Werkstuk schrijven les 4: je werkstuk vullen

Verwachtingen voor de start
Schakeltijd: 
1. Mobiel in telefoonzak,                  jas over stoel   
2. Boek & Schrift/ Laptop (dicht) op tafel
3. Tas op de grond 
3. Wacht: Kletsen, tekenen, lezen.
Geluidsniveau: 
duo-stem 

timer
5:00
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

This lesson contains 14 slides, with text slides.

Items in this lesson

Verwachtingen voor de start
Schakeltijd: 
1. Mobiel in telefoonzak,                  jas over stoel   
2. Boek & Schrift/ Laptop (dicht) op tafel
3. Tas op de grond 
3. Wacht: Kletsen, tekenen, lezen.
Geluidsniveau: 
duo-stem 

timer
5:00

Slide 1 - Slide

Vak Nederlands 
Welke 7 onderdelen komen er in je werkstuk?
Je hebt bronnen gezocht over het onderwerp van je werkstuk.
k kan met de goede bronnen antwoord op mijn deelvragen geven.
Ik kan met informatie een zelfgeschreven tekst schrijven.
Herhaling bronnen zoeken
Hoe schrijf je antwoorden op je deelvragen
Verder werken aan je werkstuk
Verder werken aan je werkstuk: inleveren op 3 december.

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
Ik kan met goede bronnen antwoorden vinden voor mijn deelonderwerpen.

Ik kan met informatie een zelfgeschreven tekst schrijven.

Slide 3 - Slide

Vorige les
Bronnen zoeken op internet.

Wat heb je daarvan onthouden?

Slide 4 - Slide

Bronnen
Kijk altijd op meer dan één website!
Staat op beide websites dezelfde informatie?
Welke informatie is juist?
Zorg altijd voor een goede bronvermelding in werkstukken.
Een bronvermelding is een site, b.v. www.fruitkist.nl
www.google.nl is GEEN bronvermelding!

Slide 5 - Slide

Inleiding
In de inleiding vertel je wat de lezer kan verwachten, wanneer hij je werkstuk leest. Denk aan het volgende:
- Het onderwerp dat je gaat behandelen;
- Wat is je hoofdvraag en welke deelvragen ga je behandelen;
- Het is belangrijk dat je nog niets vertelt over de antwoorden die je gevonden hebt, want je wilt de lezer hier nieuwsgierig maken!

Slide 6 - Slide

Kern van je werkstuk (1)
Let op het volgende:
- Zorg dat de deelonderwerpen in een logische volgorde staan;

- Elke deelvraag is een nieuw hoofdstuk met een inleidende zin, zo weet de lezer wat er behandeld wordt in het hoofdstuk. In de kern geef je antwoord op de deelvraag en in de slotalinea geef je een korte samenvatting.

Slide 7 - Slide

Kern van je werkstuk (2)
- Maak er een samenhangende tekst van;
- Gebruik verwijs- en signaalwoorden om verbanden aan te geven;

Slide 8 - Slide

Samenvatting/conclusie
Dit is het slot van je verslag
- Je beantwoordt hier pas de hoofdvraag uit de inleiding;

- Je geeft een samenvatting van elke deelvraag (de slotalinea van elk hoofdstuk);

- Ook nu weer met de indeling inleiding/kern/slot

Slide 9 - Slide

Vragen?

Slide 10 - Slide

Opbouw teksten (1)
- Voor de duidelijkheid van je tekst is het altijd goed om deze in alinea's te knippen. 
- Steeds als er een nieuw stukje van de informatie begint, laat je een nieuwe alinea beginnen. 
- Meestal zijn alinea's zo'n vijf tot acht zinnen lang. 
- Het belangrijkste is dat alle zinnen in een alinea een logisch verband met elkaar hebben.

Slide 11 - Slide

Opbouw teksten (2)
Schrijf niet alleen de antwoorden zelf op, maar maak er ook een paar inleidende zinnen bij, zoals: 
'Eerst heb ik onderzocht wat er precies bedoeld wordt met de term bevolkingsdichtheid. Daarna heb ik uitgezocht hoe de bevolkingsdichtheid in Nederland wordt gemeten. Het blijkt dat de bevolkingsregisters van gemeenten de belangrijkste bron zijn voor de metingen'. Enzovoort.

Slide 12 - Slide

Aan het werk
Je gaat verder werken aan je werkstuk.

De docent loopt rond om vragen te beantwoorden. 

Ben je klaar, check dan de spelling.
timer
20:00

Slide 13 - Slide

Hebben we alle doelen behaald?

Ik kan met goede bronnen antwoorden vinden op mijn deelvragen
Ik kan met informatie een zelfgeschreven tekst schrijven.

Wat is nog moeilijk?
Wat gaat al goed?

Slide 14 - Slide