5.1 Tijd

H5.1 Tijd

1 / 20
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

H5.1 Tijd

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Rekenen met eenheden van tijd
voorbeeld:
27,4 uren is

1 dag (27,4 - 1x24 = 3,4)
3 uren ( 3,4 - 3 = 0,4)
24 minuten (0,4 x 60 = 24)



Slide 3 - Slide

48:30:16 uur betekent:
48 uur; 30 minuten; 16 seconden
maar LET OP:
36:18,5 minuten betekent:
36 minuten; 18,5 seconden

Slide 4 - Slide

Uren - minuten - seconden:
Hoeveel minuten zitten er in een uur?

Hoeveel seconden zitten er in een uur?

23:41=

18:23:01=

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

23:16:05 is hoeveel seconden?

Slide 7 - Open question

1 uur bestaat uit .... seconden.

Slide 8 - Open question

3,6 uur = ... minuten

Slide 9 - Open question

Hoeveel weken zitten er in een jaar?
A
36
B
42
C
52
D
51

Slide 10 - Quiz

Hoeveel minuten zitten er in een uur?
A
40
B
30
C
60
D
45

Slide 11 - Quiz

Hoe kom ik van uren naar seconden?
A
x 60
B
: 60
C
x 360
D
x 3600

Slide 12 - Quiz

Reken de volgende tijden om:

3,6 uur = ....... seconden
2:45 min = seconden
1:34:32 = ...... seconden

Slide 13 - Open question

Slide 14 - Video

Geef antwoord op de volgende vragen:

1:02:34,23 + 2:03:32,13 = ...............
3:45:21,22 - 1:23:14,11 = ..............

Slide 15 - Open question

0,6 uur = ... minuten

Slide 16 - Open question

17 280 seconden = ... uur

Slide 17 - Open question

De damesestafette ploeg heeft op het WK zwemmen goud veroverd op de 4 x 100m vrije slag in een tijd van 3:41,72.
Wat was hun tijd in seconden?
A
3,41 seconden
B
204,72 seconden
C
221,72 seconden
D
264,2 seconden

Slide 18 - Quiz

Opdracht
maak de opdrachten van 5.1
3, 4, 6 en 9


Slide 19 - Slide

Einde les

Slide 20 - Slide