m2b 12-3-21

Nederlands 12 maart 2021
1 / 32
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Nederlands 12 maart 2021

Slide 1 - Slide

Planning
  • Oefening woordenschat blok 6
  • Leesvaardigheid
  • Huiswerk volgende les:
    Leren: Woordenlijsten Over Taal blok 1-6

Slide 2 - Slide

Kies de juiste omschrijving bij het woord:
Afzonderlijk
A
Op zo'n manier
B
Maken, scheppen
C
Elk apart

Slide 3 - Quiz

Kies het juiste woord bij de omschrijving:
Modern
A
Fairtradeproduct
B
Eigentijds

Slide 4 - Quiz

Kies de juiste omschrijving bij het woord:
Obstakel
A
Uit de weg gaan, ontlopen
B
Op zo'n manier
C
Hindernis, moeilijkheid

Slide 5 - Quiz

Kies het juiste woord bij de omschrijving:
Uit de weg gaan, ontlopen
A
Omzeilen
B
Uitroeien

Slide 6 - Quiz

Kies de juiste omschrijving bij het woord:
Schroot
A
Een tegenovergestelde mening geven
B
Afval van ijzer
C
Deel of onderdeel van iets groters

Slide 7 - Quiz

Kies het juiste woord bij de omschrijving:
periode in een ontwikkeling, fase
A
Stadium
B
Anatomie

Slide 8 - Quiz

Kies de juiste omschrijving bij het woord:
Constructie
A
Bouw
B
Deel of onderdeel van iets groters
C
Eén van een bepaalde soort

Slide 9 - Quiz

Kies het juiste woord bij de omschrijving:
een beetje
A
Schroot
B
Enigszins

Slide 10 - Quiz

Kies de juiste omschrijving bij het woord:
Principieel
A
Volgens een overtuiging of mening
B
Manier waarop iets is georganiseerd
C
Maken, scheppen

Slide 11 - Quiz

Kies het juiste woord bij de omschrijving:
verschillend, uiteenlopend
A
Divers
B
Stadium

Slide 12 - Quiz

Kies de juiste omschrijving bij het woord:
Ruimschoots
A
Meer dan nodig
B
Elk apart
C
Hindernis, moeilijkheid

Slide 13 - Quiz

Kies het juiste woord bij de omschrijving:
manier waarop iets is georganiseerd
A
Systeem
B
Stadium

Slide 14 - Quiz

Kies de juiste omschrijving bij het woord:
Term
A
Woord
B
Modern
C
Afval van ijzer

Slide 15 - Quiz

Kies het juiste woord bij de omschrijving:
afmaken
A
Voltooien
B
Creëren

Slide 16 - Quiz

Kies het juiste woord bij de omschrijving:
in het bijzonder
A
Essentieel
B
Specifiek

Slide 17 - Quiz

Kies de juiste omschrijving bij het woord:
Gering
A
Gebruikelijk
B
Klein, weinig
C
Zwaar makend

Slide 18 - Quiz

Kies het juiste woord bij de omschrijving:
stevig, niet veranderlijk
A
Conventioneel
B
Stabiel

Slide 19 - Quiz

Kies de juiste omschrijving bij het woord:
Essentieel
A
Heel belangrijk, onmisbaar
B
Zwaar makend
C
Andere mogelijkheid

Slide 20 - Quiz

Kies het juiste woord bij de omschrijving:
krachtiger/groter laten worden
A
Aandrijven
B
Aanwakkeren

Slide 21 - Quiz

Kies de juiste omschrijving bij het woord:
Aanzienlijk
A
Hetzelfde hebben
B
Zwaar makend
C
Nogal groot of veel

Slide 22 - Quiz

Kies het juiste woord bij de omschrijving:
kunstmatig lichaamsdeel
A
Prothese
B
Alternatief

Slide 23 - Quiz

Kies de juiste omschrijving bij het woord:
Tevergeefs
A
Zonder resultaat
B
Gebruikelijk
C
In contact met

Slide 24 - Quiz

Kies het juiste woord bij de omschrijving:
met drie afmetingen: hoogte, lengte en breedte
A
Driedimensionaal
B
Conventioneel

Slide 25 - Quiz

Kies de juiste omschrijving bij het woord:
Hoogstandje
A
Hetzelfde hebben
B
Knappe prestatie
C
Haalbaar, mogelijk

Slide 26 - Quiz

Kies het juiste woord bij de omschrijving:
iets proberen te bereiken
A
Nastreven
B
Aandrijven

Slide 27 - Quiz

Kies de juiste omschrijving bij het woord:
Conventioneel
A
Hetzelfde hebben
B
Gebruikelijk
C
Haalbaar, mogelijk

Slide 28 - Quiz

Kies het juiste woord bij de omschrijving:
andere mogelijkheid
A
Aanzienlijk
B
Alternatief

Slide 29 - Quiz

Kies de juiste omschrijving bij het woord:
Voltooien
A
Afmaken
B
Hetzelfde hebben
C
Tegenhouden

Slide 30 - Quiz

Zelfstandig werken

Digitaal lezen blok 2:
paragraaf 2.16 1.1 t/m 3.12,
paragraaf 2.17 5.1 t/m 6.16

Digitaal lezen blok 5:
paragraaf 5.13 2.1 t/m 2.11 

Slide 31 - Slide

Fijne dag!

Slide 32 - Slide