Les 2 - Eten en gegeten worden (B) + Piramides (K)

Welkom!
Zitten op je eigen plek
Telefoon in je kluis (of op stil in de tas)
Boek+schrift/chromebook op tafel
1 / 17
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 4

This lesson contains 17 slides, with text slides.

Items in this lesson

Welkom!
Zitten op je eigen plek
Telefoon in je kluis (of op stil in de tas)
Boek+schrift/chromebook op tafel

Slide 1 - Slide

Thema 5/6 - Ecologie

Slide 2 - Slide

Ecologie
KB
6.1 - Eten en gegeten worden 
6.2 -  Piramiden
6.3 - Koolstofkringloop 
6.4 - Biologisch evenwicht
6.5 - Aanpassingen bij dieren
6.6 - Aanpassingen bij planten

BB
5.1 - Fotosynthese en verbranding
5.2 - Eten en gegeten worden
5.3 - Organismen en hun leefomgeving
5.4 - Aanpassingen bij dieren
5.5 - Aanpassingen bij planten
5.6 - Ecologisch onderzoek doen

Slide 3 - Slide

Doelen van de vorige les
Je kan uitleggen wat de fotosynthese is, welke stoffen er voor nodig zijn en welke stoffen worden gemaakt (BK)
Je kan uitleggen wat de verbranding is, welke stoffen er voor nodig zijn en welke stoffen worden gemaakt (BK)
Je kan uitleggen wat voedselrelaties zijn (K)

Slide 4 - Slide

Eten en gegeten worden (B)
Piramides (K)

Slide 5 - Slide

Doelen van deze les
Je kunt organismen indelen in producenten, consumenten en reducenten
Je weet wat een voedselketen is (B)
Je kan dieren indelen in planteneters, vleeseters en alleseters (B)
Je kunt omschrijven wat piramiden van aantallen en biomassa weergeven (K)
Je kunt omschrijven op welke manier energie uit een voedselketen verdwijnt (K)

Slide 6 - Slide

Rol in het ecosysteem
Alle organismen een rol
Producent -> produceert, maakt
Consument -> consumeert, gebruikt
Reducent -> reduceert, verkleint

Slide 7 - Slide

Producent   -    consument    -   reducent

Slide 8 - Slide

Producent/consument/reducent

Slide 9 - Slide

Voedselrelatie
Noteer je altijd op dezelfde manier:

Plant -> planteneter -> vleeseter 1 -> vleeseter 2
Voorbeeld: Boomblad -> rups -> koolmees -> havik
Dit noem je een voedselketen
Elk onderdeel van de keten is een schakel
Meerdere voedselketens bij elkaar vormen een voedselweb


Slide 10 - Slide

Voedselpiramide (aantallen)
Er zijn veel meer rupsen dan haviken, waarom?
Elk dier of plant bevat energie
Elk dier of plant heeft een bepaalde hoeveelheid energie nodig
Organismen die elkaar eten zetten we in een voedselpiramide
Dit is een piramide van aantallen
Er zijn veel meer blaadjes dan rupsen
Er zijn meer rupsen dan koolmezen
Er zijn meer koolmezen dan haviken


Slide 11 - Slide

Voedselpiramide (biomassa)

Slide 12 - Slide

Piramide van biomassa
Piramide van biomassa:
Een deel van de voedingsstof wordt gebruikt om te leven
Een deel is onverteerbaar
Totale biomassa van alle rupsen is kleiner dan het totale biomassa van alle bladeren die ze eten
Er verdwijnt energie: Energieverlies

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Vragen?

Slide 15 - Slide

Aan het werk
Maken: 
Basis: 5.1+5.2
Kader: 6.1+6.2

Slide 16 - Slide

Doelen van deze les
Je kunt organismen indelen in producenten, consumenten en reducenten
Je weet wat een voedselketen is
Je kan dieren indelen in planteneters, vleeseters en alleseters
Je kunt omschrijven wat piramiden van aantallen en biomassa weergeven
Je kunt omschrijven op welke manier energie uit een voedselketen verdwijnt

Slide 17 - Slide