This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
§ 6.1 Warmte en temperatuur
§ 6.2 Brandstoffen verbranden
§ 6.3 Warmtetransport
§ 6.4 Isoleren
Slide 1 - Slide
Welkom!
Slide 2 - Slide
Leerdoelen
6.4.1 Je kunt drie manieren beschrijven waarop een huis warmte verliest aan de omgeving.
6.4.2 Je kunt uitleggen hoe het komt dat een goed geïsoleerd huis minder energie verbruikt.
6.4.3 Je kunt vier manieren beschrijven om een woonhuis te isoleren tegen warmteverlies.
6.4.4 Je kunt van elke manier van isoleren uitleggen hoe die het warmteverlies tegengaat.
6.4.5 Je kunt uitrekenen hoeveel de bewoners door isolatie kunnen besparen in m³ aardgas en in euro’s.
Slide 3 - Slide
Hoe blijft jouw huis warm?
Vandaag gaan we ontdekken hoe een huis warmte verliest en hoe isolatie helpt om energie en geld te besparen!
Slide 4 - Slide
Waardoor verliest een huis het meeste warmte?
A
Ramen
B
Muren
C
Dak
D
Vloer
Slide 5 - Quiz
Wat doet isolatie?
A
Warmte toevoegen
B
Warmte vasthouden
C
Warmt afvoeren
Slide 6 - Quiz
Welk materiaal is een goede isolator?
A
Glas
B
Steenwol
C
Metaal
Slide 7 - Quiz
Extra vraag voor VMBO-GT: Noem een plek in huis waar je warmteverlies merkt.
Slide 8 - Open question
Hoe verdwijnt warmte? Schrijf 1 ding op dat je ziet!
Thermografie video van warmteverlies in woonwijk
Slide 9 - Open question
Drie manieren van warmteverlies
Geleiding : Warmte gaat door muren, vloeren en ramen naar buiten.
Slide 10 - Slide
Stroming : Warme lucht stijgt en ontsnapt via kieren of ventilatie.
Slide 11 - Slide
Straling: Warmte straalt naar koude oppervlakken, zoals je handen.
Slide 12 - Slide
Geleiding
Stroming
Straling
Slide 13 - Drag question
Noem een plek in jouw huis waar het vaak koud is en leg uit waarom je denkt dat daar warmte verloren gaat. GL: schrijft een uitleg met een mogelijke oplossing
Slide 14 - Open question
Minder energie met isolatie
Isolatie houdt warmte binnen door geleiding, stroming en straling te verminderen.
Een goed geïsoleerd huis hoeft minder te stoken, wat energie bespaart.
Slide 15 - Slide
Waarom verbruikt een geïsoleerd huis minder energie?
A
Het maakt zelf warmte
B
Het houdt warmte langer vast
C
Het laat meeer warmte ontsnappen
Slide 16 - Quiz
Praktische Opdracht
Welk materiaal isoleert het best?
Groepsopdracht:
Materialen: Kleine bekers met warm water, verschillende isolatiematerialen (bijv. bubbeltjesplastic, wol, aluminiumfolie, karton).
Opdracht: Wikkel elk materiaal om een beker en meet na 5 minuten de temperatuur van het water. Welk materiaal houdt de warmte het best vast?
Schrijf op: Welk materiaal werkte het best en waarom?
Slide 17 - Slide
Welk materiaal was de beste isolator en hoe voorkomt het warmteverlies?
Slide 18 - Open question
Hoe isoleer je een huis?
1. Spouwmuurisolatie: Vult de ruimte tussen muren met isolatiemateriaal (bijv. glaswol) om geleiding te verminderen.
Slide 19 - Slide
Hoe isoleer je een huis?
2. Dakisolatie: Dikke lagen isolatiemateriaal op zolder om stroming en geleiding te stoppen.
Slide 20 - Slide
Hoe isoleer je een huis?
3. Dubbel glas: Twee glaslagen met lucht ertussen om geleiding en straling te verminderen.
Slide 21 - Slide
Hoe isoleer je een huis?
4. Vloerisolatie: Isolatiemateriaal onder de vloer om geleiding naar de koude grond te voorkomen.
Slide 22 - Slide
Rekenopdracht – Besparing berekenen
Hoeveel bespaar je met isolatie?
Rekenvoorbeeld:
Een huis zonder isolatie verbruikt 1500 m³ aardgas per jaar (€1,50 per m³).
Met isolatie daalt dit naar 1000 m³ per jaar.
Vraag: Bereken de besparing in m³ en in euro’s.
Slide 23 - Slide
Bereken de besparing in m³ en euro’s. Schrijf je berekening op.
Slide 24 - Open question
Wat heb je geleerd?
Drie manieren van warmteverlies: geleiding, stroming, straling.
Isolatie bespaart energie door warmte vast te houden.
Vier isolatiemethoden: spouwmuur, dak, dubbel glas, vloer.
Besparing berekenen in m³ en euro’s.
Slide 25 - Slide
1. Noem een manier waarop een huis warmte verliest.
2. Welke isolatiemethode helpt tegen warmteverlies via ramen?
3. Hoeveel bespaar je als je van 1200 m³ naar 900 m³ aardgas gaat (€1,50 per m³)?
Slide 26 - Open question
Aan de slag!
Maak van paragraaf 6.4
opdracht: 1 t/m 11 (gl)
1 t/m 12 (kader)
Klaar? maak dan testjezelf van 6.4
rood = Iedereen is stil
oranje = Iedereen is stil, docent beantwoord wel vragen
groen = Je mag zachtjes overleggen met je buurman/buurvrouw
timer
10:00
Slide 27 - Slide
Zelfstandig herhalen
Neem de samenvatting goeddoor
Stel vragen aan de docent als je iets niet snapt
Maak online de oefentoets van H6
Laat je docent de score zien!
Als het boven 80% is mag je iets voor jezelf doen. (alleen als de docent je toestemming heeft gegeven)