2021- 4M - H4 - Grafieken en vergelijkingen

Grafieken en vergelijkingen
Stijgen en dalen...

(Bicoinspot.nl)
1 / 33
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes, text slides and 6 videos.

Items in this lesson

Grafieken en vergelijkingen
Stijgen en dalen...

(Bicoinspot.nl)

Slide 1 - Slide

H4.1 - Omgekeerd evenredig verband.

 Wordt de variabele boven 2 keer zo groot, dan wordt de variabele onder 2 keer zo klein. 

Formule= Getal : variabele
In dit geval:
H= 60 : t
Altijd  hyperbool grafiek!

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Evenredig verband.
 
Wordt de variabele boven 2 keer zo groot, dan wordt hij onder ook 2 keer zo groot. 

Formule = Getal x variabele.
In dit geval: 
H= 30t
Altijd lineaire grafiek door de oorsprong (0,0)!

Slide 4 - Slide

Bekijk deze powerpoint voor meer uitleg!! De link staat in de volgende slide!

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Link

Slide 8 - Video

Slide 9 - Video

H4.2 Allerlei verbanden en grafieken. 
Trapjesgrafiek en stippengrafiek.
H 4.2      Allerlei verbanden en grafieken
Deze grafieken moet je kunnen herkennen en de eigenschappen van de verbanden kennen!

Slide 10 - Slide

H4.2 Allerlei verbanden en grafieken. 
Trapjesgrafiek en stippengrafiek.
             trapjesgrafiek                     stippengrafiek.

Slide 11 - Slide

Voorbeeld trapjesgrafiek
    Voorbeeld trapjesgrafiek

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Voorbeeld trapjesgrafiek
    Voorbeeld stippengrafiek

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

H4.4 - Vergelijkingen oplossen
Een vergelijking is op 3 manieren op te lossen:


  1. Met de balansmethode
  2. Met een grafiek (als die er is of als je die kunt maken)
  3. Met inklemmen

Slide 16 - Slide

Hoe zat het ook alweer? 
1. Balansmethode

Slide 17 - Slide

4b + 12           = 36
Zie de vergelijking als een balans (een weegschaal)

Slide 18 - Slide

De balansmethode
Welke vergelijking hoort bij deze balans?
Los de vergelijking op. 
Vergelijking
  • 3x + 5 = 10 
Oplossing
  • 3x + 5 = 10 
  • 3x = 5
  •   x = 5/3
  •   x = 1  2/3

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

Oplossen met grafieken

Slide 21 - Slide

Wat willen we nu eigenlijk weten?
Welk getal moet ik invullen zodat er bij allebei hetzelfde antwoord uit komt? 

Slide 22 - Slide

Vergelijking oplossen  met grafieken
 We zoeken het punt (x,y) waarbij beide grafieken 'gelijk' zijn, dus door het zelfde punt (coördinaat) uitkomen. 

Dit noemen we het snijpunt van 2 grafieken. 

De 'x' vind je door lijn naar x-as te trekken en de 'y' vind je door het invullen van de gevonden 'x' in de formule.
Snijpunt
Hier kan ik zien na hoelang werken ze allebei evenveel verdienen. 

Slide 23 - Slide

Type opgaven / vragen

1) Wat betaal ik als ik 30 minuten heb gebeld? En mijn collega? 

2) Wanneer betalen mijn collega en ik evenveel
Ik heb een telefoon abonnement waarbij ik de volgende formule heb om de kosten uit te rekenen: 

          Kosten in €= 1 0 + 0,50t 
          t = de beltijd in minuten

Mijn collega heeft ook een telefoon abonnement en die berekent haar kosten met de volgende formule:

            Kosten in €= 12 + 0,25t
              t = de beltijd in minuten.

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Video

Inklemmen. 
Oplossen met inklemmen
1.
2.
Soms zijn vergelijkingen op meerder manieren op te lossen. Kijk maar:

Slide 26 - Slide

Inklemmen:
Getallen invullen op de plek van de k tot je bij het gewenste antwoord (100) bent.
Balansmethode:
  Los op:  
 -25   25+0,5k = 100   -25
          0,5k = 75
: 0,5.       k = 150.        : 0,5
k=10 --> 25 +(0,5x10)  = 30 (te weinig)
k=50--> 25+(0,5x50)  = 50 (te weinig)
k=100-->25+(0,5x100)= 75 (te weinig)
...
k=150 --> 25+(0,5x150)=100!! 
oplossing:   k = 150

Slide 27 - Slide

Inklemmen gebruik je ook vaak bij het zoeken naar          
snijpunten in een grafiek van verschillende soorten verbanden
(bv. kwadratisch en lineair)
Uitwerking

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Video

Je kan het!
Enkele oefeningen...

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

voorgaande grafiek is een
A
stippengrafiek
B
een evenredig verband
C
een exponentiele formule
D
een trapjesgrafiek

Slide 32 - Quiz

voorgaande grafiek is een
A
stippengrafiek
B
een evenredig verband
C
een exponentiele formule
D
een trapjesgrafiek

Slide 33 - Quiz