This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.
voordat, nadat, eerst,
daarna, vroeger, toen, later etc.
Deze signaalwoorden geven een tijdsvolgorde aan
ook, verder, bovendien, en, maar ook, ten eerste, als laatste etc.
maar, daarentegen, echter, integendeel, enerzijds-anderzijds etc.
zo, bijvoorbeeld, zoals, denk aan, neem nou etc.
Bij een toelichtend verband wordt extra informatie gegeven bij een onderwerp.
We use cookies to improve your user experience and offer you personalized content. By using Lessonup you agree to our cookie policy.