week 9 les 1

FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 2 - Video

  • oefentoets - opdrachten Classroom - leren toets
  • herhaling regelmatige ww -er
  • herhaling schrijven van zinnen over objecten/dieren/mensen
Le but: à la fin de ce cours:
  • ben ik voor bovenstaande onderwerpen klaar voor de toets.

Slide 3 - Slide

 Planning huiswerk
wo 28/2: apprendres 5 en 10
vr 1/3: aprendre 3
wo 6/3: apprendres 1, 2, 4 - 2 en 4 FR/NL
vr 8/3: werkwoorden -er, être en avoir
wo 13/3: apprendre 6
do/vr 14/3 of 15/3: apprendre 8, algemene cultuur
Toetsweek

Slide 4 - Slide

Battle
Ik ben de stand kwijt 

Twee tijden worden bij elkaar opgeteld - laagste score = snoepje klas


Slide 5 - Slide

Grammatica leerstof toetsweek
● mettre (présent + passé composé)
● prendre (présent + passé composé)
● Bijvoeglijk naamwoorden: uitgangen + bijzondere vormen
● App. 10: meervoud zelfstandige naamwoorden, bijzondere vormen
Herhaling: ww: être, avoir en werkwoorden op -er
  • in de présent en de passé composé (werkwoorden op -er tot nu toe) 
● Algemene cultuur: P 86-87
● Een straat, gebouw, kamer, dier of voorwerp beschrijven

Slide 6 - Slide

Oefentoets
Gemaakt? Nakijken (daarana extra oefeningen Classroom)

Niet gemaakt? Nu tijd om eraan te werken of vragen te stellen.
timer
20:00

Slide 7 - Slide

Regelmatige werkwoorden op -er
jouer
nager
parler
je joue
je nage
je parle
tu joues
tu nages
tu parles
il/elle/on joue
il/elle/on nage
il/elle/on parle
nous jouons
nous nageons
nous parlons
vous jouez
vous nagez
vous parlez
ils/elles jouent
ils/elles nagent
ils/elles parlent

Slide 8 - Slide

Passé composé ww -er
Nederlandse woorden matchen met juiste Franse woorden

stam + é

Slide 9 - Slide

avoir en être
Tegenwoordige tijd

Passé composé: J'ai eu / j'ai été

Slide 10 - Slide

Wij praten

Slide 11 - Open question

U bent

Slide 12 - Open question

Roos en Sophie zijn

Slide 13 - Open question

ik heb gehad

Slide 14 - Open question

ik ben geweest

Slide 15 - Open question

wij hebben gespeeld

Slide 16 - Open question

men heeft gezocht

Slide 17 - Open question

Welk woord hoort bij welk plaatje?
décrire
les cheveux
la peau
en metal
le bâtiment
en bois
légère
une personne
la bouche
les yeux
en plastique
rond
carré
la forme
le truc
lourd(e)

Slide 18 - Drag question

Tu peux décrire cet objet?
C'est....(van hout)

Slide 19 - Open question

Tu peux décrire cet objet?
C'est ... (van metaal)

Slide 20 - Open question