2b 24-11

Goedemorgen!
Ga lezen in je boek: 
De regels van drie.
1 / 32
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Goedemorgen!
Ga lezen in je boek: 
De regels van drie.

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?
-Lezen
-Je herkent figuurlijk taalgebruik.
-Tekst over Iran


Slide 2 - Slide

Schrijfopdracht: Maak een verhaal. Deze punten helpen je bij het schrijven. Start met een titel. 
In welk land zijn er demonstraties? 
Wat voor soort land is dit? 
Waarom zijn er demonstraties? 
Wat doen de vrouwen om te laten zien dat ze boos zijn?
Wat vind jij ervan hoe er met Mahsa Amini is omgegaan en hoe er met vrouwen wordt omgegaan in dit land?  
Wat vind jij ervan dat mensen over de hele wereld demonstreren tegen de regels van dit land? 
Wat vind jij van hun regels? 
Wat betekent vrijheid voor jou? 
Let op: Maak goede mooie zinnen! Gebruik hoofdletters, komma's en punten. Schrijf duidelijk! 
Lees je tekst goed door!

Slide 3 - Slide

Na de les...
-snap ik wat figuurlijk taalgebruik is.


Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Figuurlijk taalgebruik

Slide 6 - Slide

LETTERLIJK


- precies zoals het geschreven is

FIGUURLIJK


- bij wijze van spreken


- er wordt iets anders bedoeld dan er eigenlijk staat


- ook wel beeldspraak genoemd

Slide 7 - Slide

Bij figuurlijke taal betekent een woord niet precies wat er staat.
.
Voorbeelden:
Hij woont in het hart van de stad.
Het is een beer van een vent.
Door hem ben ik nu mooi de sigaar.
Natalie staat te springen om op vakantie te gaan.


beeldspraak

Slide 8 - Slide

Helaas kwam er geen kip naar de gratis tennisles


LETTERLIJK

Er kwamen geen kippen naar de gratis tennisles



Helaas kwam er geen kip naar de gratis tennisles


FIGUURLIJK

Er kwam helemaal niemand naar de gratis tennisles

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Slide 12 - Slide

De conciërge trekt aan de bel.

Wat is de letterlijke betekenis?

Slide 13 - Open question

Kies de zinnen waar figuurlijk taalgebruik in voorkomt.
stopwatch
00:00
A
We zullen deze meneer eens flink aan de tand voelen
B
Waarom doet u dat, u bent toch geen tandarts?
C
Wat bedoelt u ? Ik zie helemaal niets aan uw hoofd.
D
‘Ik krijg een punthoofd van u

Slide 14 - Quiz

Wat betekent:
aan de tand voelen
stopwatch
00:00

Slide 15 - Open question

Wat betekent:
een punthoofd krijgen
timer
1:00

Slide 16 - Open question


Noem de letters van de zinnen die figuurlijk zijn.

Type hoofdletters met een spatie ertussen
timer
1:00

Slide 17 - Open question

Mijn oom rookt als een
timer
1:00
A
paard
B
roos
C
pauw
D
ketter

Slide 18 - Quiz

Zij liet me vallen als een
timer
1:00
A
roos
B
rietje
C
baksteen
D
deur

Slide 19 - Quiz

Die baby slaapt als een
timer
1:00
A
baksteen
B
pauw
C
roos
D
deur

Slide 20 - Quiz

Het hondje staat te trillen als
timer
1:00
A
ketter
B
rietje
C
deur
D
baksteen

Slide 21 - Quiz

Zij is zo trots als een ........


deur, pauw, rietje, baksteen, roos of paard 
timer
1:00

Slide 22 - Open question

Ik heb honger als een...
deur, pauw, rietje, baksteen, roos of paard
timer
1:00

Slide 23 - Open question

Die jongen is zo gek als een
deur, pauw, rietje, baksteen, roos of paard
timer
1:00

Slide 24 - Open question

Hij heeft de wind in de zeilen
timer
1:00
A
Hij gaat slapen
B
Het gaat goed met hem
C
Hij let goed op wat er gebeurt

Slide 25 - Quiz

Hij gaat onder zeil
timer
1:00
A
Hij gaat slapen
B
Het gaat goed met hem
C
Hij let goed op wat er gebeurt

Slide 26 - Quiz

Hij houdt een oogje in het zeil
timer
1:00
A
Hij gaat slapen
B
Het gaat goed met hem
C
Hij let goed op wat er gebeurt

Slide 27 - Quiz

Opdracht
Woordenschat: bladzijde 52 t/m 55. 

Slide 28 - Slide

Na de les...
-snap ik wat figuurlijk taalgebruik is.


Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Figuurlijk taalgebruik

Slide 31 - Slide

Fijne dag!

Slide 32 - Slide