ANIMAL MASHUP - workshop onderbouw

Fantasie dier

ANIMAL MASH 
UP
1 / 48
next
Slide 1: Slide
Beeldende vormingMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 48 slides, with text slides.

Items in this lesson

Fantasie dier

ANIMAL MASH 
UP

Slide 1 - Slide

1: Tekenmapje maken
2: Tekenspelletje in tweetallen
3: Sneltekenen (tekenspelletje)
4: Collages maken
Wat gaan we doen vandaag:

Slide 2 - Slide

Fantasie opdracht 1 in tweetallen :
  1. Vouw allebei een A4 tje in drieën
  2. Teken allebei een dierenhoofd (de ander mag het steeds niet zien!)
  3. Wissel van papier: teken een dierenlichaam.
  4. Wissel weer om en teken dierenpoten.
  5. Bekijk het resultaat.

Slide 3 - Slide

Fantasie opdracht 2:

  • UIT JE HOOFD EEN FANTASIEDIER TEKENEN om te kijken wat er in je opkomt.
Je bedenkt je eigen fantasiedier en bouwt deze op uit verschillende dieren. Je mag hiervoor ook onderdelen gebruiken van uitgestorven dieren (bijv. dinosaurussen) of fabeldieren (bijv Phoenix). Je fantasiedier moet er realistisch uit zien, dus het mag geen cartoon worden
Je mag bedenken wat je maar wil! 

  • Doe dit op een A4 tje met potlood. 

  • Let goed op wat goed gaat en wat je lastig vindt om te tekenen. Als je klaar bent vertel je   klassikaal wat je gemaakt hebt.

Slide 4 - Slide

Je stelt een dier samen uit verschillende andere dieren. Van de dieren die je met de tutorials hebt getekend kies je onderdelen uit: bijv. het hoofd van de olifant, de vleugels van de vlinder enz.Je hebt dan onderdelen van verschillende diersoorten die je combineert tot 1 dier.
Begin met het opzetten van de vorm van je fantasiedier met je grijze potlood. Schets dun het lijf, de kop, poten, staart en evt. vleugels/vinnen en "plak" ze op een logische manier aan elkaar.
De onderdelen moeten dus goed op elkaar aansluiten.
Let op dat de vormen van de onderdelen er realistisch uit zien. Je moet dus goed kijken naar de voorbeelden die je al eerder getekend hebt.
Wil je toch een ander dier dan je al eerder hebt getekend, dan kan je hier kijken voor inspiratie
Als je ook een vis in een van de onderdelen terug wil laten komen, kies dan een vis uit met een duidelijke structuur of patroon. Gladde vissen zoals een haai of een dolfijn mogen niet.

 

Zorg er ook voor dat er tenminste een vacht/huid met een patroon te zien is. 

 ​ 

Kies verschillende onderdelen van minimaal 3 en maximaal 6 verschillende dieren. Laat de dieren en hun vacht netjes in elkaar overlopen. 

     Waar de schaduw moet zitten teken je de vacht dichter op elkaar.


