Les 1 - debatteren in de klas

Les 1 - debatteren in de klas
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Les 1 - debatteren in de klas

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

  1. Lesdoelen                                             1 min.
  2. Voorkennis                                         10 min.
  3. Instructie                                            10 min.
  4. Samenwerken                                    7 min.
  5. Bespreken                                          10 min.
  6. Lesdoelen                                             7 min.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen
Aan het einde van deze les ...
  1. kan ik benoemen wat de komende lessen van mij verwacht wordt;
  2. kan ik benoemen wat het verschil is tussen discussiëren en debatteren;
  3. kan ik in eigen woorden uitleggen wat het verschil is tussen een standpunt en een stelling;
  4. kan ik opsommen welke regels wij als klas tijdens deze lessen belangrijk vinden.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Onze school moet pas om 10u beginnen met de eerste les.
Eens
Oneens

Slide 4 - Poll

Laat het rumoer tijdens deze polls toe. 
De zomervakantie moet maximaal drie weken duren.
Eens
Oneens

Slide 5 - Poll

Laat het rumoer tijdens deze polls toe.
Iedere schooldag moet met een klassenontbijtje beginnen.
Eens
Oneens

Slide 6 - Poll

Laat het rumoer tijdens deze polls toe.
De telefoontas moet verdwijnen.
Eens
Oneens

Slide 7 - Poll

Laat het rumoer tijdens deze polls toe.
Wat weet jij over discussiëren?

Slide 8 - Mind map

Laat leerlingen uitleggen wat discussiëren is. 
Wat weet jij over debatteren?

Slide 9 - Mind map

Laat leerlingen in steekwoorden opschrijven wat ze van debatteren weten. Dat mogen woorden zijn als: Tweede Kamer, politiek, argumenten, meningen, etc. 
Discussiëren
Debatteren 
Je gesprekspartner overtuigen
Het publiek overtuigen
  • Je moeder overtuigen dat je écht vanavond bij je vrienden moet zitten. 
  • Het publiek overtuigen dat de school pas om 9 uur zou moeten beginnen. 

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Slide

Vragen om bij deze afbeelding te stellen:
Wie herkent dit gebouw?
Tweede Kamer, torentje van Rutte, het Binnenhof, politiek, Den Haag, politieke partijen
Wat heeft dit met debatteren te maken?
Hier wordt dagelijks nagedacht en gedebatteerd over maatschappelijke vraagstukken, waarna knopen uiteindelijk worden doorgehakt.

Uitleg over transfer naar andere vakken (in dit geval maatschappijleer) en het echte leven (uitje Tweede Kamer).

Uitleg over PTA-onderdeel 'spreken en gesprekken voeren'. 

Slide 12 - Video

Inleiding voor de instructie over debatteren
Debatteren kun je leren!
Het debat:
  • Discussiëren met strenge regels
  • Mening binnen een bepaalde tijd toelichten
  • Doel: overtuigen van publiek/jury
BELANGRIJK: 
Bij een debat gaat er niet om wie gelijk krijgt, maar om wie zijn mening het beste kan onderbouwen!


Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Debatteren kun je leren!
Tijdens een debat neem je een standpunt in bij een stelling

Een wat bij een wat?
Een stelling is een zin waarmee je het wel of niet eens kunt zijn: 'Telefoons moeten op scholen verboden worden'. 
Een standpunt is de mening die je bij de stelling vormt, je bent altijd voor of tegen de stelling.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Klassenregels opstellen
Samenwerken in groepjes van 3/4:
  1. Schrijf in je eigen vak op welke regels jij zelf fijn zou vinden.
  2. Ga met elkaar in gesprek over jullie bedachte regels.
  3. Noteer de - voor jullie - belangrijkste regels in het midden.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Onze klassenregels

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Ik kan het verschil tussen discussiëren en debatteren benoemen
discussie
debat
je gesprekspartner(s) overtuigen van je standpunt
vrij van regels
publiek overtuigen van je standpunt 
gebonden aan regels 
je kunt je standpunt op ieder moment bijstellen
je wijkt niet van je standpunt

Slide 17 - Drag question

This item has no instructions

Wat is het verschil tussen een stelling en een standpunt?

Slide 18 - Open question

This item has no instructions

standpunt
stelling
Leraren moeten vervangen worden door robots.
Leraren moeten vervangen worden door robots.
Ik ben vóór het verlengen van de zomervakantie.
De schooldagen moeten minder lang duren.
Binnen school moeten álle telefoons verboden worden, ook die van de leraren.
De leerlingen zijn tegen het verdwijnen van de pauzes.
Ik kan het verschil aangeven tussen een standpunt en een stelling.

Slide 19 - Drag question

This item has no instructions

Welke klassenregels hebben wij als klas samen opgesteld voor de komende lessen?

Slide 20 - Open question

This item has no instructions