Herhaling a1 - wat heb ik onthouden: De kalender

• rekenen
• Buitengewoon lager onderwijs

Les 23: De kalender

Meten en metend rekenen

Hoeveel weken zijn er in een jaar?

1. 12
2. 52
3. 365/366
4. 100

Hoeveel maanden zijn er in een jaar?

1. 12
2. 52
3. 365/366
4. 100

Hoeveel dagen zijn er in een jaar?

1. 12
2. 52
3. 365/366
4. 100

Hoeveel dagen zijn er in een week?

1. 12
2. 52
3. 7
4. 365

30 dagen

31 dagen

28 of 29 dagen

januari

februari

maart

mei

april

juni

augustus

juli

september

oktober

november

december

Welke maand is de eerste maand van het jaar?

1. januari
2. september
3. december
4. juli

Welk cijfer hoort er bij deze maand?

1. 1
2. 10
3. 11
4. 12

Welk cijfer hoort er bij de maand
mei

1. 3
2. 5
3. 7
4. 9

Welk cijfer hoort er bij de eerste maand van het schooljaar?

1. 8
2. 9
3. 10
4. 11

In welke maanden is het grote vakantie?

1. 1 en 2
2. 5 en 6
3. 7 en 8
4. 11 en 12

Welk cijfer hoort er bij de maand
december?

1. 9
2. 10
3. 11
4. 12

14 oktober 2021

15 april 2011

27 maart 2009

12 juli 2011

27 februari 2010

19 september 2011

19 - 09 - 11

15 - 04 - 11

14 - 10 - 21

27 - 02 - 10

12 - 07 - 11

27 - 03 - 09

Werkboek blz. 42 - 43

Hoe vond je deze les?

😒🙁😐🙂😃