1 Lesson 4 reading

• Engels
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Goals

Planning

• Uitleg 'to be'
  
• Opdracht 
• Boeken

To be

To be

I .... doing my homework.

1. am
2. are
3. is

My friend .... on vacation.

1. am
2. are
3. is

(zij zijn) .... watching a basketball game.

(het is) ..... sunny and very hot outside.

I am going to the store.

1. Na het woord 'I'
2. Na het woord 'going'
3. Na het woord 'the'
4. Na het woord 'am'

Time to work

Speel het bingo spel.

Welke klasgenoot past het beste bij elk vakje? Stel je vraag en vul de naam in

Je werkt in je groepje, dus vraag elkaar

20 minuten

Je weet wat de vormen van to be zijn en wanneer je ze gebruikt

Ga alvast bezig met de weekopdracht

What:

How:

Help:

Time:

Outcome:

Done:

We .... done!

• When do you use am, are or is?
•  Homework: opdr. 1, 2 en 3 van les 4