• What is LessonUp
  • Search
  • Channels
  • AI tools

    Beta

‹Return to search

Werkwoordspelling 2BK - les 2

Spelling werkwoorden
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Spelling werkwoorden

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
Na deze les kun je werkwoorden in verschillende vormen spellen. 

Slide 2 - Slide

afleiden
pers. vorm TT
pers. vorm VT 
volt. deelwoord
(hij) leidt af
(hij) leidde af 
hij is afgeleid

Slide 3 - Slide

Je ziet dadelijk een aantal woorden. Van ieder woord schrijf je de 3 vormen op:
  1. persoonsvorm tegenwoordige tijd
  2. persoonsvorm verleden tijd
  3. voltooid deelwoord

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Slide 6 - Video

Slide 7 - Video

Dus: let op....
Je schrijft steeds de 3 werkwoordsvormen op:
1) tegenwoordige tijd / 2) verleden tijd. /  3) voltooid deelwoord

DOE HET ZO: 
voorbeeld: verdampen. 
Jij schrijft op:  verdamp - verdampte - verdampt 

Slide 8 - Slide

Verdampen
1) tt : het water ……..
2) vt : het water …..
3) volt. dw: het water is …….

Slide 9 - Open question

verkleinen
1) tt : ik …….. een foto
2) vt : ik ….. een foto
3) volt. dw: ik heb de foto …….

Slide 10 - Open question

vergroot
1) tt : ik …….. een afbeelding
2) vt: ik ….. een afbeelding
3) volt. dw: ik heb de afbeelding …….

Slide 11 - Open question

uitlaten
1) tt : ik …….. de hond uit
2) vt : ik ….. de hond uit
3) volt. dw: ik heb de hond …….

Slide 12 - Open question

ontploffen
1) tt : het vuurwerk ……..
2) vt : het vuurwerk …..
3. volt. dw: het vuurwerk is …….

Slide 13 - Open question

zuchten
1) tt : hij ……..
2) vt : hij …..
3) volt. dw: hij heeft …….

Slide 14 - Open question

verwennen
1) tt : oma …….. hem
2) vt : oma ….. hem
3) volt. dw: oma heeft mij …….

Slide 15 - Open question

onthouden
1) tt : hij …….. de spellingsregels
2) vt : hij ….. de spellingsregels
3) volt. dw: hij heeft de spellingsregels …….

Slide 16 - Open question

beweren
1) tt: hij …….. dat spelling gemakkelijk is
2) vt: hij ….. dat spelling gemakkelijk is
3) volt. dw: hij heeft …. dat spelling gemakkelijk is.

Slide 17 - Open question

verwerken
1) tt: hij …….. de opdracht
2) vt: hij ….. de opdracht
3) volt. dw: hij heeft de opdracht …....

Slide 18 - Open question

vergoeden
1) tt: ik ... de schade aan jouw fiets
2) vt: ik … de schade aan jouw fiets
3) volt. dw: ik heb de schade aan jouw fiets …

Slide 19 - Open question

verzetten
1) tt: Ik ….. vanavond de klok
2) vt: Ik ….. gisteren de klok
3) volt. dw: Ik heb de klok …...

Slide 20 - Open question

benaderen
1) tt: Ik ... de hond voorzichtig
2) vt: Ik … de hond voorzichtig
3) volt. dw: Ik heb de hond voorzichtig …

Slide 21 - Open question

Vertel in 2 zinnen wat je makkelijk of moeilijk vond aan deze les.

Slide 22 - Open question

More lessons like this

werkwoordspelling 1

October 2024 - Lesson with 13 slides
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

TT VT (2)

February 2024 - Lesson with 22 slides
NederlandsLager onderwijs

Nakijken proeftoets werkwoordspelling, voorbereiding discussie

July 2022 - Lesson with 11 slides
NederlandsMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 4

Nakijken proeftoets werkwoordspelling, voorbereiding discussie

August 2022 - Lesson with 11 slides
NederlandsMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 4

Engelse werkwoorden

November 2021 - Lesson with 20 slides
NederlandsMBOStudiejaar 1

Engelse werkwoorden (n.2)

November 2021 - Lesson with 22 slides
NederlandsMBOStudiejaar 1

H3 Taalverzorging pv enkelvoud/meervoud + volt. dw.

January 2023 - Lesson with 14 slides
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

Di 01-04-25 4.1

March 2025 - Lesson with 10 slides
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4
LessonUp
TermsPrivacy StatementCookie StatementContact
English

Our Cookies

We use cookies to improve your user experience and offer you personalized content. By using Lessonup you agree to our cookie policy.

Change settings