H1 getallen 1.6 Wetenschappelijke notatie

WISKUNDE - H1 getallen
1 / 22
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

WISKUNDE - H1 getallen

Slide 1 - Slide

WISKUNDE - H1 getallen
1.5 Machten - terugblik
Vragen over het huiswerk?

Slide 2 - Slide

Bereken
(rond af op 2 decimalen)
5,54
Hoe zat het ook al weer?

Slide 3 - Open question

Bereken op je rekenmachine
en rond af op 2 decimalen.
30,8
Hoe zat het ook al weer?

Slide 4 - Open question

Bereken
en rond af op 2 decimalen.
24+12
Hoe zat het ook al weer?

Slide 5 - Open question


Bereken 
(-5)² en -1²
Hoe zat het ook al weer?
A
-25 en 1
B
25 en -1
C
25 en 1
D
-10 en -2

Slide 6 - Quiz


Wat zijn de uitkomsten van de volgende berekeningen?
60 : -3 = ...,   -5 x 4 = ...,  -2 x : 10 = ...
Hoe zat het ook al weer?
A
20, 20, 20
B
-20, -20, -20
C
20, -20, -20
D
20, -20, 20

Slide 7 - Quiz


Zet het juiste getal op de open plaats.
12 x ... = 36,   ... x 5 = 15,  -30 : -10 = ...
Hoe zat het ook al weer?
A
3, 3, 3
B
-3, -3, 3
C
-3, 3, 3
D
-3, 3, -3

Slide 8 - Quiz


Welke berekening is juist?
Hoe zat het ook al weer?
A
4 x 6 - 3 x 2 = 18
B
4 + 10 : 2 + 3 = 10
C
24 - 8 x 2 = 32
D
10 + 20 : 5 = 6

Slide 9 - Quiz


Welke getallen zijn 
veelvouden van 12?
Hoe zat het ook al weer?
A
3, 4, 6
B
2, 3, 6
C
6, 12, 18
D
12, 24, 120

Slide 10 - Quiz


Welk getal is juist afgerond?
Er kunnen meerdere antwoorden goed zijn
Hoe zat het ook al weer?
A
36,92511 ≈ 37,0
B
71,5611 ≈ 71,5
C
421,549 ≈ 421,5
D
3,65101 ≈ 3,6

Slide 11 - Quiz


20 is  ...
van de getallen 80 en 4
Hoe zat het ook al weer?
A
het verschil
B
de som
C
het product
D
het quotiënt

Slide 12 - Quiz

WISKUNDE - H1 getallen
1.6 Wetenschappelijke notatie
Bij een macht ga je een getal een aantal keer met zichzelf vermenigvuldigen. De uitkomst van de berekening kan een heel groot getal zijn.
Bereken maar eens       op je rekenmachine.

69

Slide 13 - Slide

WISKUNDE - H1 getallen
1.6 Wetenschappelijke notatie
Soms is de uitkomst van een berekening zo'n groot getal dat het niet meer als gewoon getal op je rekenmachine getoond kan worden. Je rekenmachine geeft het antwoord in de wetenschappelijke notatie.
Bereken op je rekenmachine: 
Wat is de uitkomst?

506

Slide 14 - Slide

WISKUNDE - H1 getallen
1.6 Wetenschappelijke notatie
is een voorbeeld van de wetenschappelijke notatie
5,2105
De wetenschappelijke notatie bestaat ALTIJD uit twee delen. 
Het eerste deel is een getal tussen de 1 en 10. 
Het tweede deel is een macht met het grondtal 10

Slide 15 - Slide

WISKUNDE - H1 getallen
1.6 Wetenschappelijke notatie
Machten van 10 in 'gewone woorden'
10² = honderd (1 met 2 nullen)
10³ = duizend (1 met 3 nullen)
10⁴ = tienduizend
10⁵ = honderdduizend
10⁶ = miljoen
10⁷ = tien miljoen (1 met 7 nullen)
10⁸ = honderd miljoen
10⁹ = miljard (1 met 9 nullen)

Slide 16 - Slide

WISKUNDE - H1 getallen
1.6 Wetenschappelijke notatie
Getallen moet je op twee manieren kunnen opschrijven
als gewoon getal en als getal in de wetenschappelijke notatie.
6,8 x 10³ = 6,8 x 1 000 = 6 800
Kijk goed wat er met de komma gebeurt.

9,1 x 10⁷ = 9,1 x 10 000 000 = 91 000 000
Handige tussenstap

Slide 17 - Slide

Wat is een tussenstap om 15 000 in de wetenschappelijke notatie te schrijven?
A
15 x 1000
B
15 duizend
C
1,5 x 10 000
D
15³

Slide 18 - Quiz

Welke notatie is in
de wetenschappelijke notatie?
A
24 x 10⁷
B
5 x 10²³
C
1,3 x 8⁵
D
10,4 x 10⁹

Slide 19 - Quiz

Hoe schrijf je 20 miljoen
in de wetenschappelijke notatie
A
20 x 10⁶
B
2 x 10⁶
C
20 x 10⁷
D
2 x 10⁷

Slide 20 - Quiz

Plaats de notaties op de juiste plaats


Wetenschappelijke
Notatie
GEEN
Wetenschappelijke
notatie
11 x 10²
2 x 9³
4 x 10⁵
6,9 x 10⁴
3⁹ x 10
2,03 x 10⁶
2 x 1⁶

Slide 21 - Drag question

WISKUNDE - H1 getallen
1.6 Wetenschappelijke notatie
Hele grote getallen worden meestal in de wetenschappelijke notatie geschreven. Je rekenmachine doet dit automatisch. De notatie bestaat uit twee delen.

Opdrachten in het boek
Maak de opdrachten 49, 50, 52, 53 tot en met 56.

Dit betekent ook NAKIJKEN met een ANDERE kleur.

Slide 22 - Slide