwijs
Analfabetisme 2 oorzaken
Te weinig onderwijzers, scholen, boeken en te ver weg voor het platteland.
Kinderen moeten werken
Kinderarbeid = Te zwaar werk voor kinderen en kost zoveel tijd dat ze niet naar school kunnen.
Slide 17 - Slide
Gezondheidszorg
Hulp voor zieke mensen.
Levensverwachting: Aantal jaren dat iemand zal leven per land.
Artsendichtheid: Aantal inwoners per arts.
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Slide
Eerste sector
Ook wel primaire sector genoemd.
In deze sector komen de onderdelen uit de natuur.
-Landbouw
-Visserij
-Delfstofwinning
Slide 20 - Slide
Zelfverzorgende - en commerciële bedrijven
Zelfverzorgend
Verbouwen van eigen voedsel
Alleen overschot verkocht
-Veel in ontwikkelingslanden
Commercieel
Alles voor de verkoop
-ontwikkelde landen
-Later ook ontwikkelingslanden.
-Mechanisatie
Slide 21 - Slide
Groene revolutie
Landbouwrevolutie 1960-1980
Voornamelijk in de landbouw in Azië
Bevolkingsexplosie
Rijstteelt vergroten om hongersnood te voorkomen
Verbetering van gewassen en productie
kunstmest, pesticiden, nieuwe irrigatietechnieken en verbeterde zaden
Slide 22 - Slide
Slide 23 - Slide
Productieproces 1e 2e en 3e sector
Voorbeeld productie telefoon.
1e sector delven van ijzererts, metalen of olie (Mijnbouw) 2e sector verwerken en produceren van de onderdelen van de telefoon in fabrieken 3e sector verkoop van de telefoon in de winkel/online.
Slide 24 - Slide
Gezondheidszorg
Hulp voor zieke mensen.
Levensverwachting: Aantal jaren dat iemand zal leven per land.
Artsendichtheid: Aantal inwoners per arts.
Slide 25 - Slide
Opdrachten
Maak de atlasvaardigheden opdrachten uit je opdrachtenboekje
Je hebt 15 minuten voor de opdracht je mag samenwerken.
Heb je vragen steek je hand dan op
Ben je eerder klaar? laat de opdrachten controleren
Slide 26 - Slide
0
Slide 27 - Video
Post-its
Schrijf je naam alvast op de post-it
Schrijf nu op wat je deze les hebt geleerd
Schrijf op wat je nog een moeilijk (onderwerp) vindt