qué es eso intro

• Spaans
• Middelbare school
• MBO
• vmbo, mavo, havo
• Leerjaar 1,2
• Studiejaar 1

¿Qué tal la clase?

¡hola!, ¿cómo estás?
¿Qué día es hoy?

hoy vamos a...

1. 5 woorden

2. spreek: me gusta/no me gusta

4. Toets bespreken

5. Luister wedstrijd (liedjes met lichaamsdelen)

6. KLEREN! Beginnen met de eerste woorden 

7. Exit ticket: je favoriete merk/kleren

1/7

verwachtingen

2/7 plan

PLANNING 

16 de marzo

5 woorden. Oefenen in zinnen

maaltijden: wat eet je?

Geld tellen :-)

23 de marzo

Me gusta/no me gusta

Cuánto cuesta? In de winkel – kopen-verkopen- 5 palabras

6/7 wat vind je leuk? 

lied Manu Chao, p 

https://www.youtube.com/watch?v=fGsQaqViiwU

https:

ik vind leuk

ik vind heel leuk

Ik hou van

niet leuk

helemaal niet

Ik haat

p. 19

p. 24

uitleg gustar

me gusta, te gusta, le gusta - ik vind... leuk, jij vindt..., hij/zij/het vindt... 

(no) me gusta+ bep lidwoord + zn enk

(no) me gustan + bep lidw + zn mv

tic, tac, toe

¿qué te gusta/encanta?
antwoord met: me gusta (lidwoord)+woord

¿qué no te gusta/odias?
antwoord met: no me gusta (lidwoord)+woord

ik vind leuk

ik vind heel leuk

Ik hou van

niet leuk

helemaal niet

Ik haat

even oefenen....

1.  ¿............ la salsa? (Jij)
2. A mí también.......... el chocolate.(ik)
3. ¿ ............. las hamburguesas? (jij)
4. .............. la paella.  (ik)
5. ............. los libros     (ik)

antwoorden

1.  ¿......te gusta...... la salsa? (Jij)
2. A mí también..me gusta / me encanta.... el chocolate.(ik)
   
3. ¿ .......te gustan...... las hamburguesas? (jij)
4.  (no) me gusta / me gusta / odio la paella.  
5. A mí .......me gustan / no me gustan / me encantan / odio los libros

deberes, huiswerk

We hebben 11 woorden vandaag geleerd. De hersenen kan 7 woorden behouden. Hoeveel kan je behouden?

Voor volgende week moet je 5 woorden leren. Meer=beter

exit ticket

- ik vraag: ¿qué te gusta?

-Je geef de volle antwoord: me gusta(n) el/la/los/las

hoe was de les?

😒🙁😐🙂😃

¿Cuánto te gusta?

1) Me gusta mucho         - veel/erg

2) Me gusta bastante    - vrij leuk/lekker

3) No me gusta mucho - niet veel/erg

4) No me gusta nada     - helemaal niet

La ropa

Opción 1:

Hablar de tu ropa favorita

Opción 2:

Hablar de la ropa de otras personas

Unidad 5 : La ropa

La ropa

Escucha y escribe las letras

de la ropa mencionada. 

(1 - 6)

• ¿Qué llevas?
• Normalmente, llevo...

¡Escúchame!

1. los refrescos
2. los bocadillos