Wat weet ik van Essen und Trinken?

• Duits
• Middelbare school
• vmbo k, g, t, mavo, havo, vwo
• Leerjaar 2

Wat weet ik van.......

 Essen und Trinken?

Wat betekent „das Brot“?

1. de soep
2. de kaas
3. het brood
4. de pasta

Welke van deze woorden betekent „de kaas“?

1. die Wurst
2. der Käse
3. die Milch
4. der Apfel

Wat betekent 'das Wasser"?

1. de melk
2. het sap
3. de thee
4. het water

Wat betekent "das Fleisch"?

1. het vlees
2. de vis
3. de groente
4. de soep

Hoe zeg je vork in het Duits?

1. der Löffel
2. die Gabel
3. das Messer
4. der Teller

Wat betekent die Kartoffel?

1. de tomaat
2. de komkommer
3. de aardappel
4. de ui

Wat betekent de lunch in het Duits?

1. das Frühstück
2. das Abendessen
3. die Nachspeise
4. das Mittagessen

Wat betekent Obst?

1. het vlees
2. de groente
3. het fruit
4. het snoep

Wat betekent "Ich frühstücke um acht Uhr"?

1. Ik lunch om acht uur
2. Ik eet avondeten om acht uur
3. Ik eet een snack om acht uur
4. Ik ontbijt om acht uur

Welke zin klopt?

1. Ich trinke einen Kaffee mit Milch
2. "Ich trinkt einen Kaffee mit Milch.
3. Ich trinket einen Kaffee mit Milch.
4. Ich trinken einen Kaffee mit Milch.

Hoe zeg je : ik eet graag pizza

1. Ich trinke gern Pizza."
2. Ich esse gern Pizza.
3. Ich habe gern Pizza."
4. Ich möchte Pizza trinken."

Wat betekent de zin: "Ich möchte ein Stück Kuchen"?

1. Ik wil een kopje thee.
2. Ik wil een stuk taart
3. Ik wil een glas sap.
4. Ik wil een broodje kaas.

Welke zin is juist?

1. Ich trinke nicht Kaffee.
2. Ich trinke keine Kaffee.
3. Ich trinke kein Kaffee.
4. Ich trinke keinen Kaffee.

Hoe zeg je: "Wil je nog iets eten?"

1. Möchtest du noch etwas trinken?"
2. Hast du noch Essen?
3. Trinkst du noch etwas?
4. Möchtest du noch etwas essen?"

Wat betekent de zin: "Ich nehme ein Glas Apfelsaft"?

1. Ik eet graag appels.
2. Ik wil een stuk appel.
3. Ik neem een glas appelsap
4. Ik wil een fles water.

Hoe zeg je: "Ik zou graag een cola willen bestellen"?

1. Ich habe eine Cola."
2. Ich bestelle eine Cola."
3. "Ich trinke eine Cola."
4. Ich möchte eine Cola bestellen."

Ich_______jeden Morgen Kaffee

1. esse
2. trinkt
3. trinke
4. esst

Er________eine Suppe zum Mittagessen.

1. esse
2. isst
3. esst
4. essen

Wir_______oft Apfelsaft.

1. trinkst
2. trinken
3. trinkt
4. trinke

Du____gerne Fisch?

1. isst
2. esse
3. essen
4. esst

Ich_____ eine Cola, bitte

1. trinkt
2. trinken
3. trinkst
4. trinke

Welke Duitse woorden weet je nog meer? Schrijf ze op!

Vertel iets over de maaltijden in Duitsland( hoe en wat)