Herhaling woordleer

Woordleer
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsSecundair onderwijs

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Woordleer

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Welke woordsoorten ken je nog?

Slide 2 - Mind map

This item has no instructions

Welke woordsoort is onderlijnd?
De kinderen luisteren niet naar mij.

Slide 3 - Open question

This item has no instructions

Welk soort lidwoord is 'de' in de zin?
A
bepaald
B
onbepaald

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Welke woordsoort is onderlijnd?
De kinderen luisteren niet naar mij.

Slide 5 - Open question

This item has no instructions

Welk zelfstandig naamwoord is 'kinderen' in de vorige zin?
A
eigennaam
B
soortnaam

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Welke woordsoort is onderlijnd?
De kinderen luisteren niet naar mij.

Slide 7 - Open question

This item has no instructions

Wat voor werkwoord is 'luisteren' in de vorige zin?
A
hulpwerkwoord
B
zelfstandig werkwoord
C
koppelwerkwoord

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Welke woordsoort is onderlijnd?
De kinderen luisteren niet naar mij.

Slide 9 - Open question

This item has no instructions

Waarover geeft 'niet' meer uitleg?
A
de hele zin
B
luisteren
C
de kinderen
D
naar mij

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Welke woordsoort is onderlijnd?
De kinderen luisteren niet naar mij.

Slide 11 - Open question

This item has no instructions

Welke woordsoort is onderlijnd?
De kinderen luisteren niet naar mij.

Slide 12 - Open question

This item has no instructions

Welke soort voornaamwoord is 'mij' in de zin?
A
persoonlijk
B
bezittelijk
C
vragend
D
aanwijzend

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Hoe herken je een koppelwerkwoord?

Slide 14 - Mind map

zwobbels
vaak enigste werkwoord in de (deel)zin

Geef een voorbeeld van een voegwoord.

Slide 15 - Mind map

This item has no instructions

         meeste                           gaan graag naar school,             sommigen blijven liever wat langer in                                   .................   bed liggen en               daardoor       laat.
Voegwoord
BN
WW
VNW
ZN
Voorzetsel
Lidwoord
BW
De
leerlingen
te
maar
komen
hun
warme

Slide 16 - Drag question

This item has no instructions

Welke soort woord is 'bijzonder' in de zin 'Dat vond ik een bijzonder leuke opdracht!'?
A
bijzonder voornaamwoord
B
bijwoordelijke bepaling
C
bijvoeglijk voornaamwoord
D
bijwoord

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Slide 18 - Slide

This item has no instructions