Pubquiz

Kerstvakantiepubquiz!
1 / 77
next
Slide 1: Slide
PubquizBeroepsopleiding

This lesson contains 77 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Kerstvakantiepubquiz!

Slide 1 - Slide

Hoe werkt het?
1. ga (met je mobiel) naar www.lessonup.app
2. Voer de code in...
3. Vul dan je voornaam in en druk op OK
4. We beginnen zo...

Slide 2 - Slide

Spelregels
2. Beantwoord de vragen binnen de gestelde tijd
(20 seconden).
3. Speel niet vals! gebruik (van de zoekfunctie) van je smartphone, tablet, i-pad etc, etc, is ten strengste verboden.
3. Ga geen discussie aan met de quizmasters,
kort samengevat: DE QUIZMASTER HEEFT ALTIJD GELIJK, 
OOK ALS ZIJ DAT NIET HEEFT!

Slide 3 - Slide

Uitleg rondes
Ronde 1: algemeen
Ronde 2: sport
Ronde 3: raadsels
Ronde 4: eten en drinken
Ronde 5: tv programma's, series & films
Ronde 6: KERSTerig


Slide 4 - Slide

VOORBEELD!

Slide 5 - Slide

Voorbeeldvraag:

Hoeveel rondes kent deze pubquiz?
A
5
B
3
C
4
D
6

Slide 6 - Quiz

Ronde 1
Nederland

Slide 7 - Slide

1.1 In welke provincie ligt het meest oostelijke punt van Nederland?
A
Overijssel
B
Friesland
C
Groningen
D
Drenthe

Slide 8 - Quiz

1.2 In welke Nederlandse plaats wonen relatief de meeste jongeren, de grootste gezinnen en worden er twee keer zoveel kinderen geboren dan gemiddeld?
A
Staphorst
B
Kampen
C
Rijssen
D
Urk

Slide 9 - Quiz

1.3 In welk jaar hield Amsterdam de Olympische Zomerspelen?
A
1962
B
1936
C
1928
D
1953

Slide 10 - Quiz

1.4 Wat is de hoofdplaats van Ameland?
A
Ballum
B
Den Burg
C
Markum
D
Norg

Slide 11 - Quiz

1.5 In welke gemeente werd er als laatste in melkbussen melk geleverd?
A
Deventer
B
Sint Jansklooster
C
Assen
D
Staphorst-Rouveen

Slide 12 - Quiz

1.6 Sinds welk jaar was Koningin Beatrix de koningin van Nederland?
A
1970
B
1975
C
1978
D
1980

Slide 13 - Quiz

1.7 Tijdens welke oorlog werd Nederland onafhankelijk?
A
De tachtigjarige oorlog
B
Eerste wereld oorlog
C
Tweede wereld oorlog
D
Koude oorlog

Slide 14 - Quiz

1.8 Hoeveel Australiërs liggen er in Holten op de Canadese begraafplaats begraven?
A
30
B
15
C
68
D
2

Slide 15 - Quiz

1.9 In welk jaar vond in Nederland de watersnoodramp plaats?
A
1951
B
1953
C
1955
D
1957

Slide 16 - Quiz

1.10 Uit welk scheikundig element bestaat carbid?
A
calcium
B
helium
C
chroom
D
kobalt

Slide 17 - Quiz

PLASPAUZE!!!

Slide 18 - Slide

Ronde 2
Sport

Slide 19 - Slide

2.1 Hoeveel wissels mag je toepassen tijdens een handbalwedstrijd?
A
3
B
7
C
5
D
onbeperkt

Slide 20 - Quiz

2.2 Wie is de topscorer (voetbal) aller tijden?
A
Josef Bican
B
Cristiano Ronaldo
C
Ferenc Puskas
D
Lionel Messi

Slide 21 - Quiz

2.3 Hoeveel punten is een touchdown waard bij American football?
A
4
B
6
C
2
D
5

Slide 22 - Quiz

2.4 Op welk formule 1 circuit wordt de grand prix van Groot Brittanië jaarlijks gehouden?
A
Circuit Albert Park
B
Circuit Paul Ricard
C
Circuit Gilles Villeneuve
D
Circuit Silverstone

