Examentraining Havo 5

CSE 2025

HAVO Engels
Vrijdag 16 mei 13:30u-16:00u

tips & tricks
1 / 67
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavo, havo, vwoLeerjaar 4-6

This lesson contains 67 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

CSE 2025

HAVO Engels
Vrijdag 16 mei 13:30u-16:00u

tips & tricks

Slide 1 - Slide

Het grote geheim
Het Centraal Schriftelijk Examen vraagt eigenlijk niet alleen om leesvaardigheid.

Het gaat om begrijpen  wat CITO  van je wil. 

Heb je dat door, dan haal je goede cijfers.

Slide 2 - Slide

Wat wil Cito dan van jou?

Slide 3 - Slide

Het recept
  • bestudeer de linking words
  • hoe om te gaan met onbekende woorden (woordenboek)
  • ken de vraagsoorten
  • oefenen met eerdere examens

Slide 4 - Slide

Linking words
Zorg dat je:
  • linking words (= voegwoorden, signaalwoorden) herkent
  • weet welk verband ze aangeven
  • hoe je ze in een zin gebruikt
  • LEER de linking words!!!!!


Slide 5 - Slide

Gevolg / conclusie / oorzaak
Als je de linking words van de volgende slide tegenkomt in een tekst, dan weet je dat de schrijver aan het einde is gekomen van bijvoorbeeld zijn verslag, of zijn opsomming van argumenten.

Door het voegwoord (signaalwoord) weet je dat je nu een gevolg of een conclusie kunt verwachten. 

Slide 6 - Slide

after all
tenslotte
all-in all
al met al
as a result
als gevolg daarvan
consequently
dus, daarom
in conclusion
concluderend
in short
kortom
so
dus
therefore
daarom, dus

Slide 7 - Slide

Tegenstelling 
Als je deze linking words tegenkomt in een tekst, dan weet je dat de schrijver een andere kant opgaat in zijn tekst dan ervoor. De schrijver gebruikt bijv. een argument tegen datgene wat ervoor is gezegd. 

Slide 8 - Slide

although
hoewel
But
maar
contrary to / in contrast to
in tegenstelling tot
even though
daarentegen
on the one hand …
aan de ene kant …
… on the other hand
… aan de andere kant
however
echter
instead of
in plaats van
in spite of
desondanks
nevertheless
niettemin
besides
behalve
still
toch

Slide 9 - Slide

Vergelijking 
Als je deze linking words tegenkomt in een tekst, dan weet je dat het genoemde vergeleken wordt met iets anders uit de tekst.

Slide 10 - Slide

likewise
evenzo, evenzeer
similarly
op een vergelijkbare manier
such as
zoals
as well as
evenals

Slide 11 - Slide

Voorwaarde 
Door deze linking words weet je dat er een voorwaarde aan iets wordt gesteld in de tekst. Doordat er aan iets voldaan wordt, kan er iets anders gebeuren. 

Slide 12 - Slide

if
als, indien
unless
tenzij
provided
mits, op voorwaarde dat
granted that
ervan uitgegaan dat
as/so long as
zolang als
only if
alleen als

Slide 13 - Slide

Welk signaalwoord/functiewoord hoort bij welk tekstverband? Sleep de goede antwoorden naar elkaar toe.
As well as
In short
To praise
To criticize
For instance
Uitbreiding/Opsomming
Gevolg/Conclusie
Ondersteunen (positief)
Tegenstelling
Voorbeelden

Slide 14 - Drag question

Welk signaalwoord in de tekst geeft een tegenstelling aan?

Slide 15 - Open question

He should not be doing this job, _______ he was not trained for it.
A
despite
B
however
C
since
D
such as

Slide 16 - Quiz

Many species of wildlife are becoming extinct __________ the rainforests are being destroyed.
A
opsomming
B
reden
C
relativering
D
gevolg/conclusie

Slide 17 - Quiz

They like to watch soap operas
____________ films on TV.
A
opsomming
B
reden
C
relativering
D
gevolg/conclusie

Slide 18 - Quiz

He did not concern himself with the interests of his own class, and ______________ some thought him arrogant and others thought him stupid.
A
consequently
B
as well as
C
due to
D
as a matter of fact

Slide 19 - Quiz

_____________, she'd rather get a room than stay in the house.
A
opsomming
B
reden
C
relativering
D
gevolg/conclusie

Slide 20 - Quiz

Many species of wildlife are becoming extinct __________ the rainforests are being destroyed.
A
because
B
and
C
actually
D
all in all

