2.4 deel 2: rekenen aan reacties

2.4 deel 2: rekenen aan reacties
1 / 18
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

This lesson contains 18 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

2.4 deel 2: rekenen aan reacties

Slide 1 - Slide

Deze les
  • Uitleg rekenen aan reacties
  • Sommen Lessonup
  • Werkboek: 53, 55, 57, 58, 59, 60

Slide 2 - Slide

Leerdoel
Je kunt met behulp van de massaverhouding rekenen aan reacties.  

Slide 3 - Slide

Bereken hoeveel-vragen
Rekenen aan reacties voorbeelden:

Bereken hoeveel g koolstofdioxide is ontstaan bij de explosie van 100 g nitroglycerine. 
Bereken hoeveel g calciumcarbonaat is ontleed. 
Bereken hoeveel ton CaO daarbij ontstaat. 

Hier heb je de massaverhouding voor nodig!

Slide 4 - Slide

    2    B           +          1  K            ---->    1    B2K

1 B = 35 g                         1 K = 50 g
Hoeveel g brood heb je nodig om 360 g B2K te maken?

Slide 5 - Slide

    2    B           +          1    K          ---->    1    B2K

1 B = 35 g                         1 K = 50 g
Hoeveel g brood heb je nodig voor 360 g B2K?

Slide 6 - Slide

    2   B           +          1 K             ---->    1    B2K

1 B = 35 g                         1 K = 50 g
Hoeveel g brood heb je nodig om 360 g B2K te maken?
1 B2K
2 B

Slide 7 - Slide

    2          B           +          1         K             -------->    1    B2K

1 B = 35 g                         1 K = 50 g
Hoeveel g brood heb je nodig om 360 g B2K te maken?
2B
1 B2K
70 g
2x35+50
= 120 g

Slide 8 - Slide

    2   B           +          1  K            ----->    1    B2K

1 B = 35 g                         1 K = 50 g
Hoeveel g brood heb je nodig voor 360 g B2K?
2B
1 B2K
70 g
  120 g
360 g

Slide 9 - Slide

    2   B           +          1   K            ---->    1    B2K

1 B = 35 g                         1 K = 50 g
Hoeveel g brood heb je nodig voor 360 g B2K?
2B
1 B2K
70 g
120 g
360 g
1

Slide 10 - Slide

    2          B           +          1         K             -------->    1    B2K

1 B = 35 g                         1 K = 50 g
Hoeveel g brood heb je nodig om 360 g B2K te maken?
2B
1 B2K
70 g
120 g
360 g
1
: 120          x 360

Slide 11 - Slide

    2   B           +          1   K           ---->    1    B2K

1 B = 35 g                         1 K = 50 g
Hoeveel g brood heb je nodig voor 360 g B2K te maken?
2B
1 B2K
70 g
120 g
360 g
1
: 120           x 360
210 g

Slide 12 - Slide

Stappenplan hoeveel-vraag
Stap 1: kloppende RV
Stap 2: MV vinden: molecuulmassa keer coëfficiënt
Stap 3: verhoudingstabel invullen
Stap 4: verhoudingstabel uitrekenen
Stap 5: eenheden en aantal cijfers in antwoord 

Slide 13 - Slide

MASSAVERHOUDING
        In welke massaverhouding reageren Na en Cl2?
  1. Maak de kloppende reactievergelijking (2Na + Cl2 --> 2NaCl)
  2. Bereken de molecuulmassa's van de stoffen waar het om gaat                    (Na = 23,0    Cl2 = 2x35,5 = 71,0)
  3. Doe de molecuulmassa's keer het aantal moleculen in de KLOPPENDE reactievergelijking(Na = 2x23,0 = 46,0   Cl2= 1x71,0 = 71,0)
  4. De massaverhouding waarin Na en Cl2 reageren is dus 46,0:71,0

Slide 14 - Slide

Nu kun je rekenen met massa's:
Hoeveel g Cl2 heb je nodig om 6,9 g Na helemaal op te laten reageren? (MV al eerder berekend:  46,0 : 71,0)


    Slide 15 - Slide

    Nu zelf:
    Hoeveel g magnesiumoxide ontstaat bij de verbranding van 2,8 g Mg?

    RV:
    MM:
    MV: 
    tabel:

    Slide 16 - Slide

    MASSAVERHOUDING
    In welke massaverhouding reageren Mg en O2?
    1.  RV: 2Mg  +  O2 -->  2MgO
    2. MM:  24,3    2x16,0 = 32,0
    3. MV: 2x24,3 = 48,6  1x32,0 = 32,0
    4. Mg en O2 reageren dus in de MV 48,6 : 32,0

    Slide 17 - Slide

    Hoeveel g magnesiumoxide ontstaat bij de verbranding van 2,8 g Mg?

    Slide 18 - Slide