Slide 23 - Quiz

2.5 Welke sport wordt in het Engels 'baseball' genoemd?
A
Basketbal
B
Honkbal
C
Trefbal
D
Voetbal

Slide 24 - Quiz

2.6 Wie is de eerste sporter die miljardair werd met zijn sport?
A
Lionel Messi
B
Cristiano Ronaldo
C
Michael Schumacher
D
Tiger Woods

Slide 25 - Quiz

2.7 Welke trui mag de wereldkampioen wielrennen dragen?
A
de gele trui
B
de groene trui
C
de roze trui
D
de regenboogtrui

Slide 26 - Quiz

2.8 Bij welke sport horen de termen
pancake, side-out en floater?
A
Basketbal
B
Rugby
C
Hockey
D
Volleybal

Slide 27 - Quiz

2.9 Welke voetbalclub heeft het grootste voetbalstadion van Nederland?
A
FC Twente
B
Ajax
C
Vitesse
D
PSV

Slide 28 - Quiz

2.10 In welke sport maak je een volte?
A
Tafeltennis
B
Bowlen
C
Dressuur
D
Biljarten

Slide 29 - Quiz

PLASPAUZE

Slide 30 - Slide

Ronde 3
Raadsels

Slide 31 - Slide

3.1 Het is blauw en zit op een hek?

Slide 32 - Open question

3.2 Wanneer noemen we het cijfer 2 geen 2 maar 10?

Slide 33 - Open question

3.3 Hoeveel kanten heeft een bal?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 34 - Quiz

3.4 Drie hardlopers stappen een voor een in de lift. Boven stappen ze een na een weer uit de lift. Hoe lang zaten ze in de lift?

