just ' in budget wikifin - speluitleg

Zet je schrap en tel je geld
Doel : samenwerken
cash geld (zichtbaar geld) en geld op de bankrekening beheren.
Veel geld uitgeven of liever sparen? Of kom je voor onaangenam verrassingen te staan? Denk eraan , ook die moet je betalen.
Spel = Ganzenbord met met extra opdrachten. 

1 / 14
next
Slide 1: Slide
E&OSecundair onderwijs

This lesson contains 14 slides, with text slides.

Items in this lesson

Zet je schrap en tel je geld
Doel : samenwerken
cash geld (zichtbaar geld) en geld op de bankrekening beheren.
Veel geld uitgeven of liever sparen? Of kom je voor onaangenam verrassingen te staan? Denk eraan , ook die moet je betalen.
Spel = Ganzenbord met met extra opdrachten. 

Slide 1 - Slide

- Je speelt 2 à 3  rondes 
Begin krijgt elke speler 10 EUR cash en 10 EUR op een bankrekening = 20,00 EUR
komt speler na de eerst ronde voorbij start - krijgt hij 20 EUR

Slide 2 - Slide

vakjes bus en zwembad
Iedere keer als een speler zo'n vakje passeert , moet hij de bank betalen.
Een speler mag in het rood gaan op zijn bankrekening

Slide 3 - Slide

verloop van het spel
Ronde 1 
Wie hoogst dobbelt begint - wijzerzin 
Pion evenveel vooruit als hij ogen geworpen heeft
Linkerbuurman neemt bovenste kaart van de stapel en leest kaartje hardop en die speler volgt de instructies
Speler mag enkel geldverrichtingen doen als hij aan de beurt is

Slide 4 - Slide

spelregels: Just 'in budget
spelbord
kaarten: drie types
- kaarten verleiding (min 3 kaarten gedurende  2 ronde)
Kaarten winst 
Kaarten onvoorziene uitgave (MOET betaald worden)
Kaarten: Vragen als er een logo van wikifin op de kaart 

Slide 5 - Slide

spelregels: Just 'in budget
De spelersfiche :
Elke speler heeft een eigen spelersfiche - hij houdt die zelf bij.
Als een speler aan de beurt is, geeft hij zijn spelersfiche aan de bankier. (1 leerling is zowel speler als bankier -> per ronde is er eens iemand anders bankier!)  Enkel de bankier noteert tijdens het spel op de spelersfische. (Als speler controleer je of de bankier juist handelt)

Slide 6 - Slide

RONDE 2/3
Als speler voorbij START komt dan begint ronde 2/3 :
de bankier geeft deze speler 20 EUR - speler kiest voor cash of bankrekening of combinatie van beide.
EINDE: Wanneer speler na 2de ronde voorbij start komt - speler ontvangt geen 20 EUR meer.
Speler sluit bankrekening af zie 1 en 2 op spelregelfiche

Slide 7 - Slide

Winnaar
Na 2de ronde moet een speler minimaal 15 EUR spaargeld hebben en minstens 3 kaarten verleiding verzameld hebben. Alle betalingen mogen cash of via bankrekening gebeuren. Elke speler beslist dit zelf.
LET OP: In elke groep is iemand de bankier (= talent leider) - hij kan snel rekenen en noteert graag

Slide 8 - Slide

Einde spel 
elke speler neemt zijn spelersfiche en we bespreken klassikaal het spel.

Slide 9 - Slide

Nabespreking: geldverrichtingen
- Wist je hoeveel geld je in totaal had tijdens het spel (cash en bankrekening?)
-Betalen kan met cash of bankrekening welke betaalvorm wordt het meest gebruikt denk jij?
- Welke andere manier van betalen heb je al gezien of kan je?
- wat als jullie een betaling willen doen maar onvoldoende geld op de rekening hebben. Wat gebeurt er dan?
- Wat zijn de voordelen van een bankrekening t.o.v. cash geld?


Slide 10 - Slide

Nabespreking: budget 
- Hoe vond je het om je budget te beheren?
- Hoe kwam je in geldnood tijdens het spel?
- Hoe kom je in het echte leven zelf aan geld?
- Als je zelf iets wil kopen en niet genoeg geld hebt, wat doe je dan? 
- Hoe snel geef jij toe aan een verleiding in het echte leven? Heb je zelf geld waarmee je mag doen wat je wil?

Slide 11 - Slide

Nabespreking: Lenen
- Is het een goed idee om alle aankopen in verschillende delen terug te betalen in plaats van onmiddellijk alles te betalen? 
- Wat was het duurst onmiddellijk betalen of in delen betalen?
- Kennen jullie de uitdrukking: "let op" geld lenen kost geld. Wat betekent dit?
- heb je alle delen kunnen terugbetalen aan het einde van het spel. Hoe heb je dit gerealiseerd. 

Slide 12 - Slide

Varia
Hoe zwaar speelde de factor geluk mee in het spel? en wat in het echte leven? 

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide