sint pubquiz

1 / 27
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 27 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Hoe gaan we het doen?
  • Groepsindeling
  • We spelen 4, 5 of 6 rondes (hangt van de tijd af ;-))
  • Na afloop van elke ronde lever je de antwoorden in.
  • Het team met de meeste punten wint een fantastische prijs!


Slide 2 - Slide

Verzin een teamnaam. De naam van je team en de teamleden zet je op het antwoordblad
De naam moet iets met het Sinterklaasfeest te maken hebben...

Slide 3 - Slide

Ronde 1: Raad het plaatje

- Herken jij de landen waar Sinterklaas wordt gevierd?
- 6 plaatjes
- 1 punt per juist land
- 30 seconde per plaatje

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Ronde 2: Taal

- 6 vragen
- punt per juist antwoord
- 2 minuten de tijd

Slide 9 - Slide

1. Wat betekent de uitdrukking: Ik ben Sinterklaas niet!?

2. Welke zin wordt het meest gebruikt in een Sinterklaasgedicht?

3. Hoe noem je de mantel van Sinterklaas?

4. Welke taal spreekt Sinterklaas van origine?

5. Sinterklaas is een verbastering van zijn echte naam. Wat is de echte naam?

6. Van welk materiaal is de zak waar de cadeaus en het snoepgoed in zitten gemaakt?

Slide 10 - Slide

Ronde 2

- 1 punt per juist antwoord

1. Ik heb geen geld daarvoor/ik heb niet zoveel geld
2. Sint zat te denken wat hij .... zou schenken
3. Tabberd
4. Turks
5. Sint Nicola(a/e)s
6. Jute

Slide 11 - Slide

Ronde 4: Muziek

- 6 Liedjes
- Schrijf de titel op; artiest hoeft niet`
- 15 seconde per vraag
- 1 punt per juist antwoord

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Ronde 4

- 1 punt per juist antwoord

1. Zie ginds komt de stoomboot
2. Zie de maan schijnt door de bomen
3. Sinterklaasje bonne, bonne, bonne
4. Daar wordt aan de deur geklopt
5. Zachtjes gaan de paardenvoetjes
6. Dag Sinterklaasje

Slide 19 - Slide

Ronde 5: Getallen

- 5 meerkeuzevragen
- 1 punt per juist antwoord
- 30 seconde per vraag

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Ronde 5

1 punt per juist antwoord

1. C (Stoomboot komt uit het jaar 1736)
2. D (15 miljoen chocolade letters)
3. B (Sinterklaas is in het jaar 270 geboren)
4. C (Eerste intocht in 1888)
5. D (1KG eet de gemiddelde Nederlander)

Slide 26 - Slide

Ronde 6: Vragen over Sinterklaas (3 Minuten)
1. Hoe noem je de 'hoed' van Sinterklaas?
2. Welke chocoladeletter wordt het meest verkocht?
3. Waar straffen de pieten stoute kinderen mee?
4. Welk ingrediënt zit er niet in een pepernoot?
5. Hoe heette de stoomboot van Sinterklaas, die dit jaar is gezonken?
6. Hoe heet het paard van Sinterklaas?
7. Wanneer vier je pakjesavond?
8. Wat doen kinderen in hun schoen voor Sinterklaas?
9. Wie presenteert het Sinterklaasjournaal?
10. Maak het liedje af met 1 zin: Zie de maan schijnt door de bomen, ....

Slide 27 - Slide