Slide 35 - Open question

3.5 Het begint met een 't',
het zit vol met 't' en het eindigt met een 't'.
Wat is dit?

Slide 36 - Open question

3.6 Als ik jong ben, ben ik lang. Hoe ouder ik ben, hoe korter. Wat ben ik?

Slide 37 - Open question

3.7 Hoe noem je een werkloze pedicure?

Slide 38 - Open question

3.8 Een slager is 1.85 meter en heeft schoenmaat 44. Wat weegt hij?

Slide 39 - Open question

Slide 40 - Slide

Ronde 4
Eten en drinken

Slide 41 - Slide

4.1 Door welke brouwerij wordt Amstel bier gebrouwen??
A
Amstel
B
Hertog Jan
C
Heineken
D
Jupiler

Slide 42 - Quiz

4.2 Wat ontstaat er wanneer suiker wordt verhit?
A
Suikerspin
B
Stroop
C
Karamel
D
Siroop

Slide 43 - Quiz

4.3 Welke lekkernij wordt in het Engels "Dutch Doughnut" genoemd?
A
Stroopwafel
B
Donut
C
Oliebol
D
Bokkenpoot

Slide 44 - Quiz

4.4 Welke kool werd vroeger gegeten om scheurbuik te voorkomen?
A
Bloemkool
B
Boerenkool
C
Rode kool
D
Zuurkool

Slide 45 - Quiz

4.5 Welke kleur heeft 30% van de M&M's in een normale zak?
A
geel
B
groen
C
bruin
D
rood

Slide 46 - Quiz

4.6 Wat is het hoofdingrediënt van bier?
A
gist
B
hop
C
Water
D
graan

Slide 47 - Quiz

4.7 Hoe noem je iemand die geen alcohol drinkt?
A
ziek
B
geheelonthouder
C
zwak
D
alcoholist

Slide 48 - Quiz

4.8 In welk land wordt het meeste bier gedronken?
A
Canada
B
Amerika
C
Nederland
D
Duitsland

Slide 49 - Quiz

4.9 Uit welk land komt de cocktail 'Mojito'?
A
Cuba
B
Mongolië
C
Spanje
D
Jamaica

Slide 50 - Quiz

4.10 Hoeveel beschuitjes zitten er tegenwoordig meestal in een pak beschuit?
A
13
B
20
C
15
D
11

Slide 51 - Quiz

PAUZE

Slide 52 - Slide

Ronde 5
tv programma's, series & films

Slide 53 - Slide

5.1 Welk racenummer staat er op de auto van Herbie?
A
15
B
23
C
53
D
61

Slide 54 - Quiz

5.2 Wat was de allereerste Disney film die langer duurde dan een uur?
A
doornroosje
B
bambi
C
sneeuwwitje
D
assepoester

Slide 55 - Quiz

5.3 Hoe heten de collega's van brandweerman Sam?
A
Billy en Presley
B
Elvis en Jenny
C
Fikkie en vuurtje
D
Henny en Boris

Slide 56 - Quiz

5.4 In welk jaar is wie is de mol voor het eerst op televisie uitgezonden?
A
1997
B
1999
C
2001
D
2003

Slide 57 - Quiz

5.5 Op welke leeftijd is Freddy Mercury overleden?
A
45
B
40
C
36
D
28

Slide 58 - Quiz

5.6 Wat is de naam van de uil van
Harry Potter?

Slide 59 - Open question

5.7 Wie zong de songtekst van de tekenfilm
Alfred J. Kwak?
A
Herman Finkers
B
Toon Hermans
C
Ramses Shaffy
D
Herman van Veen

Slide 60 - Quiz

5.8 Wat is de naam van de eerste Nederlandse 3D-film?
A
Nova Zembla
B
Zwartboek
C
Kruistocht in spijkerbroek
D
Snuf de hond

Slide 61 - Quiz

5.9 Hoe heette het paard uit de Fabeltjeskrant?

Slide 62 - Open question

5.10 Door welk programma is Jamai in 2003 bekend geworden?
A
The voice of Holland
B
X-Factor
C
Holland got talent
D
Idols

Slide 63 - Quiz

Slide 64 - Slide

Ronde 6 Kerst

Slide 65 - Slide

Wie staat er niet in de originele kerststal?
A
het kindje Jezus
B
de koningin
C
de ezel
D
de drie koningen

Slide 66 - Quiz

6.1 Hoe vaak hebben we een witte kerst gehad sinds 1901?
A
23 keer
B
8 keer
C
38 keer

Slide 67 - Quiz

6.2 Wat is geen kerstfilm?
A
Home Alone
B
The Polar Express
C
Frozen
D
The Grinch

Slide 68 - Quiz

6.3 Waar of niet waar: Onze traditionele huiskamer-kerstboom is een dennenboom.
A
waar
B
niet waar

Slide 69 - Quiz

6.4 Wat kan er gebeuren als je onder de 'mistletoe' staat?
A
Je wordt ineens rijk.
B
Iemand kan jou slaan.
C
Je kan gekust worden.
D
Je moet een liedje zingen.

Slide 70 - Quiz

6.5 Welk woord hoort hier niet tussen?
A
kransje
B
kalkoen
C
stol
D
banketstaaf

Slide 71 - Quiz

6.6 Waarmee brengt de kerstman zijn cadeautjes rond?
A
in zijn bmw
B
op een paard
C
in een arreslee
D
lopend

Slide 72 - Quiz

6.7 Welk dier staat niet in de kerststal?
A
de ezel
B
de os
C
de schapen
D
het paard

Slide 73 - Quiz

6.8 Waar of niet waar: De eerste kerstkaart ooit werd in 1843 verstuurd.
A
waar
B
niet waar

Slide 74 - Quiz

6.9 Hoelang duurt het voor een kerstboom volgroeid is?
A
2 jaar
B
8 jaar
C
15 jaar
D
50 jaar

Slide 75 - Quiz

6.10 Welk woord schrijf je met een hoofdletter?
A
kerst
B
kerstfeest
C
kerstmis
D
kerstbal

Slide 76 - Quiz

6.11 Hoeveel kerstbomen worden er jaarlijks in Nederland ongeveer verkocht?
A
2,5 miljoen
B
500.000
C
10 miljoen
D
2000

Slide 77 - Quiz