borstvoeding en kunstvoeding quiz




borstvoedings quiz
1 / 33
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 10 min

Items in this lesson




borstvoedings quiz

Slide 1 - Slide

Een voordeel van borstvoeding is:
A
het is altijd aanwezig
B
goede band met de moeder
C
altijd de juiste temperatuur
D
alle antwoorden zijn goed

Slide 2 - Quiz

Hoe vaak drinkt een pasgeborene in 24 uur bij borstvoeding?
A
4-6
B
6-8
C
8-12
D
12-15

Slide 3 - Quiz

Vanaf welke zwangerschapsweek maakt het lichaam colostrum?
A
18 weken
B
22 weken
C
32 weken
D
37 weken

Slide 4 - Quiz

Zou je een gezonde, pasgeboren baby
volgens de klok of op verzoek laten voeden?
Op de klok
Op verzoek

Slide 5 - Poll

1 "Als je borstvoeding geeft, heb je meer eten nodig"
A
Ja, iets meer
B
Ja, veel meer
C
Nee, dat is niet nodig

Slide 6 - Quiz

3 "Als je borstvoeding geeft of kolft kun je beter geen alcohol drinken"
A
Klopt
B
Klopt, maar af en toe een glaasje kan wel
C
Klopt niet, als je maar lang genoeg wacht met kolven of borstvoeding geven, kan het wel

Slide 7 - Quiz

4 "Als je borstvoeding geeft, ben je sneller weer op je oude gewicht"
A
Ja, dat is waar
B
Nee, onzin. Je valt niet sneller af
C
Dat ligt eraan hoeveel je eet, drinkt en beweegt

Slide 8 - Quiz

Wat mag je niet eten of drinken
als je borstvoeding geeft?
A
ui en knoflook
B
sinaasappelsap
C
alcohol
D
geen van deze antwoorden

Slide 9 - Quiz

"
Als je borstvoeding geeft, kun je beter geen rauw vlees en rauwe vis eten"


A
Inderdaad, beter van niet
B
Nee hoor, Dat kan wel

Slide 10 - Quiz

Er zijn producten, zoals kruiden en borstvoedingsthee, die je melkproductie verhogen
A
Nee, zulke producten hebben geen zin
B
Inderdaad, bepaalde producten hebben een stimulerend effect
C
Alleen als je die producten veel gebruikt, verhoogt het je melkproductie

Slide 11 - Quiz

Als je borstvoeding geeft, kun je beter volle melkproducten eten
A
Ja, daarin zitten meer voedingsstoffen
B
Nee, je kunt het beste magere of halfvolle melkproducten eten
C
Nee, dat maakt niet uit

Slide 12 - Quiz

Vaak borstvoeding geven helpt om de productie te verhogen
A
Nee, als je te weinig hebt, kun je niet bijmaken
B
Ja, vaker voeden helpt de productie verhogen

Slide 13 - Quiz

Waaraan kan je zien dat een baby bij h borstvoeding goed aanligt en actief zuigt?
A
ritme van zuigen – slikken – zuigen- ademhalen
B
beide lipjes naar buiten gekruld
C
kaakspieren bewegen regelmatig
D
alle antwoorden zijn goed

Slide 14 - Quiz

6 "Water drinken helpt om de melkstroom beter op gang te krijgen"
A
Ja, water drinken zorgt ervoor dat je sneller melk produceert
B
Nee, water drinken helpt niet
C
Nee, maar het is wel nodig om je vochtbalans aan te vullen

Slide 15 - Quiz

Wat betekent feeding on demand?

Slide 16 - Open question

Wat zijn regeldagen?

Slide 17 - Open question

Hoe lang adviseert het WHO om borstvoeding te geven?
A
Minimaal half jaar
B
Minimaal 1 jaar
C
Minimaal 1,5 jaar
D
Minimaal 2 jaar

Slide 18 - Quiz

Wat is het verschil in suppletie-adviezen voor flesgevoede babies en borstgevoede babies tot 3 mnd?
A
Geen verschil: bij allebei vitamine D en K suppletie
B
Bij borstvoeding vitamine K en D-suppletie, bij flesvoeding alleen D
C
Bij borstvoeding alleen vitamine K, bij flesvoeding vitamine K en D-suppletie
D
Bij borstvoeding geen suppletie, bij flesvoeding alleen vitamine D

Slide 19 - Quiz

Wat zit wel in borstvoeding, maar niet in flesvoeding?
A
vetten en koolhydraten
B
afweerstoffen
C
eiwitten
D
vitamines en mineralen

Slide 20 - Quiz

Waarom mag je een baby voor 4 maanden geen vaste voeding geven?
A
Ze kunnen niet slikken.
B
Ze vinden het nog niet lekker.
C
De spijsvertering kan het niet aan.
D
Ze spugen alles uit.

Slide 21 - Quiz

Een baby heeft een zoekreflex. Hoe kun je deze prikkelen?
A
Door met je vingers over de lippen te wrijven
B
Door met de tepel over de lippen te wrijven
C
Door een speentje te gebruiken
D
Door te kolven

Slide 22 - Quiz

Het is belangrijk dat de baby in 1 lijn ligt. Waar of niet?
A
Wel waar
B
Niet waar

Slide 23 - Quiz

Hoe weet je dat een baby voldoende melk binnen krijgt?
A
De baby produceert iedere dag een natte luier
B
De baby huilt weinig
C
De baby huilt weinig en slaapt goed
D
De baby produceert iedere dag 6 natte luiers

Slide 24 - Quiz

Baby's krijgen vaak buikkrampen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 25 - Quiz

Hoe lang mag je kunstvoeding bewaren?
A
max 4 uur in koelkast en 1 uur zonder koeling
B
max 6 uur in koelkast en 2 uur zonder koeling
C
max 8 uur in koelkast en 1 uur zonder koeling
D
max 24 uur in koelkast en 2 uur zonder koeling

Slide 26 - Quiz

Mag je twee restjes kunstvoeding bij elkaar doen en de melk opnieuw opwarmen?
A
ja
B
nee

Slide 27 - Quiz

Kan je kunstvoeding van tevoren bereiden als je een dagje weggaat?
A
Ja, dit kan mits je het in een thermofles bewaard
B
Nee, je moet het warme water en poeder gescheiden houden

Slide 28 - Quiz

Mag je water uit de kraan gebruiken om kunstvoeding aan te maken?
A
ja dit kan, mits je koud water gebruikt
B
ja dit kan, mits je warm water gebruikt
C
nee, dit kan niet

Slide 29 - Quiz

Wat kan een oorzaak van spugen zijn
bij baby's?
A
Het kind krijgt teveel voeding aangeboden
B
Het maagklepje sluit nog niet zo goed
C
Er zit een te groot gat in de speen van de fles
D
De darmen van de baby zitten vol

Slide 30 - Quiz

Waardoor kan een baby tijdens de voeding melk terug geven of zich verslikken?
A
Het kind drinkt te snel
B
Het kind slikt bij het drinken te veel lucht in
C
Het kind vindt de voeding niet zo lekker

Slide 31 - Quiz

Waar kan een baby buikkrampen van krijgen? welk antwoord is fout!?
A
Baby drinkt te snel uit de fles
B
Baby krijgt niet de juiste voeding
C
Stoffen in de borstvoeding kunnen de oorzaak zijn
D
Als de baby de neus verstopt heeft tijdens het voeden

Slide 32 - Quiz

Welke klachten kunnen bij koemelkovergevoeligheid of -allergie
optreden?
A
huiduitslag en koorts
B
jeuk - schilferige huid - pijn
C
eczeem - bronchitis - astma
D
huilen - onrust - astma

Slide 33 - Quiz