Lesweek 8 oplossingsgericht werken / motiverende gesprekstechnieken

BG1
Periode 4
MZ
leerjaar 1
Communicatie
1 / 20
next
Slide 1: Slide
WelzijnMBOStudiejaar 1,3

This lesson contains 20 slides, with text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

BG1
Periode 4
MZ
leerjaar 1
Communicatie

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Opzet Module BG1 Periode 4
Lesinhoud
Opdracht in les
Week 1
Wat is communicatie?
Verbale/non-verbale/Schema
Casus + oefenen informatief gesprek & helpend gesprek
Week 2
Feedback geven + ontvangen
casus + oefenen intake gesprek
Week 3
Gesprekstechnieken 
Casus + Oefenen slecht nieuws gesprek & probleemoplossend
Week 4
Interculturele communicatie
casus + speeddaten / normen en waarden opdracht
Week 5
Communicatie met LVB/MVB/EMVB/ laag niveau
Casus+ documentaire
Week 6
omgaan met agressie & geweldloze communicatie  
Casus + oefenen de-escaleren
Week 7
Analfabetisme/laaggeletterdheid
Casus + documentaire
week 8
Methodieken GGZ: Herstelgericht werken, Oplossingsgericht/ motiverende gesprekstechnieken
Casus + talenten werkvorm

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Herstelgericht werken 
Herstelgericht werken is het faciliteren van het herstelproces van het individu met het doel dat iemand binnen zijn mogelijkheden zo goed mogelijk kan functioneren en participeren met zo min mogelijk professionele hulp. Dit houdt in dat herstelondersteuning zich ook afspeelt buiten de ggz (in herstelacademies, zelfregiecentra, wijk- buurt- en kunstencentra, vrijwilligersorganisaties, sociale wijkteams etc.) en dat patiënten, naasten, (familie-)ervaringsdeskundigen en vrijwilligers hierin een belangrijke rol spelen.




Oplossingsgericht werken
&
Motiverende gespreksvoering 
Het is niet nodig om het probleem te analyseren om tot een oplossing te komen.
De cliënt is de expert en bepaald de doelen.
Verandering is onvermijdelijk, niet of, maar wanneer.
Een kleine verandering is genoeg om meer in gang te zetten.
De meeste mensen hebben al hulpbronnen die nodig zijn om te veranderen. 

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Slide 4 - Video

This item has no instructions

Oplossingsgericht werken
If the client says he has a problem, he has a problem
If the client says he doesn’t have a problem, he doesn’t have a problem

Steve de Shazer

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Oefenen
Voldoening schenkend moment

  • Ga uiteen in tweetallen.
  • Vertel elkaar over een voldoening schenkend moment op je werk in de afgelopen weken (sprankelend moment).
  • Degene die luistert naar het verhaal moedigt aan en vraagt door tot hij/zij de situatie voor zich ziet. Schrijf na afloop op een post-it wat voldoening gaf.
  • Neem circa 5 min. per persoon.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Slide 8 - Video

This item has no instructions

Wat is anders?
Oplossingsgericht werken is niet defectgericht maar succesgericht

Oplossingsgericht werken is er niet op gericht om het negatieve te bestrijden maar om het positieve te versterken

Oplossingsgericht werken gaat ervan uit dat de coacheé zelf in staat is tot doelen stellen en zelf beschikt over hulpbronnen en competenties om doelen te bereiken. 

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Belangrijkste stelregels
  • Wat niet stuk is, moet je niet maken; koester wat goed gaat.
  • Als iets werkt: ga ermee door.
  • Als iets beter werkt: doe er dan meer van.
  • Als iets niet werkt: stop ermee en doe iets anders.  

Centrale vraag: hoe bereiken we wat we willen bereiken?

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Gewenste situatie 
  • Wat de coach bereiken?
  • Veranderbehoefte van de coach: wat wil de coach veranderd zien?
  • Coach staat stil hoe de gewenste situatie eruit zal zien, hoe de coach in deze situatie zich zou kunnen gedragen.
  • Platformvraag: hoe ver is de coach op weg naar de gewenste situatie?
  • Men gebruikt vaak een schaal hierbij --> coach moet aangeven waar hij/ zij bevindt op schaal van 1 tot 10.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Grondhouding
  • Probleem erkennen (aansluiten) en je voorstellen dat een probleem lastig is voor de ander. 
  • Benieuwd zijn naar wat er in de plaats van het probleem zou moeten gebeuren.
  • Geïnteresseerd zijn in wat werkt.
  • Geloven dat oplossingen die door de ander worden benoemd beter werken dan oplossingen die je zelf aandraagt. 

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Oordeel achterwege laten
  • Altijd nieuwsgierig, houding van NIET WETEN (oordelen achterwege laten);
  • Leading one step behind (vragen stellen; niet invullen);
  • Positieve vooronderstelling. 
  • Vrij van oordeel door denken en gevoel en je open stellen. 

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Basishouding
  • Erkennend;
  • Begripvol;
  • Welwillend;
  • Geduldig;
  • Uitnodigend;
  • Aanmoedigend;
  • Activerend;
  • Waarderend;
  • Doelgericht. 

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Uitleg 5 stappen gespreksmodel
Stap 1. Verhelderen van veranderbehoefte
Stap 2. Definiëren gewenste toestand
Stap 3. Platform bepalen, gebruik schaal
Stap 4. Analyseren eerder succes/ positieve uitzonderingen
Stap 5. Stapje vooruit

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Gebruikte technieken
  • De taal/ woorden van klant volgen;
  • Het weglaten van eigen interpretaties;
  • Complimenteren;
  • Positief relabelen;
  • Uitzonderingen op het probleem zoeken, zien en benoemen;
  • Schaalvragen stellen;
  • Toekomstprojecties laten maken;
  • Wondervraag. 

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Gebruikte technieken
  • De taal/ woorden van klant volgen;
  • Het weglaten van eigen interpretaties;
  • Complimenteren;
  • Positief relabelen;
  • Uitzonderingen op het probleem zoeken, zien en benoemen;
  • Schaalvragen stellen;
  • Toekomstprojecties laten maken;
  • Wondervraag. 

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Talenten in het werkveld
  • Elke student schrijft op een post-it niet alleen een talent of eigenschap waar hun kracht ligt, maar voegt ook een korte ervaring toe waarin dit talent of eigenschap hen heeft geholpen in een uitdagende situatie.
  • De docent plakt alle post-its op een bord of muur, zonder ze voor te lezen, en mengt ze zodat de namen niet zichtbaar zijn.
  • Studenten lopen langs de muur en lezen de post-its. Ze kiezen een talent of eigenschap die hen aanspreekt en schrijven op de achterkant van de post-it hoe ze denken dat dit talent of eigenschap kan bijdragen aan het werkveld van maatschappelijke zorg, of hoe ze het in hun eigen leven of toekomstige beroepspraktijk kunnen gebruiken.

Slide 20 - Slide

De docent leest nu een voor een de post-its voor, inclusief de reflectie op de achterkant. De klas probeert te raden van wie het is en discussieert kort over hoe deze talenten en eigenschappen de groep als geheel sterker maken.