Slide 21 - Quiz

_____________, she'd rather get a room than stay in the house.
A
what's more
B
therefore
C
actually
D
as a result

Slide 22 - Quiz

He did not concern himself with the interests of his own class, and ______________ some thought him arrogant and others thought him stupid.
A
opsomming
B
reden
C
relativering
D
gevolg/conclusie

Slide 23 - Quiz

They like to watch soap operas
____________ films on TV.
A
in fact
B
for
C
and
D
in short

Slide 24 - Quiz

Hoe begin je?
  • Scannen: titel, plaatjes, intro -> Waar gaat de tekst over?
  • LEES NIET DE HELE TEKST DOOR!!!
  • Lees de vraag: In welke alinea's moet je kijken? -> aanstrepen (markeren)
  • Wat voor soort vraag is het? ABCD/gaten/open vragen/bewering
  • Bij het examen Nederlands moet je WEL de hele tekst doorlezen voordat je start met de vragen
  • Volg de stappen die nu nog gaan komen

Slide 25 - Slide

Vraagsoorten
  • Gatenvraag (gap question)
  • Meerkeuzevraag
  • Open vraag (citeervraag of volledig open vraag)
  • Beweringenvraag (juist-onjuist, wel-niet)

Slide 26 - Slide

Gatenvragen
(gap questions)
De vrees van veel leerlingen maar stiekem niet zo moeilijk, mits je je linking words kent.

Er zijn 2 soorten:
  • gatenvragen met signaal-/functiewoorden
    Kan een gatenvraag zijn, maar ook bijvoorbeeld  'wat is het verband tussen deze alinea en de vorige'
  • gatenvragen waar een stukje tekst is weggelaten


Slide 27 - Slide

Stappenplan
  • Zorg dat je alle antwoorden kunt vertalen --> noteer de vertalingen
  • Lees de hele alinea waar de 'gap' in staat
  • Probeer eerst zelf een antwoord te bedenken
  • Kies je antwoord
  • Lukt niet --> kijk naar positief en negatief en streep weg OF lees de laatste zin(nen) van de vorige alinea en de eerste zin(nen) van de volgende alinea

Slide 28 - Slide

Young people don't trust anyone who uses a full stop
Engels - Havo 2023, 2e tijdvak - tekst 10

Slide 29 - Slide

Which of the following fits the gap in paragraph 2?
A
As a result
B
In the meantime
C
On the other hand

Slide 30 - Quiz

Explanation
as a result = als gevolg daarvan, daardoor > gevolg van alinea daarvoor
in the meantime = ondertussen
on the other hand = aan de andere kant > tegenstelling


Vertalen van zin met 'gap' + zin ervoor:
"Het is duidelijk dat je je gedachte al hebt afgerond, dus welke functie heeft de punt dan? _______ lijkt het huidige gebruik van een punt in berichten nogal expliciet en kan het overkomen alsof je boos of geïrriteerd bent."

Slide 31 - Slide

Which of the following fits the gap in paragraph 4?
A
properly
B
purposefully
C
tactlessly

Slide 32 - Quiz

Explanation
properly = op de juiste manier / correct
purposefully = doelbewust / met opzet
tactlessly = tactloos / zonder rekening te houden met anderen
Vertalen van zin met 'gap' + zin erna:


De nieuwe, agressieve interpretatie van de punt kan ook ______ worden gebruikt voor een komisch effect. "Hoewel punten aan het einde van zinnen misschien minder vaak worden gebruikt, kunnen ze elders juist heel bewust (deliberately) worden ingezet om nadruk te leggen."

Slide 33 - Slide

Hoofdgedachte
  • Lees de tekst goed door en kijk waar het over gaat.
  • Let op de titel, inleiding en conclusie – daar staat vaak de hoofdgedachte.
  • Zoek naar kernzinnen in de tekst, meestal de eerste of laatste zin van een alinea.
  • Formuleer de hoofdgedachte in één korte zin: wat wil de schrijver jou vertellen?

Slide 34 - Slide

Football, finances and fans
Engels - Havo 2024, 2e tijdvak - tekst 5

Slide 35 - Slide

What is the main point made about football clubs in paragraph 8?
A
They might risk losing loyal fans as a result of current guidelines
B
They ought to invest in facilities for fans rather than costly players
C
They should prioritise the connection between fans and their squads
D
They would do justice to the fans by accepting a financial watchdog

Slide 36 - Quiz

Explanation
'They would do justice to the fans ...' > in de 1e zin van alinea 8 staat 'the people that matter most - the fans'
'... by accepting a financial watchdog' > independent regulation, oftewel onafhankelijke regulering (toezicht dus)

