woorden met ische

woorden met ische
1 / 16
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

woorden met ische

Slide 1 - Slide

woorden met isch (e)
Je hoort ies in een bijvoeglijk naamwoord, 
maar je schrijft isch.

Slide 2 - Slide

Schrijf 5 woorden op met deze categorie

Slide 3 - Open question


Slide 4 - Open question


Slide 5 - Open question


Slide 6 - Open question

maak woorden met isch(e)
elastiek: een .................. broek

Slide 7 - Open question

maak woorden met isch(e)
chaos: een .................. dag

Slide 8 - Open question

maak woorden met isch(e)
komiek: een .................. situatie

Slide 9 - Open question

Zet achter het woord ....isch
motor
A
moterisch
B
motorisch
C
motories
D
moteries

Slide 10 - Quiz

Zet achter het woord ....isch
Rusland
A
Ruslandisch
B
Rusisch
C
Rulandies
D
Russisch

Slide 11 - Quiz

Zet achter het woord ....isch
drama
A
dramisch
B
dramaische
C
dramatisch
D
dramaties

Slide 12 - Quiz

Zet achter het woord ....isch
economie
A
economiesch
B
economies
C
economisch
D
ekonomies

Slide 13 - Quiz

Zet achter het woord ....isch
biologie
A
biologisch
B
biologiesch
C
biologies
D
bioloogies

Slide 14 - Quiz

maak woorden met isch(e)
komiek: een .................. situatie

Slide 15 - Open question

maak woorden met isch(e)
kritiek: een .................. opmerking

Slide 16 - Open question