Past simple

• Engels
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Past Simple

T1

Je gebruikt de Past Simple voor iets...

1. dat nog doorgaat
2. dat afgelopen is
3. dat een tijdje duurde
4. dat nog gaat gebeuren

Zet het werkwoord in de past simple:
Tom.....at his auntie last week.
(to smile)

1. smilt
2. smilied
3. smiled
4. smiles

Zet het werkwoord in de past simple:
We all .....the party yesterday.
(to enjoy)

1. enjoyed
2. enjoyied
3. enjoied
4. enjoyt

Zet het werkwoord tussen de haakjes in de past simple:
I ....at school this morning. (to be)

1. was
2. being
3. beed
4. am

Zet het werkwoord in de past simple:
Felix.....on the prime minister last weekend. (to spy)

1. spyd
2. spied
3. spyed
4. spyied

Zet het werkwoord in de past simple:
They..... TV last night. (to watch)

1. watch
2. watched
3. watches
4. watching

Zet het werkwoord in de past simple:
I ..... a pony when I was a kid. (to want)

1. want
2. wanting
3. wants
4. wanted

Do you think you'll have a good grade?

😒🙁😐🙂😃

Good luck on the Test!