2. Als je je opzet hebt gemaakt, ga je de vacht/huid op de verschillende onderdelen zetten. Dit doe je met fineliner. Als je niet helemaal zeker bent of dat meteen goed lukt, probeer je eerst een stukje uit op de achterkant van je vel, of op een kladblaadje.
Je stelt een dier samen uit verschillende andere dieren. Van de dieren die je met de tutorials hebt getekend kies je onderdelen uit: bijv. het hoofd van de olifant, de vleugels van de vlinder enz.
Je hebt dan onderdelen van verschillende diersoorten die je combineert tot 1 dier.
Begin met het opzetten van de vorm van je fantasiedier met je grijze potlood. Schets dun het lijf, de kop, poten, staart en evt. vleugels/vinnen en "plak" ze op een logische manier aan elkaar.
De onderdelen moeten dus goed op elkaar aansluiten.
Let op dat de vormen van de onderdelen er realistisch uit zien. Je moet dus goed kijken naar de voorbeelden die je al eerder getekend hebt.
Wil je toch een ander dier dan je al eerder hebt getekend, dan kan je hier kijken voor inspiratie.
Als je ook een vis in een van de onderdelen terug wil laten komen, kies dan een vis uit met een duidelijke structuur of patroon. Gladde vissen zoals een haai of een dolfijn mogen niet.
Zorg er ook voor dat er tenminste een vacht/huid met een patroon te zien is. 
Kies verschillende onderdelen van minimaal 3 en maximaal 6 verschillende dieren. Laat de dieren en hun vacht netjes in elkaar overlopen. 
Waar de schaduw moet zitten teken je de vacht dichter op elkaar.
2. Als je je opzet hebt gemaakt, ga je de vacht/huid op de verschillende onderdelen zetten. Dit doe je met fineliner. Als je niet helemaal zeker bent of dat meteen goed lukt, probeer je eerst een stukje uit op de achterkant van je vel, of op een kladblaadje.

Slide 5 - Slide

1: Filmpje over kunstenaar bekijken
2: Collages maken
3: Oefenen met echte dieren tekenen
 
Wat gaan we doen vandaag:

Slide 6 - Slide

RAOUL DELEO (klokhuis filmpje) 'Terra Ultima'
(Laten zien vanaf: 06:15 min. tot 09:42 min.)
https://studio.hetklokhuis.nl/project/147/Dierenoog-tekenen



(note to self: Boek van Terra Ultima laten zien)

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Link

Wat gaan we doen:
3 Collages maken.

Slide 9 - Slide

Opdracht 3: 
COLLAGES MAKEN.
(docent; eigen voorbeelden laten zien)

Maak 3 collages van plaatjes van uit tijdschriften/boeken of van internet.

(Als je het leuk vindt mag je de achtergrond een kleur geven.)
-Twee collages bestaan uit 2 verschillende dieren (op 1 vel papier plakken).
-En 2 uit 3 of meer verschillende dieren (op ander vel plakken).


Slide 10 - Slide

Vandaag: Dieren tekenen
We beginnen met het oefenen van dieren tekenen.
Pak hiervoor een groot vel en vouw het vel in vieren. 

Kies 4 verschillende tutorials uit en teken mee. Zorg er voor dat je dieren kiest uit verschillende diersoorten (vogel, vis, reptiel, insect). In elk vak teken je een ander dier. Kies alleen voor de dieren die realistisch getekend zijn en die een duidelijke vacht/ huid hebben.

Onderdelen van deze dieren gebruik je later weer voor je tekening van je fantasiedier.​

Voor deze tutorials heb je 1 à 2 lessen de tijd.


Aan het eind van de les maak je een foto die je op Showbie zet bij "tekeningen periode 2". Je tekening leg je, voorzien van je naam, in de la van je klas.

Slide 11 - Slide

Kies 4 soorten dieren om na te tekenen. vogel, 1 vis, 1 reptiel/dino en 1 insect, van een plaatje en/of gebruik een tutorial op youtube. (gebruik je koptelefoon!) Je mag ook andere dieren kiezen natuurlijk. 
Hieronder een aantal dieren met daarachter de zoekterm voor op Youtube:
              
Slang:      (SLANG tekenen voor beginners met grafiet potlood)                   
Goudvis: (Hoe teken je een Goudvis met Houtskool potlood en kleurpotloden)  
T-Rex:      (How to Draw a Tyrannosaurus rex (T. Rex) Roaring)
Vlinder:   
(Hoe teken je een Vlinder / dieren tekenen / #9) 
Hond:      (HOND voor beginners grafiet potlood tekening)           
Jaguar.    (kop): (JAGUAR tekenen voor beginners)
Olifant:    (OLIFANT tekenen Pastel potlood tekening)
Vogel:      (Koolmeesje tekenen in een boom potlood tekening)                     
Konijn:     (KONIJN tekenen voor beginners Grafiet tekening)
Mug:        (How to Draw a Mosquito)

Slide 12 - Slide

Opruimen
  • Naam op werkstuk!
  • Werkstuk in droogrek of in map, map in workshop lade.
  • Penselen schoonmaken + drogen + terugleggen in bak.
  • Palet afwassen, droog maken en netjes opstapelen.
  • Waterpotje schoonmaken en terugzetten.
  • Tafel leeg en schoon maken: verf eraf.
Klaar? Kijk om je heen of je iemand kan helpen of rustig zitten op je plek.

Slide 13 - Slide

1:  EVT. COLLAGES AFMAKEN
2: JE UITEINDELIJKE FANTASIEDIER   
    BEDENKEN EN TEKENEN
3: LANDSCHAPJES / OMGEVINGEN   
    TEKENEN / SCHILDEREN
 
Wat gaan we doen vandaag:

Slide 14 - Slide

FANTASIEDIER TEKENEN

Slide 15 - Slide

FANTASIEDIER
  • Teken eerst zacht een vak van 20cm bij 20cm met
      potlood en liniaal. Zo groot moet je dier ongeveer worden
  • Teken en/of schilder het fantasiedier dat op je schilderij komt op A3.
  • Teken goed de verschillende vachten, texturen en
     patronen en laat ze mooi in elkaar overlopen!
  • Werk alles tot in detail uit!
     Gebruik voorbeelden en tutorials.
  • Je dier bestaat uit minimaal 3 en maximaal 6 diersoorten.
     (zoogdier, vis, insect, amfibie, reptiel, vogel).
  • Oefen met dat wat je lastig vindt.

Slide 16 - Slide

Landschap / omgeving schilderen

Slide 17 - Slide

ONDERWATER WERELD

Slide 18 - Slide

JUNGLE

Slide 19 - Slide

BERGEN

Slide 20 - Slide

Fantasie minimalistisch
landschap

Slide 21 - Slide

Stap voor stap dier op tak

Slide 22 - Slide

  1. Kies een soort landschap (bergen/zee/bos/strand/stad/ fantasie…)
  2. Maak 3 schetsjes op A5 papier.
  3. Begin met de onderste laag en werk naar boven, als laatste details

  1. Kies een soort achtergrond:  landschap / omgeving (bergen/zee/bos/strand/ fantasie / alleen planten of een planeet…)
  2. Werk 4 ideeën uit op stevig A5 papier.
  3. Gebruik voor iedere werkje een ander materiaal.
  4. Je kan kiezen uit: grijs potlood, kleurpotlood  acryl of inkt.


LET OP!:
Uiteindelijk maak je een zwart wit dier op een gekleurde achtergrond of een gekleurd dier op een zwart-wit achtergrond.

Slide 23 - Slide

Simpele mini-omgevingen schilderen
  • Schilder 4 kleine landschappen / omgevingen, waar jouw fantasiedier zou kunnen leven op A5 formaat om te oefenen. -2 Zwart-wit en 2 in kleur.

  • Je mag op je laptop kijken voor inspiratie.
  • Laat zien aan de docent als je klaar bent en kies degene uit die het beste past bij je fantasiedier voor je uiteindelijke schilderij.

Slide 24 - Slide

Opruimen
  • Naam op werkstuk!
  • Werkstuk in droogrek of in map, map in workshop lade.
  • Penselen schoonmaken + drogen + terugleggen in bak.
  • Palet afwassen, droog maken en netjes opstapelen.
  • Waterpotje schoonmaken en terugzetten.
  • Tafel leeg en schoon maken: verf eraf.
Klaar? Kijk om je heen of je iemand kan helpen of rustig zitten op je plek.

Slide 25 - Slide

Omdat we allemaal anders zijn en in andere dingen goed zijn, kan je kiezen hoe je je schilderij wil maken. Er zijn een aantal opties:

1: Je tekent je fantasiedier helemaal met potlood en/of fineliner en het landschap schilder je in kleuren op je eigen manier. Je kunt je dier ook eerst tekenen op een apart vel papier en later uitknippen zodat je hem in je landschap kan plakken.

2: Je schildert je fantasiedier in felle kleuren of juist hele zachte waterige kleuren en tekent de achtergrond juist met potlood / fineliner.

3: Je maakt je fantasiedier uit een deel collage en een deel getekend en bepaalt zelf of je de achtergrond schildert of tekent.

4: Misschien heb je zelf nog een beter idee!
ZELF KIEZEN

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

TEKENEN 
Als je je dier gaat tekenen, zorg er dan voor dat je de verschillende vachten zo echt mogelijk natekent van een voorbeeld. Doe echt je best om met donker en licht het dier ruimtelijk te maken en zo echt mogelijk te laten lijken. Zoek voorbeelden en tutorials op voor inspiratie!

Slide 28 - Slide

DIER IN KLEUR
Denk goed na over de kleuren en  probeer eerst verschillende manieren van schilderen uit voordat je aan je schilderij begint. Bijvoorbeeld: Felle, dekkende kleuren of waterige zachte kleuren. Realistisch of fantasie kleuren etc. 

Slide 29 - Slide

DEELS COLLAGE DEELS GETEKEND
Werk netjes en laat alle onderdelen mooi in elkaar overlopen. De delen die je zelf tekent, teken je zo echt mogelijk. Wat doe je met de achtergrond / de omgeving waar je dier woont?

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Opruimen
  • Naam op werkstuk!
  • Werkstuk in droogrek of in map, map in workshop lade.
  • Penselen schoonmaken + drogen + terugleggen in bak.
  • Palet afwassen, droog maken en netjes opstapelen.
  • Waterpotje schoonmaken en terugzetten.
  • Tafel leeg en schoon maken: verf eraf.
Klaar? Kijk om je heen of je iemand kan helpen of rustig zitten op je plek.

Slide 35 - Slide

EINDWERKSTUK: SCHILDERIJ MAKEN OP DOEK

Slide 36 - Slide

Wat heb je nodig?

  • Een canvas doek
  • Acrylverf / inkt / potloden /gum
  • Potje water
  • Penselen
  • papieren doekjes
  • Palet
  • Je schetsen

Slide 37 - Slide

Doelen/beoordelingscriteria:
  • Je dier bestaat uit minimaal 3 en maximaal 6 verschillende onderdelen van   verschillende diersoorten (zoogdier, vis, insect, amfibie, reptiel, vogel).
  • Het dier is op een realistische manier getekend, dus niet als cartoon.
  • De onderdelen van de verschillende dieren sluiten op een goede manier aan, zodat je echt het idee hebt dat het één (nieuw) dier is.
  • Er is vacht/huid met een patroon te zien.
     De vacht en huid van de verschillende dieren lopen netjes in elkaar over.
  • Het dier is ruimtelijk gemaakt door schaduw aan te brengen dmv stippen,   arceren of de vacht dichter op elkaar (donkerder) te tekenen.
  • De achtergrond is of in kleur of zwart-wit/grijs in zachte tinten. Het dier is   tegenovergesteld, zodat het dier er mooi uitspringt.

Slide 38 - Slide

PRESENTEREN:

LAAT AAN DE KLAS ZIEN WAT JE GEMAAKT HEBT!

Slide 39 - Slide

Opruimen
  • Naam op werkstuk!
  • Werkstuk in droogrek of in map, map in workshop lade.
  • Penselen schoonmaken + drogen + terugleggen in bak.
  • Palet afwassen, droog maken en netjes opstapelen.
  • Waterpotje schoonmaken en terugzetten.
  • Tafel leeg en schoon maken: verf eraf.
Klaar? Kijk om je heen of je iemand kan helpen of rustig zitten op je plek.

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Slide

Slide 42 - Slide

Slide 43 - Slide

Slide 44 - Slide

Slide 45 - Slide

Slide 46 - Slide

Slide 47 - Slide

Slide 48 - Slide