Lijdend voorwerp
1 / 21
Lesson duration is: 15 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Ik kan de persoonsvorm in de zin vinden.
😒🙁😐🙂😃
Slide 3 - Poll
Ik kan de zin verdelen in zinsdelen.
😒🙁😐🙂😃
Slide 4 - Poll
Ik kan het onderwerp vinden in een zin.
😒🙁😐🙂😃
Slide 5 - Poll
Ik kan het werkwoordelijk gezegde vinden in een zin.
😒🙁😐🙂😃
Slide 6 - Poll
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Mijn vader
leest
de krant.
Onderwerp
Persoonsvorm
Lijdend Voorwerp
Slide 10 - Drag question
Wat is het lijdend voorwerp. Stel jezelf de goede vraag!
De kinderen geven oma bloemen.
Slide 11 - Mind map
Slide 12 - Slide
Wat is het lijdend voorwerp?
.
Het lijdend voorwerp
De handbaltrainer
zet
het wedstrijdschema
op Facebook.
Slide 13 - Drag question
Wat is het lijdend voorwerp?
gekeken.
Het lijdend voorwerp
We
hebben
vanavond
een serie
Slide 14 - Drag question
Moeder kookte een heerlijke maaltijd.
Ik zie haar.
Wij geven jullie een bos bloemen.
Heb je aan je ouders geschreven?
Lijdend voorwerp
Geen lijdend voorwerp
Lijdend voorwerp
Geen lijdend voorwerp
Slide 15 - Drag question
lijdend voorwerp
Mijn iPad
heb
ik
het tweede uur
aan Joey
uitgeleend.
Slide 16 - Drag question
Een lijdend voorwerp ...
A
... kan met een voorzetsel beginnen.
B
... begint nooit met een voorzetsel.
Slide 17 - Quiz
Wat kan GEEN lijdend voorwerp zijn?
A
De kat met het gebroken pootje
B
de pan met tomatensoep
C
in de tuin van de buren
D
wij
Slide 18 - Quiz
gegeven?
dat
Waarom
heb
je
hem
Onderwerp
Gezegde
Lijdend voorwerp
Slide 19 - Drag question
Wat is het lijdend voorwerp?
altijd
Het lijdend voorwerp
Waar
zet
jij
jouw racefiets
neer?
Slide 20 - Drag question
Ik snap het lijdend voorwerp!
😒🙁😐🙂😃
