5. Kookpunt & Smeltpunt

Stofeigenschappen. Kunnen jullie er een paar noemen? 
1 / 28
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2,3

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Stofeigenschappen. Kunnen jullie er een paar noemen? 

Slide 1 - Slide

Kookpunt en smeltpunt zijn ook stofeigenschappen

Slide 2 - Slide

Wat is het kookpunt van water?
Wat is het kookpunt?
Het kookpunt is de temperatuur waarop een stof kookt, voor water is dit 100 graden celsius

Slide 3 - Slide

Welke faseovergangen hebben te maken met het kookpunt?
Faseovergangen kookpunt
De faseovergangen verdampen en condenseren vinden plaats bij de temperatuur van het kookpunt. Bijvoorbeeld
  • Gasvormig water(waterdamp) zal condenseren tot vloeibaar water wanneer het wordt afgekoelt tot 100 graden celsius
  • vloeibaar water zal verdampen tot waterdam wanneer het wordt verwarmd tot 100 graden celsius

Slide 4 - Slide

Welke faseovergangen hebben te maken met het kookpunt?
Faseovergangen kookpunt
De faseovergangen verdampen en condenseren vinden plaats bij de temperatuur van het kookpunt. Bijvoorbeeld
  • Gasvormig water(waterdamp) zal condenseren tot vloeibaar water wanneer het wordt afgekoelt tot 100 graden celsius
  • vloeibaar water zal verdampen tot waterdam wanneer het wordt verwarmd tot 100 graden celsius

Slide 5 - Slide

Wat is het smeltpunt van water?
Wat is het smeltpunt?
Het smeltpunt is de temperatuur waarop een stof smelt/stolt, voor water is dit 0 graden celsius

Slide 6 - Slide

Welke faseovergangen hebben te maken met het smeltpunt?
Faseovergangen smeltpunt
De faseovergangen smelten en stollen vinden plaats bij de temperatuur van het smeltpunt. Bijvoorbeeld
  • vloeibaar water stolt (bevriest) bij een temperatuur van 0 graden celsius tot de vaste fase (ijs)
  • Vast water (ijs) smelt bij een temperatuur van 0 graden celsius tot de vloeibare fase

Slide 7 - Slide

Kookpunt en smeltpunt
Iedere zuivere stof heeft een kookpunt. Het kookpunt van een stof is de temperatuur waarbij deze stof overgaat van de vloeibare in de gasvormige fase. (Voor water is het kookpunt 100 graden Celsius.) Soms wordt dit kookpunt ook wel condensatiepunt genoemd.






Het smeltpunt van een stof is de temperatuur waarbij deze stof over gaat van de vaste naar de vloeibare fase. (Voor water is het smelt/stolpunt 0 ºC). Het stolpunt van een stof is de temperatuur waarbij deze stof over gaat van de vloeibare naar de vaste fase. Smelten en stollen zijn namelijk het omgekeerde proces van elkaar.

Slide 8 - Slide

Kookpunt en smeltpunt zijn ook stofeigenschappen

Slide 9 - Slide

Kookpunt en smeltpunt zijn ook stofeigenschappen
Deze temperaturen zijn dus altijd gelijk voor één specifieke stof.

* deze tabel hoef je niet uit je hoofd te leren

Slide 10 - Slide

In welke fase is een stof?
Als de temperatuur van de stof hoger is dan het kookpunt is de stof in de gasfase
G
Als de temperatuur van de stof onder het smeltpunt is, is de stof in de vaste fase
S
Als de temperatuur van de stof tussen het kookpunt en smeltpunt is, is de stof in de vloeibare fase
L

Slide 11 - Slide

In welke fase is water?
Als de temperatuur van de stof hoger is dan het kookpunt is de stof in de gasfase
G
Als de temperatuur van de stof onder het smeltpunt is, is de stof in de vaste fase
S
Als de temperatuur van de stof tussen het kookpunt en smeltpunt is, is de stof in de vloeibare fase
L

Slide 12 - Slide

In welke fase is alcohol?
Als de temperatuur van de stof hoger is dan het kookpunt is de stof in de gasfase
G
Als de temperatuur van de stof onder het smeltpunt is, is de stof in de vaste fase
S
Als de temperatuur van de stof tussen het kookpunt en smeltpunt is, is de stof in de vloeibare fase
L

Slide 13 - Slide

Welke fase is de stof?
- Is de temperatuur onder het smeltpunt? 
             vaste fase

- Is de temperatuur tussen het smelt- en kookpunt?
             vloeibare fase

- Is de temperatuur hoger dan het kookpunt?
             gas fase

Slide 14 - Slide

Oefenen: Welke fase is goud bij 1500 °C?
antwoord: vloeibaar
1500°C ligt tussen het smelt- en kookpunt van goud (tussen 1064°C en 2860°C)

Slide 15 - Slide

Pak je laptop en log in in deze LessonUp-les

Slide 16 - Slide

(klik op het plaatje)
Het is 25 °C welke fase heeft azijnzuur?
A
Vloeibaar
B
Vast
C
Gas
D
Geen van allen

Slide 17 - Quiz

Ik heb wat butaan bij -20 °C. In welke fase zit dit?
A
Vaste stof
B
Vloeibaar
C
Gas

Slide 18 - Quiz

Het is -45 C.
Welke fase heeft kwik?
A
Vloeibaar
B
Vast
C
Gas
D
Geen van allen

Slide 19 - Quiz

Het is 1000 °C.
welke fase heeft lood?
A
Vloeibaar
B
Vast
C
Gas
D
Geen van allen

Slide 20 - Quiz

Welke stof is in de vloeibare fase bij een temperatuur van -80°C?
A
waxine
B
stikstof
C
kwik
D
alcohol

Slide 21 - Quiz

Antwoord: Welke stof is het ?
Kookpunt = ± 78°C
Smeltpunt= ± -110°C

Het is alcohol

Slide 22 - Slide

Samenvattend - Welke fase is de stof?
Als de temperatuur van een stof boven het kookpunt ligt zal de stof in de gasfase zijn.

Als de temperatuur van een stof tussen het smeltpunt en kookpunt ligt zal de stof in de vloeibare fase zijn

Als de temperatuur van een stof onder het smeltpunt ligt zal de stof in de vaste fase zijn.

Slide 23 - Slide

Vraag 1: Hoe heet de fase-overgang van de vaste naar de vloeibare fase?
A
smelten
B
stollen
C
verdampen
D
condenseren

Slide 24 - Quiz

Vraag 2: Hoe heet de fase-overgang van de vloeibare naar de gasvormige fase?
A
smelten
B
stollen
C
verdampen
D
condenseren

Slide 25 - Quiz

Vraag 3:
Wat is de fase van diamant bij 3742 °C?
A
Vast
B
Vloeibaar
C
Gas

Slide 26 - Quiz

Vraag 7: Bekijk de lijst met stoffen hiernaast. Het is 20°C, welke stoffen zijn gasvormig?

Slide 27 - Open question

Vraag 8: De koudste temperatuur die ooit in Alaska werd gemeten is – 58 ºC. Kan deze temperatuur gemeten worden met een kwik thermometer? Leg je antwoord uit!

Slide 28 - Open question