Slide 37 - Slide

Open vragen

Open vragen komen niet zo veel voor op het eindexamen Engels.
Vaak op zoek naar:
  • redenen die gegeven worden
  • voorbeelden die genoemd zijn
  • naam of term van/voor een specifiek persoon, voorwerp of fenomeen

Slide 38 - Slide

Tips
  • zo kort mogelijk antwoord geven
  • beantwoord in de taal waarin deze geschreven is (meestal Nederlands), tenzij anders staat aangegeven.
  • beperk je tot wat er gevraagd wordt: "In welke twee gevallen kun je meer uitbetaald krijgen?"
  • dus --> twee gevallen noemen
  • en --> niet noemen wanneer je minder kunt krijgen

Slide 39 - Slide

Range presents a risk
Engels - Havo 2023, 2e tijdvak - tekst 2

Slide 40 - Slide

‘Range presents a risk’ (titel)
Noem twee praktische suggesties die Carl Jones doet om dit permanent
op te lossen.
Geef antwoord in het Nederlands.

Slide 41 - Open question

Explanation
Deze vraag kan 2 punten opleveren, dus doe extra je best!

Antwoord (kies 2 van de 3 met de volgende strekking):
de schietbaan/range sluiten
de schietbaan/range (naar een veilige/andere locatie) verplaatsen
afscherming (om de baan) (plaatsen) / voorkomen (door plaatsing van een muur/barrière) dat de kogels/munitie in het bos komen/komt


De vraag is wat Carl Jones (de schrijver van het stukje) doet om dit permanent (voor altijd) op te lossen. Alle antwoorden vind je in de 4e alinea, want in de 3e alinea vraagt hij zich nog af waarom de schietbaan nog open is.

Slide 42 - Slide

Citeervragen
Citeervragen komen vaker voor op eindexamens Engels.
  • Gericht op 1 specifiek stukje informatie in de tekst
  • Vaak een voorbeeld, een reden of waar wordt iets eerder in de tekst ook al genoemd

Slide 43 - Slide

Stappenplan citeervragen
  • Lees eerst de alinea goed door waar het citaat staat (indien nodig: markeer het citaat).
  • Voor citeervragen is het meestal nodig om meer alinea's te lezen, bekijk per alinea of daar je antwoord staat. Zo niet, verder lezen.
  • Vaak is het zo dat het antwoord op het citaat NA het citaat zelf staat.

Slide 44 - Slide

Tips
  • Houd je aan de instructie van de vraag: "Citeer de eerste twee woorden van de zin waarin ..."
  • dus --> geeft bijv. het antwoord: "The main"
  • "Citeer de eerste en de laatste twee woorden van de zin ...
  • dus --> geeft bijv. het antwoord: "The main ... be resolved."
  • schrijf NIET de hele zin op als er naar een zinsgedeelte wordt gevraagd, vaak is het 1/3 of 1/4 van de originele zin 

Slide 45 - Slide

  • Moelijker citeervraag: "Wordt duidelijk uit de tekst onder welke voorwaarden je eerder gebruik kunt maken van de hotelkamer dan in je reservering staat? Zo nee, antwoord "Nee". Zo ja, citeer de eerste twee woorden van de zin waarin dit staat.
  • Ga je hierbij niet doodstaren op de tekst: het kan best zo zijn dat het antwoord er dus niet instaat. 

Slide 46 - Slide

Is the internet leading us into a 21st century dark age?
Engels - Havo 2023, 2e tijdvak - tekst 5

Slide 47 - Slide

‘other people might con us online’ (alinea 2)
Wordt later in de tekst expliciet teruggekomen op de mogelijkheid dat je
op het internet een oplichter tegenkomt?
Zo nee, antwoord ‘Nee’. Zo ja, citeer de eerste twee woorden van de zin
waarin dit gebeurt.

Slide 48 - Open question

Explanation
Antwoord = Nee
Er staat later in de tekst, dus lees vanaf alinea 3. Verder moet je begrijpen dat 'con us' = ons bedriegen
De alinea's 3-9 gaan niet over het online tegenkomen van een oplichter, dus vandaar: nee

Slide 49 - Slide

‘everything we posted would be there forever’ (alinea 3)
In welke zin wordt voor het eerst duidelijk dat dit in de praktijk niet altijd
waar is?
Citeer de eerste twee woorden van deze zin.

Slide 50 - Open question

Explanation
Antwoord = Just last (alinea 6)
Als je verder denkt, dan is eigenlijk duidelijk dat ze hier een voorbeeld zoeken dat niet alles wat we online posten er altijd blijft staan.
Vertaling zin: Vorige week heeft MySpace miljoenen nummers van zijn servers verloren: miljoenen opnames die mogelijk alleen daar bestonden en nu voor altijd verdwenen zijn.

