10 havo2 chap1 eind grl5e

le programme
  • Présence      
  • Phrases-clés                               
  • Uitleg naar keuze of 
  • zelfstandig diagnostische toets maken

Je m'appelle 
Madame Stegenga

PS
enquête
1 / 13
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 13 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

le programme
  • Présence      
  • Phrases-clés                               
  • Uitleg naar keuze of 
  • zelfstandig diagnostische toets maken

Je m'appelle 
Madame Stegenga

PS
enquête

Slide 1 - Slide

l'objectif / lesdoel
Je hebt vragen gesteld over de stof van hoofdstuk 1 en je begrijpt de stof

Slide 2 - Slide

Bonjour!
  • C'est qui, ton meilleur ami? 
  • Vous êtes souvent ensemble?
  • Qu'est-ce que vous aimez faire? 
  • Il est comment? 



Slide 3 - Slide

à choix - naar keuze
  • bijvoeglijk naamwoord, H30 en H31: nakijkbundel
  • zelfstandig diagnostische toets maken
  • werkblad werkwoorden op -er = oefening
  • uitleg mbv werkblad passé composé
  • faire
  • voorbeelden toetsvragen






Slide 4 - Slide

voorbeelden toetsvragen
1. Marianne va rencontrer / lire un beau livre. 
2. Au secours! (ik ben bang)!
3. Luc (heeft een hekel aan) les maths. (présent)
4. Tu (dromen) __________  _________ cette nuit? (passé composé)
5. Nadine et Laura sont très (sportif).
6. Tu (faire) du foot?
7. On aime danser. (wat is de VRAAG?)
8. Ik ben verliefd! (vertaal)

Slide 5 - Slide

faire
Tu  .................. du tennis? 
Non, je ........................ du foot!
Maria .................... de la danse.
Nous ..................... la vaisselle. 
Philip et Benjahmin ................ toujours les devoirs.
Et vous? Vous .................... les devoirs?
*** passé composé:
tu as fait du tennis?
non, j'...... .......... du foot!

Slide 6 - Slide

1. Als je de letters -er weghaalt, hou je de stam van het ww over.
2. Achter deze ‘stam’ plak je vervolgens de goede uitgang.

Voorbeeld: travailler (werken)

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

bijv. nw
c'est une (bon) ..................... question!
Sophie est (amoureux)....................... 
Mais Jean n'est pas (amoureux) ..................
Guillermo est un garçon (italien).................
Ariana est une fille (italien)...................
Voilà, trois (vieux) .................. maisons.
Josephine et Marie sont (grand)..................

Slide 9 - Slide

de plek van het bijv.nw: altijd achter het zelfstandig naamw., 
behalve deze, die komen ervoor:
beau bon joli
haut long petit
jeune vieux et grand
gros mauvais méchant
large, gentil et premier
autre nouveau et dernier


PS dit wordt nu niet getoetst

Slide 10 - Slide

les devoirs
CHAPITRE 1
proefwerk volgende les

bonne chance!!

Extra hulp nodig? 
Mail mij!



Slide 11 - Slide

évaluation
Wat heb je geleerd in deze les? 


Volgende keer: proefwerk




Slide 12 - Slide

au revoir! 

Slide 13 - Slide