4.5 + 4.6 vermogen, energie en veiligheid oefenen

Herhaling 4.5 en 4.6
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Herhaling 4.5 en 4.6

Slide 1 - Slide

Leerdoelen (herhaling)
  • Je kunt benoemen dat elektrische apparaten energie verbruiken.
  •  Je kunt uitleggen wat het vermogen van een apparaat is.
  • Je kunt watt en kilowatt naar elkaar omrekenen.
  • Je kunt met de standen van de kilowattuurmeter berekenen hoeveel energie je hebt verbruikt.
  • Je kunt berekenen hoeveel je moet betalen voor die energie
  • Je kunt uitleggen wat overbelasting is en wat het gevolg van overbelasting is.
  • Je kunt uitleggen wat kortsluiting is en wat het gevolg van kortsluiting is.
  • Je kunt uitleggen wat een groep is in een elektrische installatie in een woonhuis.
  • Je kunt uitleggen hoe een smeltveiligheid werkt.

Slide 2 - Slide

Programma vandaag
Uitleg belangrijkste zaken die je moet onthouden van par. 4.5 en 4.6: zelfstandig door de LESSON-UP
Demonstratieproef "elektriciteit in huis  + veiligheid"

Slide 3 - Slide

Een zekering beveiligt de huisinstallatie.

Deze schakelt de stroom uit bij: 

en bij: 
Te hoge spanning
kortsluiting
aardlek
overbelasting

Slide 4 - Drag question

Hier zie je een typeplaatje van een elektrisch apparaat. Hoeveel is het vermogen? vermogen
A
230
B
11
C
50-60
D
2400

Slide 5 - Quiz

Slide 6 - Slide

Reken om.
5 kW = ............. W
A
5000
B
500
C
0,05
D
0,005

Slide 7 - Quiz

Reken om.
3500 W = ............. kW
A
35
B
350
C
3,5
D
3500000

Slide 8 - Quiz

Reken om:
135 W = ...........
A
135000 kW
B
1350 kW
C
0,135 kW
D
13,5 kW

Slide 9 - Quiz

Hier zie de meterstand van 1 januari en 1 februari 2022.
Hoeveel energie is er gebruikt in januari? Schrijf de berekening op.

Slide 10 - Open question

Een groep is beveiligd met een zekering van 16 A.
Op deze groep zijn een frituurpan van 8 A, een magnetron van 6 A aangesloten. Na het aansluiten van een stofzuiger komt de stroom boven de 16 A uit. Welke apparaten worden door de zekering uitgeschakeld?
A
frituurpan
B
magnetron
C
stofzuiger
D
alle apparaten

Slide 11 - Quiz

Hoeveel groepen heeft deze installatie?
A
1
B
2
C
4
D
8

Slide 12 - Quiz

Op een groep is aangesloten: wasmachine 2,1 kW, broodrooster 0,95 kW en een haarföhn 0,8 kW.
De zekering is 3,68 kW. Laat met een berekening zien of er wel of geen overbelasting is.

Slide 13 - Open question

Als er op een groep te veel apparaten zijn aangesloten, zal:
A
de zekering deze groep uitschakelen
B
de zekering alle groepen uitschakelen
C
de aardlekschakelaar uitschakelen
D
de hoofdschakelaar uit gaan

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Slide

Met welke formule reken je het energieverbruik uit?
energieverbruik = ...................
A
spanning x stroomsterkte
B
vermogen x tijd
C
vermogen x prijs
D
tijd x prijs

Slide 16 - Quiz

Een afkortzaag heeft een vermogen van 1200 W en is 3 uur gebruikt.
Bereken het energieverbruik in kWh.

vermogen = 1200 W =                                , tijd = 3 h

energie =                        x      3 h                   = 

1200 W
1200 kWh
1,2 kW
1,2 kW
3,6 kWh
3600 kWh

Slide 17 - Drag question

De energiemeters geven de stand aan op 1 januari 2018 en 31 december 2018. 1kWh kost € 0,32.
Bereken de kosten voor 2018.

Slide 18 - Open question

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Klaar met dit onderdeel?
Maak het rekenblad vermogen, energie en veiligheid.

Slide 21 - Slide