Engels 1e klas 6.4 T/H

Possessives
's rule
1 / 12
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Possessives
's rule

Slide 1 - Slide

Lesdoel/ Lesson goal
  • Aan het einde van deze les weet ik  hoe ik bezit kan laten zien in het Engels.  


  • At the end of this lesson, I will know  how to show possession in  an English  sentence.

Slide 2 - Slide

Bezit: ’s / ’ / of (possesive)

’s / ’

Als een persoon of dier iets bezit, of als iets bij een persoon of dier hoort.




Slide 3 - Slide

Bij een woord in het enkelvoud of een naam 
(óók op -s / -x / -z) gebruik je ’s:

  • my friend’s parents
  • Norma's cook books
  •  Dennis’s ball
  • our cat’s behaviour

Slide 4 - Slide

Bij een woord in het meervoud dat níét eindigt op -s gebruik je óók ’s:

  • the children’s toys
  • the men's pens

Bij een woord in het meervoud dat eindigt op -s gebruik je ’ :

  • my parents car
  • the cars' wheels


Slide 5 - Slide


of

Als je het hebt over dingen:
  •    the King of Rock and Roll
  • the best goals of the World Cup

Als je het hebt over geografische locaties:
- This is the city of New York

Slide 6 - Slide

The cat's couch .
(one cat)
The cats' couch .
(two or more cats)


Slide 7 - Slide

Practice
  • The earrings of Isabella are very pretty.
  • Isabella's earrings are very pretty.

  • The shoes of Mees are nice.
  • Mees's shoes are nice.

Slide 8 - Slide

Sarah is (the aunt of Irene ).

Slide 9 - Open question

That (pencil belongs to Nikola).

Slide 10 - Open question

Slide 11 - Video

Homework
Maak de opdrachten van 6.4

Slide 12 - Slide