Smaakleer basis les 1 Entree Roald Moen

Smaakleer
Hoofdstuk 1 les 1
Wat is smaak en reuk?
1 / 25
next
Slide 1: Slide
Koken en gastheerschapMBOStudiejaar 1

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Smaakleer
Hoofdstuk 1 les 1
Wat is smaak en reuk?

Slide 1 - Slide

Wat is voor jou smaak?

Slide 2 - Mind map

Wat ga je leren?....
  1. Smaak in je eigen woorden opschrijven
  2. Je weet welke zintuigen belangrijk zijn.
  3. Kennis maken met de vijf basissmaken.

Slide 3 - Slide

Hoe ruik je? 
  1. Reukzintuig
  2. Reukzenuw een impuls naar je hersenen
  3. Hersenen geven aan welke geur het is
1
2
3

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Feiten
  • 30 miljoen verschillende geurcellen heb jij.
  • Daarmee kunnen we 10.000 stoffen ruiken.
  • Een nieuwe geur, komt in je geheugen terecht.
  • Ruiken of het eten is bedorven is, of voor gevaar.

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

De vijf basissmaken 

  1.  zoet 
  2.  zout 
  3.  zuur 
  4.  bitter 
  5.  umami(hartig)

Slide 8 - Slide

Wat is bepalend voor smaak?
  • Eetgewoonten en ervaring 
  • Het land waar je vandaan komt
  • Voorkeuren kunnen veranderen tijdens je leven. 
  • Je kunt wennen aan  eten en drinken.
  • Gevoel in je mond

Slide 9 - Slide

Wat proef jij als kok?

Slide 10 - Mind map

Stel je bent ziek, wat proef je?

Slide 11 - Mind map

Slide 12 - Slide

Geuren worden opgeslagen in je geheugen?
A
Niet waar
B
Waar

Slide 13 - Quiz

Als je verkouden bent ruik je...…..?
A
Goed
B
Slecht
C
Heel veel

Slide 14 - Quiz

Suiker, honing, room, gedroogde vruchten is de smaak...…….?
A
Zoet
B
Zuur
C
Bitter
D
Zout

Slide 15 - Quiz

Citroen, azijn, yoghurt, is de smaak...…….?
A
Zoet
B
Zuur
C
Bitter
D
Zout

Slide 16 - Quiz

Sojasaus, chips, spek
is de smaak...…….?
A
Zoet
B
Zuur
C
Bitter
D
Zout

Slide 17 - Quiz

Sinaasappelschil, pure chocolade, koffie
is de smaak...…….?
A
Zoet
B
Zuur
C
Bitter
D
Zout

Slide 18 - Quiz

Welke grondstoffen zijn de smaak Umami...…….?
A
Kaas, olijven, uien en tomaat
B
Honing en suiker
C
Azijn en citroen
D
Sojasaus en chips

Slide 19 - Quiz

Welk vlees is het snelst bedorven?
A
Lamsvlees
B
Rundvlees
C
Varkensvlees
D
Kalfsvlees

Slide 20 - Quiz

Hoeveel geurcellen heb je?
A
10.000
B
1 miljoen
C
30 miljoen
D
80 miljoen

Slide 21 - Quiz

Hoeveel geurcellen kan je ruiken
A
10.000
B
1 miljoen
C
30 miljoen
D
80 miljoen

Slide 22 - Quiz

Schrijf op: wat is
voor jou smaak?

Slide 23 - Mind map

Wat heb je geleerd?

Slide 24 - Mind map

Huiswerk voor volgende week
  1. Lezen hoofstuk 3
  2. Maken van de vragen van pagina 65 tot 74

Slide 25 - Slide