H4 §2 les 1

Welkom!
Lesplanning:
  • Terugblik voor de vakantie
  • Lesdoelen
  • Uitleg (schrijf mee!)
  • Lesdoelen checken
1 / 19
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom!
Lesplanning:
  • Terugblik voor de vakantie
  • Lesdoelen
  • Uitleg (schrijf mee!)
  • Lesdoelen checken

Slide 1 - Slide

Bij subductie duikt een plaat onder een andere plaat. De plaat die onder duikt is:
A
de continentale plaat
B
de oceanische plaat

Slide 2 - Quiz

De plek aan het aardoppervlak recht boven de plek waar een aardbeving ontstaat heet
A
hypocentrum
B
epicentrum
C
schaal van Richter

Slide 3 - Quiz

Uit elkaar
Naar elkaar
Langs elkaar
Opdracht: Sleep de natuurrampen die ontstaan door de juiste plaatbeweging. (sommigen kunnen niet)
Vulkanen
Aardbevingen
Tsunami's
Tornado's
Bosbranden
Orkanen

Slide 4 - Drag question

Aardbevingen ontstaan door
A
endogene krachten
B
exogene krachten

Slide 5 - Quiz

H4 §2 De grote Oost-Japanse ramp

Slide 6 - Slide

Leerdoelen deze les
  • Je kunt uitleggen bij welk type plaatbeweging welke natuurramp ontstaat
  • Je kunt uitleggen op welke manier een aardbeving ontstaat en hoe aardbevingen worden gemeten

Belangrijk! Schrijf dit mee in je schrift!

Slide 7 - Slide

Convergentie van twee continentale platen
- Platen zijn even zwaar, er is dus GEEN plaat die onderduikt
- Ontstaan van een plooiingsgebergte
- Zware aardbevingen maar geen vulkanisme. --> waarom niet?

Slide 8 - Slide

Convergentie van oceanische en continentale plaat 
- oceanische plaat is zwaar en duikt onder = subductie
- ontstaan van een trog
- ontstaan van zware aardbevingen
- ontstaan van explosieve vulkanen

Slide 9 - Slide

Divergentie
- Bijna altijd op de zeebodem
- ontstaan van mid-oceanische rug (rug = gebergte)
- licht vulkanisme
- weinig / heel lichte aardbevingen 

Slide 10 - Slide

Transforme beweging
- Zware aardbevingen
- geen vulkanen

Slide 11 - Slide

Ontstaan van aardbevingen
De aardkorst bestaat uit verschillende platen. De platen bewegen mee op  gesteente (magma) dat langzaam stroomt, gemiddeld een paar centimeter per jaar. Door die beweging verschuiven ook de platen. Langs de plaatranden is de aardkorst, die bestaat uit vast gesteente, dan ook voortdurend in beweging. Dat bewegen van de aardkorst langs en over elkaar gaat heel schokkerig. Jaren achter elkaar gebeurt er niets en bouwt de spanning zich op, en dan opeens verschuiven de platen een paar meter tegelijk. Dat levert enorme trillingen op: een aardbeving.

Slide 12 - Slide

Aardbevingen
 Een aardbeving begint ergens diep in de aardkorst, bijvoorbeeld op 20 km diepte. Dat diepste punt heet het hypocentrum. Het punt aan het aardoppervlak daar loodrecht boven heet het epicentrum. Daar voel je de zwaarste schokken.

Slide 13 - Slide

0

Slide 14 - Video

Schaal van Richter
Wetenschappers die aardbevingen bestuderen, heten seismologen. Zij meten de trillingen van de aardkorst met een seismograaf. De Amerikaanse seismoloog Richter is bekend geworden, omdat hij een schaal heeft bedacht voor de kracht van een aardbeving. Bij de allerlichtste trilling staat op de schaal van Richter het getal 0. Als de trilling tien keer zo zwaar is, krijgt deze het getal 1 en als hij wéér tien keer zo zwaar is, het getal 2. Dat gaat op die manier door. Dus bij elk cijfer hoger op de schaal is de beving tien keer zo sterk als de vorige.

Slide 15 - Slide

Hoeveel keer zwaarder is een aardbeving van 4 op de schaal van Richter dan eentje van 2?
A
2 keer zwaarder
B
20 keer zwaarder
C
100 keer zwaarder
D
200 keer zwaarder

Slide 16 - Quiz

Stappen schaal van Richter

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Link

Aan de slag!
- Lees paragraaf 2 helemaal door (ook het stukje over de tsunami's!)
- Maken §2 opdrachten 1 t/m 3 
Bespreking: woensdag (ook huiswerkcontrole)




Slide 19 - Slide