Mengsels en zuivere stoffen

Mengsels en zuivere stoffen
Mengsels en zuivere stoffen
1 / 15
next
Slide 1: Slide
ChemieSecundair onderwijs

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Mengsels en zuivere stoffen
Mengsels en zuivere stoffen

Slide 1 - Slide

Lessonup.app
Sleep de juiste benaming naar het voorwerp.
Kolf
Erlenmeyer
Maatbeker

Slide 2 - Drag question

This item has no instructions

Wat hoort er niet bij?
A
Aggregatietoestand
B
Glans
C
Vorm
D
Deeltjesgrootte

Slide 3 - Quiz

This item has no instructions

Wat is geen voorwerpeigenschap?
A
vorm
B
volume
C
massa
D
smeltpunt

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Zuivere stof of mengsel?
Zuivere stof
Mengsel

Slide 5 - Drag question

This item has no instructions

mengsel
zuivere stof
zuivere boslucht
zeewater
gedestilleerd water
coca-cola
zuurstof
kristalsuiker
gemalen koffie
melk

Slide 6 - Drag question

This item has no instructions

Heterogeen mengsel
Homogeen mengsel

Slide 7 - Drag question

This item has no instructions

Heterogeen mengsel
Homogeen mengsel

Gasmengsel
Suspensie
Oplossing
Emulsie
Schuim

Slide 8 - Drag question

This item has no instructions

Welke stof is de emulgator in mayonaise?
A
olie
B
eidooier
C
eiwit
D
azijn

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Scheiden van mengsels 

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Scheidingstechnieken zijn gebaseerd op...
A
Soort mengsel
B
Voorwerpeigenschappen
C
Stofeigenschappen
D
Chemisch proces

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Filtratie gebeurt op basis van een verschil in ...
A
Oplosbaarheid
B
Kookpunt
C
Aggregatietoestand
D
Deeltjesgrootte

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Hoe heet de vaste stof die achterblijft bij filtreren?
A
bezinksel
B
residu
C
filtraat
D
extract

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Waar staat de juiste omschrijving
A
A = filter B= filtraat C = residu
B
A = filtraat B = filter C = residu
C
A = filter B = residu C = filtraat
D
A = filtraat B = residu C = filter

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Indampen of kristalliseren gebeurt op basis van een verschil in ...
A
Kookpunt
B
Massadichtheid
C
Aggregatietoestand
D
Deeltjesgrootte

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions