M1 SS7 Chapter 5 H, I

• Engels
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

Welcome Mavo 1A

Welcome Mavo 1C

Stepping Stones Chapter 5

PTO 3 - week 6 - lesson 1

Today's mission:

• Speaking & Stones: You can answer questions and respond to simple statements about nature and habitats. 

Speaking & Stones 49a - page 86 

filmpje: 

https://youtu.be/VVPyjukPxFA

opdracht: Schrijf zoveel mogelijk habitats op die je hoort en/of ziet in het filmpje. 

Speaking & Stones 49a - page 86 

Speaking & Stones 49a - page 86 

Speaking & Stones 50 - page 86 

Speaking & Stones 51a - page 87 

Speaking & Stones 51b - page 87 

Deze opdracht maken we in LessonUp met een sleepvraag. 

desert

ocean

swamp

pond

cave

forest

rainforest

river

Speaking & Stones 52 - page 87 

Deze opdracht maak je eerst in je boek. 

Je gaat samenwerken. 

Daarna lever je de antwoorden in bij LessonUp.

Hello sir, can I ask you something? I really love monkeys. (1) __ (do - live - Africa-?)

(2) No, __ (these - different parts - Asia)

(3) __ (how - survive - rainforest - ?)

(4) __ (they - live - trees) much higher than all the dangerous animals.

(5) __ (how - find - eat - ?)

Speaking & Stones 52 - page 87 

- They eat leaves and they find fruit in the trees.

- That's so interesting! Thank you, sir. 

- You're welcome. I really like them too. Goodbye!

I can talk about nature and habitats.

😒🙁😐🙂😃

Speaking & Stones 54a - page 88 

Speaking & Stones 54b - page 88 

Op de volgende LessonUp pagina kan je je antwoorden inleveren. 

Stones & Theme words: which words have a short [u] sound?

Speaking & Stones 54c - page 89 

I can pronounce the 'u'.

😒🙁😐🙂😃

What have you learned this lesson?

Homework

Make/finish:

-

Study:

Stone 15, p. 86/98

Theme words, page 96

chapter 5, theme words: https://quizlet.com/_99vd7x?x=1qqt&i=1fpsvo

PTO3 - week 6 - lesson 2

Today's mission:

• Homework Check: theme words
• Writing & grammar: You can use the present simple and present continuous correctly. 

Homework check - Theme words

De Theme Words worden getoetst met een sleepvraag. Je moet minstens 4 van de 6 woorden goed hebben. 

beak

playful

rainforest

whiskers

smart

guinea pig

speels

slim

regenwoud

snavel

cavia

snorharen

 Writing & Grammar 56 - page 90

Liedje: 

https://youtu.be/8wxOVn99FTE

 Writing & Grammar 56b - page 90

 Writing & Grammar 57 - page 90

De present simple gebruik je om feiten, gewoonten, en dingen die we regelmatig doen te bespreken.

• Water boils at 100 degrees
• I teach you every Tuesday
• She always cycles to work, but when it rains she goes by car.

Present simple

Hoe maak je een present simple?

I / you / we / they = de stam van het werkwoord: walk, cook, organise

he / she /it (SHIT-woorden) = stam + s: walks, cooks, organises

Uitzonderingen

Wanneer de stam van een woord eindigt op:

-o - komt er -es achter het woord bij he/she/it --> I go - he goes

-s/ch - komt er -es achter het woord bij he/she/it --> I watch - she watches

-y - dan veranderd de -y in -ies bij he/she/it --> I fly - it flies

Maar.. eindigt het woord op een -y met een klinker ervoor (a, o, i, e, u) dan komt er alleen een -s achter.

Present continuous

Deze tijd gebruik je wanneer iets NU plaatsvindt.

Voorbeelden?

John is nu aan het sporten - John is exercising now

Ik ben de krant aan het lezen nu - I am reading the paper at the moment.

Signaalwoorden?

Right now, at the moment, now, currently

Hoe maak je een Present Continuous?

een vorm van 'to be' + stam + -ing

am + read + ing, is + walk + ing

Uitzonderingen?

woorden die eindigen op een -e: -e wordt vervangen door -ing

have - having, give - giving

Woorden met 1 lettergreep eindigend op een medeklinker met een klinker ervoor verdubbeld de medeklinker:

swap - swapping, cut - cutting, stop - stopping, beg - begging 

Het werkwoord 'to be'

• I am     
• you are     
• he is     
• she is     
• it is     
• we are     
• you are      
• they are     

Simple of continuous

Kies of het present simple of continuous moet zijn in de zin die je ziet op de slide.

She ... (not/study) now.

1. is not studying
2. does not study

They ... (to go) to a restaurant every Saturday.

1. are going
2. go

He normally ... (to eat) dinner at home.

1. is eating
2. eats

Julie ... (to sleep) upstairs at the moment.

1. is sleeping
2. sleeps

 Writing & Grammar 58 - page 91

 Writing & Grammar 59 - page 92 (=homework)

Homework

Make/finish:

Exercise 59, page 92

Study:

Present Simple

 https://youtu.be/_CTlCkHMt7c 

& Present Continuous

https://youtu.be/UuRFQT5v6mw

PTO3 - week 6 - lesson 3

Today's mission:

• Revision grammar: present simple & present continuous
• Writing: postcard & blog

 Writing & Grammar 59 - page 92 (=homework)

joinmyquiz.com

present simple & present continuous

Homework

Make/finish:

-

Study:

-