Slide 51 - Slide

Beweringen 
(juist-onjuist, waar-niet waar)
Bij juist-onjuist vragen moet het antwoord altijd letterlijk in de tekst staan, wil je het antwoord juist kiezen. Zo niet, dan is het dus onjuist. Wanneer de mening wordt gevraagd van de schrijver moet er letterlijk in de tekst staan: “De schrijver is het niet eens met … omdat, zus of zo.” In alle andere gevallen is je eigen mening of de mening van de schrijver die ergens vaag wordt geschreven altijd onjuist.

Slide 52 - Slide

Tips
  • Antwoorden met de woorden: altijd, nooit, niet zijn vaak onjuist.
  • Het is mogelijk dat ALLE antwoorden juist of ALLEMAAL onjuist zijn, laat je hierdoor niet afleiden.
  • Kijk goed in welke alinea je moet zoeken (zie de vraag) en focus alleen op die alinea.

Slide 53 - Slide

Stappenplan
  • Voor dit soort vragen kun je altijd 2 of meer punten halen, dus dit wil je goed doen!
  • Lees eerst alle beweringen door bij de vraag.
  • Lees de alinea('s) waar de vraag bij hoort.
  • Let extra op dubbele punten en signaalwoorden (zoals: furthermore, additionally, moreover, however, but, etc.)
  • De bewering is alleen goed als ALLES klopt!

Slide 54 - Slide

Sheep ban threatens ancient grazing rights
Engels - Havo 2023, 2e tijdvak - tekst 9

Slide 55 - Slide

Lees eerst alinea 1, anders zijn de volgende vragen lastig(er).

Slide 56 - Slide

Wordt met de volgende citaten ‘anti-social behaviour legislation’ (alinea 2) bedoeld?

‘Public Spaces Protection Orders’ (alinea 2)
A
wel
B
niet

Slide 57 - Quiz

Explanation
Public Spaces Protection Orders stellen gemeenteraden in staat om specifieke activiteiten binnen bepaalde gebieden te verbieden --> het grazen van de schapen

Slide 58 - Slide

Wordt met de volgende citaten ‘anti-social behaviour legislation’ (alinea 2) bedoeld?

‘busybody’s charter’ (alinea 3)
A
wel
B
niet

Slide 59 - Quiz

Explanation
Een groep die campagne voert tegen de overregulering van het dagelijks leven heeft gedocumenteerd hoe het zogenoemde "bemoeizuchtigen-handvest" in sommige gebieden wordt gebruikt om geluksbrengers, krijttekeningen, zingen en zelfs, in één geval, het dragen van een golftas te verbieden.

Slide 60 - Slide

Wordt met de volgende citaten ‘anti-social behaviour legislation’ (alinea 2) bedoeld?

‘Irresponsible Shepherding Scrutiny Task Group’ (alinea 4)
A
wel
B
niet

Slide 61 - Quiz

Explanation
Om "bewijslijsten" op te stellen. Echter, lokale herders geloven dat sommige klachten afkomstig zijn van nieuwkomers in de "gentrificatie" van het gebied, van wie velen een ongeschreven regel negeren om hun tuinen af te bakenen en van hekken te voorzien.

Slide 62 - Slide

Wordt met de volgende citaten ‘anti-social behaviour legislation’ (alinea 2) bedoeld?

‘an unwritten rule to fence and gate their gardens’ (alinea 4)
A
wel
B
niet

Slide 63 - Quiz

Explanation
Om "bewijslijsten" op te stellen. Echter, lokale herders geloven dat sommige klachten afkomstig zijn van nieuwkomers in de "gentrificatie" van het gebied, van wie velen een ongeschreven regel negeren om hun tuinen af te bakenen en van hekken te voorzien.

Slide 64 - Slide

Score
indien vier goed 2
indien drie goed 1
indien twee of minder goed 0 

Slide 65 - Slide

Verder oefenen
We hebben de meest voorkomende vraagtypen behandeld.
Ik wil jullie op www.eindexamensite.nl nog even verder meenemen in de vragen over 'opvattingen van de auteur' en 'schrijfdoel en schrijffunctie'.
Indien nog tijd, gaan we daarna door oefenen met de vraagtypen die jullie zelf willen oefenen.

Slide 66 - Slide

Conclusie
Om een voldoende te halen, moet je woordjes leren en trucjes kennen.
(linking words & lijst van SSL Leiden > zie Teams)

Weet wat CITO van je vraagt en je kunt genoeg vragen goed beantwoorden.
Oefening baart kunst!

Linking words, linking words, linking words!!!

Heel veel succes!

Slide 67 - Slide